BOERDERIJ KALVERDIJKJE ■Hl 'T KLEINE KEANTSJE SCHOORSTEEN STUK UIT HET HEMELTSJE Oeroud nieuws uit de Stads- en Dorpskroniek van dr. G. A. VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 11 Dit is een foto van een bijzonder schilderij uit het bezit van de Leeuwarder antiqairs A. C. Beeling en Zn. Het werk heeft gezeten in de schoorsteenmantel van "Het Hemeltsje" van de architect Antonius Coulon in de Doelestraat, waarover wij onlangs hebben geschreven. Het schoorsteenstuk, vervaardigd door de in 1768 overleden Albert Otto Swalue, kwam na het jammerlijke slopen van het Hemeltsje in 1956, op een onbegrijpelijke manier terecht bij een handelaar in ongeregeld aan de Nieuweburen, waarschijn lijk de bekende "nestor" van de vrijdagmarkt Gerrit Visser. Een ander verhaal spreekt over de schandalige situatie, dat een particulier het historische stuk kon aantreffen in een afvalbak, waarin het puin van het Hemmeltsje werd gestort. Tenslotte kwam het schoorsteenstuk, voorstellende een Lodewijk de Veertiende Console met het wapen van Coulon, waarop een vaas met bloem stuk, tenslotte gelukkig in het bezit van de B. V. Beeling. Die heeft er later een passende Lodewijk de Veertiende vergulde lijst aan toegevoegd. Overleden Trijntje Pieters Sijbersma, provenierske in het Sint Anthony Gasthuis, waar zij acht en veertig jaarlang een ijverige, trouwe dienstbare was (1837). Pieter Brandsma, boekverkooper te Leeuwarden, ver koopt in de Stadsschuttersdoele de bibliotheek van Foeke Sjoerds, schooldienaar en dorpsrechter te Nij- kerk(1771j. Aanbesteed het bouwen van twintig arbeidswoningen op Werkmanslust te Leeuwarden (1873). De verjaardag van Stadhouder Willem V gevierd met kanongebulder. De zevenjarige Severinus Menetree, zoon van den sous-luitenant Joh. L. Menetree uit het regiment van generaal Burmania, lost het eerste schot (1753). De kastelein L. M. Kramer met eenige liefhebbers van Sint Jacobiparochie laten verkaatsen drie zilveren le pels. Als de prijs gewonnen wordt door een partuur, dat niet in de gemeente hoort, zullen zij daarenboven nog op een glas besten wijn getracteerd worden. Daar de prijs er in geen vijftien jaar is weggehaald, zouden de ingezetenen zulks gaarne zien (1833). In het nieuwe Stadsweeshuis te Leeuwarden wordt het herinneringsfeest gevierd aan M. A. Baljée, die een eeuw geleden geboren was op het Hoekster Ach terom, in het weeshuis kwam, opklom tot Raad van West-lndië en het Weeshuis universeel erfgenaam maakte van zijn vermogen (1852). In vooroorlogse jaren heeft er ook in Leeuwarden een afde ling van de NBAS bestaan - dat was de Nederlandse Bond van Abstinent Studerenden. Abstinent Studerenden waren jongelui van de Ulo's, de Hoge re Burger Scholen, het gymna sium en de kweekschool, die geen alcohol dronken - absti nentie is de vrijwillige onthou ding, inzonderheid van spijs, drank en geslachtelijke om gang. Er zullen zeker nog veel oude ren zijn, die prettige herinnerin gen bewaren aan hun lidmaat schap van deze NBAS en die met veel genoegen terugden ken aan onbezorgde jaren, met vrienden en vriendinnen door gebracht. De leden plachten in het week end bij elkaar te komen in hun "Hok" aan de Eestraat en om dat er veel aan volksdansen werd gedaan, kon het gebeu ren, dat er zich heel wat be langstellenden verzamelden op het pleintje naast de Manege om de verrichtingen van de dansende jongens en meisjes te volgen. Ook werden er fietstochtjes ge maakt langs traditionele route's als die van de Kanterlanden en de Vierhuisterweg, terwijl velen genoegen vonden in het volgen van Esperantocursussen. Later 'verplaatsten de activitei ten zich naar een lokaliteit in de Gloppe in de Weerd en ook in de Willem Sprengerstraat zijn de Abstinent Studerenden een tijd gezellig bij elkaar geko men. Waar nu, in het oosten van de stad, de Reinier de Graafstraat ligt, liep in vroeger jaren het Kalverdijkje, waarvan - verder op - een restant nog altijd be staat - het komt tegenover de plaats waar weleer het Oud Tolhuis stond, op de Groninger straatweg uit. Aan dat Kalverdijkje, zo onge veer tegenover de Schape straat, stond ooit een grote boerderij, die welbekend was bij de Leeuwarders, omdat ie dereen die gebruik maakte van het Kalverdijkje deze plaats moest passeren. En dat deden weleer heel wat wandelaars en fietsers - zij gin gen hier dwars door de weilan den heen om er, fijn buiten de stad, de pure natuur op te snui ven. De boerderij, die heel lang door een familie Tysma bewoond is geweest, moest het veld rui men, toen de stad op deze plaats in oostelijke richting be gon op te rukken. Zo zag Simon Tysma zich ge noodzaakt het boerenbestaan op te geven - het was in de winter van 1931 en '32, dat hij de plaats verliet om niet lang daarna een sigarenzaak te be ginnen aan het Naauw, dicht bij de Sint Jacobsstraat. De boerderij werd toen nog niet direct afgebroken en boer Tys ma kreeg zowaar nog een op volger in de veehouder W. E. Kooistra, die uit Jellum kwam. Zeven jaar heeft deze Kooistra de state nog bewoond, maar in mei 1939, vlak voor het uitbre ken van de oorlog dus, was het toch zo ver: de boerderij, die hier altijd zo'n markante plaats had ingenomen, werd tot de laatste steen toe afgebroken. Maar dat betekende toch nog niet het einde van het bouw werk. Dank zij notaris Nanne Ottema, die zich zo vaak in spande om het oude te behou den, werd al het bouwmateriaal vervoerd naar Molenend en daar is de plaats door de Rij- perkerker timmerman S. Vlieger in oude glorie hersteld.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1996 | | pagina 11