REKLAME DICKVANDERHEIJDE JR
HOE EEN KOOPMAN VIJF GULDEN VERDIENDE
'T KLEINE KRANTSJE
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 15
adviesbureau voor reklame en publiciteit
jozef israëlsstraat 6-10 leeuwarden telef. 058-2124984 fax 058-2155524
De Wachtmeester Mast geeft kennis, dat hij in de
Harlingervaart nabij Schenkenschans een tijk van een
Duitsche militair drijvende heeft aangetroffen. De
Feldgendarmerie is met vorenstaande in kennis gesteld.
De Hoofdwachtmeester Van der Werk rapporteert in
samenwerking met de Feldgendarmerie uit de
Harlingervaart te hebben gehaald het stoffelijk overschot
van Wilhelm Rebeschl, geboren 7 December 1901,
Getreiter. Het lijk is overgebracht naar de Nieuwe
Begraafplaats aan het Schapedijkje.
Meine Huizinga, geboren te Huizum 11 Juni 1892, garde
nier, Schooldijkje 37, doet aangifte van gepleegde balda
digheid, 's avonds plusminus acht uur. De jeugd had bij
hem privaattonnen voor de deur neergezet, zoodanig, dat
toen de buitendeur door hem geopend werd de tonnen
naar binnen vielen en de gang werd bevuild. Gebleken is,
dat hieraan debet zijn: Berend de Jong, geboren 6 Januari
1931, Schooldijkje 28, Dirk Visser, geboren 20 November
1929, Siebe Louis Visser, geboren 28 Februari 1932, en
Theodor Visser, geboren 18 Maart 1928, Scholdijkje 43.
Ze zijn door Opperwachtmeester D. Harder eenige uren in
de cel opgesloten.
Zuster Hekman aan het Stadsziekenhuis deelt telefonisch
mee, dat even tevoren een ongehuwde jonge moeder,
genaamd Christina D., Groeneweg 273, in haar nacht-
kleeren uit die inrichting is weggeloopen. Aangezien zij
aldaar een kind heeft achtergelaten wordt verzocht bij
haar aantreffen te overreden om naar deze inrichting terug
te keeren. Na ingesteld onderzoek rapporteert de
Opperwachtmeester Van der Meulen, dat bovengenoem
de vrouw bij haar ouders te bed ligt. Vermoedelijk is zij
eenigszins overspannen.
De Opperwachtmeester J. Faber rapporteert dat te plus
minus kwart over vijf in de Van Swietenstraat Reinder
Scholten, geboren te Leeuwarden 27 December 1931,
scholier, Pieterseliestraat 3, werd overreden door een zes-
wielige vrachtauto, tengevolge waarvan het kind werd
gedood. Volgens ooggetuigen is het kind op de auto
geklommen en bij het wegrijden kwam hij te vallen voor
een der voorwielen van de auto met het vermelde gevolg
zonder dat zulks door den bestuurder werd opgemerkt.
Sijbren Boonstra, geboren te Leeuwarden 28 September
1922, plaatsvervangend Chef Evacuatiebureau,
Sexbierumerstraat 44, doet namens de Evacuatiecom
missie aangifte van vermissing van een aan voornoemde
commissie in bruikleen afgegeven handkar.
Fokke van der Sluis, veehouder, Goutum 103, geeft ken
nis dat een hem toebehoorend schaap in het mijnenveld
aan de Boxumerweg is geloopen en vermoedelijk door
Klaas Eijer, geboren te Franeker 15 Augustus 1898, win
kelier, wonende en zaakdoende aan Oldegalileën 29 doet
aangifte, dat omstreeks half negen twee in burger geklee-
de personen, van maskers voorzien, voorgevende dat zij
van de politie waren, zijn woning zijn binnengegaan en
hierna doordrongen tot achter de woning gelegen winkel.
Zij gaven toen te kennen sigaretten nodig te hebben voor
de zogenaamde onderduikers en namen uit een kastje
zestig pakjes shagtabak en een pakje rooktabak weg.
De Opperwachtmeester Timmermans is te vijf over zeven
bij het gaan naar het bureau op de trap gestruikeld, ten
gevolge waarvan hij zijn rechterpink ernstig bezeerde en
geneeskundige hulp moest worden ingeroepen. De con
trolerende Dr. Panbakker vond het noodzakelijk dat
Timmermans rust moest nemen, waarom hij om half elf
wegens ziekte naar huis is gegaan.
De rechercheur Huisman meldt, dat Maria Johanna H.,
oud 56 jaar, zich in de woning Harlingersingel 3, alwaar zij
geëvacueerd was, gepoogd heeft zich door middel van
een mes van het leven te berooven. Zij heeft haarzelf twee
steken in de hartstreek toegebracht en is in ernstigen toe
stand in het Diaconessenhuis opgenomen, alwaar zij door
den chirurg Dr. Lindner in behandeling is genomen.
De Wachtmeester Van Meeteren brengt vanaf de Voor-
streek aan het bureau de welbekende Johan Theodoor
Dekens, geboren te Utrecht, 22 juli 1905, caféhouder,
wonende aan de Speelmansstraat no. 17, die kort tevo
ren in café "Stad Dockum" een glasruit had vernield. In
verband met het feit, dat Dekens de schade wenschte te
vergoeden en politieke motieven niet de drijfveer van
deze handeling zijn, wenschte de benadeelde Bergsma
geen strafrechtelijke vervolging. Ten bureeie bleek, dat
Dekens in het bezit was van een pistool met vier patro
nen. In verband hiermede verklaarde Dekens Rijks Duit-
scher te zijn en voor de S.D. te werken. De Sicherheits-
polizei met een en ander in kennis gesteld, gaf last
Dekens naar haar dienststelle te brengen en het op hem
bevonden pistool aldaar tevens te deponeeren. Door de
wachtmeesters Lindeboom en Van Meeteren is hij daar
na naar de dienststelle van de S. D. overgebracht.
De Wachtmeesters Kalthof en Van Wieren brengen voor
de Sicherheitsdienst aan het bureau Egbert Jelle
Vogelzang, geboren 10 mei 1916, controleur
Distributiecentrum, Elisabethstraat 27 en Arie Koster
geboren 22 mei 1895, tekenaar, Engelschestraat 37. Zijn
ten behoeve van de S.D. ingesloten. Cel 5 en Cel 6.
Een echt koopman verdient
graag. Zelfs als hij van een ver
stek-vonnis bij verzet 5,- min
der boete betalen moet, noemt
hij dat verdienste. Ten minste,
dat was met koopman I. S. van
Leeuwarden, het geval, die
voor een aanrijding te Franeker
veroordeeld was bij verstek tot
ƒ20,- boete of 12 dagen,
waartegen hij verzet aantee-
kende.
Op donderdag 7 maart, om
kwart vóór vier, reed hij met zijn
auto in Franeker op het gedeel
te Voorstraat-Raadhuisplein,
toen Jan Althuisius, vrachtrijder
te Welsrijp, van dat plein weg
reed. Deze, van rechtskomen-
de, had den voorrang, hoewel
de ander hem geen ruimte liet,
maar zijn vrachtauto aan het
voorgedeelte ernstig bescha
digde.
Verdachte erkent de aanrijding
en heeft gezegd, dat de auto op
zijn kosten kon worden her
steld. De herstelling is ge
schied, maar nog niet de ver
effening.
Verdachte: Ik reed niet hard,
anders had ik de oude Ford, die
nog geen tientje waard is, aan
mosterd gereden.
Jan Althuisius, de aangerede-
ne, licht de zaak nog eens toe,
waarna de ambtenaar oordeelt,
dat er geen reden is om van
den eersten eisch af te wijken.
Vonnis 15,- boete en betaling
der kosten.
Verdachte: Ziezoo, dat is toch
vijf gulden verdiend en het zal
lang duren, eer de kosten zijn
vergoed, een belofte, waarop
de koopsom waarschijnlijk te
zijner tijd wel zal terugkomen.
(1935)
