'T KLEINE KRAHTSJE REKLAME DICKVANDERHEIJDE JR !i VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 15 adviesbureau voor reklame en publiciteit jozef israëlsstraat 6-10 leeuwarden telef. 058-2124984 fax 058-2155524 I De hoofdagent Verbeek rapporteert, dat zijn dienstrijwiel voor het kantoor van het Kantongerecht aan het Droevendai is ontvreemd. Een ander rijwiel, dat aldaar onbeheerd was achtergelaten, is door rapporteur mede genomen en in bewaring gehouden. De marechaussee Boers, gedetacheerd op het Erikadorp, geeft telefonisch kennis, dat kort tevoren in een der huizen aan den Mr. P.JTroelstraweg tegen over het Erikadorp een granaat is ontploft, "Waardoor de vrouw des huizes vrij ernstig is gewond geraakt. De agent-rechercheur Buitenhuis rapporteert, dat plus minus half een ltske de Bruijn, geboren te Hempens, 15 februari 1897, echtgenote van Andries Klaas Monderman, wonende Mr. P. J. Troelstraweg 174 ten hare huize met een gevonden handgranaat zat te spe len, waarbij die granaat ontplofte, tengevolge waarvan haar linkerhand werd verbrijzeld en zij op haar linker wang en boven het linkeroog een snijwond bekwam. Op advies van Dr. Hoekstra, die geneeskundige hulp ver leende, is de vrouw per ziekenauto overgebracht naar het Bonifatius Hospitaal, alwaar zij ter verpleging werd opgenomen. In de hal van de woning ontstond een gat in de zoldering, tenvijl drie glasruiten werden verbrijzeld. Van misdrijf is niet gebleken. Minze de Vries, zes en dertig jaar, hoofdkelner doet namens de chef van de Canadese Bonaclub, gevestigd in het Harmoniegebouw, aangifte van de vermissing van 1 fles cognac en twee flessen jenever uit de kelder van dit gebouw. Rinze Feikema, oud negen en veertig jaar, koopman, Groningerstraatweg 78, doet aangifte van de vermissing van zijn rijwiel, dat uit de steeg naast zijn woning is ont vreemd. De rechercheurs Drion en Van der Veen brengen aan het bureau als verdacht van het kopen van sigaretten uit voorraden van geallieerde militairen, Joop B„ scholier, Waling Dijkstra-straat 5. Age Bottema Miedema, Kleine Hoogstraat 19, doet aan gifte van vermissing van zijn tabakskaart, welke hem is ontvreemd uit zijn in de schaftkeet van het vliegveld aan wezige jas. Er wordt kennisgegeven, dat de richtingwijzer bij de "Mooie Paal" te Miedum door de jeugd herhaaldelijk wordt omgedraaid, zodat weggebruikers verkeerd rijden. Gemeentewerken verzocht deze richtingwijzer vast te zetten. De hulpagent Everts brengt terzake belediging van voor noemde hulpagent vanaf de Nieuwestad alhier aan het bureau Sannie de Haas, geboren 26 april 1930, wonen de Tweede Torendwarsstraat 17. Aangezien het meisje om 22 uur in een reünie van de Gymnastiekvereniging Quick, te houden in de Harmonie moet optreden, is zij op verzoek van den gymnastiek-leider De Jong en in opdracht van den Commissaris van Politie na repriman- deering door den agent Van Oostrum overgebracht naar het Harmoniegebouw en aldaar aan den voornoemden gymnastiekleider afgegeven. H. vijf en dertig jaar, monteur, Ruiterskwartier 47, doet aangifte dat zondag tussen vier en zes uur een onbe kend persoon in het plantsoen van de Westerplantage onzedelijke handelingen heeft gepleegd met zijn zeven jarig zoontje. Justitie doet onderzoek. Volgens binnengekomen klachten is het brandmelding toestel hopeloos in de war. De mensen worden wel gewekt, doch kunnen met geen mogelijkheid verstaan, waar de brand is. Aan het bureau verschijnen de minderjarigen Johannes van der Reep, geboren 17 maart 1932, scholier en Hendrik Warmer, geboren 4 september 1932, scholier, beiden te Haarlem. Zij verklaarden te Haarlem op een auto te zijn geklommen en niet meer de gelegenheid te hebben gehad daar van af te komen. Zij zijn ter beschik king gesteld van den Commissaris van Politie en in afwachting van hun transport, dat morgen zal plaatsvin den, ingesloten in Cel 5. De minderjarigen Van der Reep en Warmer zijn aan den agent Van Oostrum afgegeven voor transport naar Amsterdam. De politie te Amsterdam zal voor doortran sport naar Haarlem zorgdragen. Jelle de Jong, schilder Sint Jobsleen 4, klaagt over de baldadige jeugd die uit louter baldadigheid een acht en twintig spurts ladder van klager omvergeworpen heeft, waardoor deze is gebroken. De agent van politie Haarsma rapporteert, dat te onge veer elf uur het personenvoertuig B 500 ter hoogte van het pand 14 aan de Weaze stilstond en te water reed. De bestuurder hiervan was Mr. H. Smeding, advocaat, die verklaarde, dat hij vermoedelijk de rem van bedoeld voertuig niet voldoende had vastgezet. Voor berging zou hij zorgdragen. Aan het bureau komt August Theodorus Roxs, geboren 11 maart 1911, sergeant, verblijvende te Assen, die aan de Keizersgracht stond met het doel om te liften. Een auto, die daarna aan de rechterkant van de weg bleef staan, ging hij op af en zonder dat hij er erg in had, omdat hij hier totaal onbekend is, liep hij hiervoor langs, meenende een trottoir te zien en stapte daarna pardoes te water. Hij is ter verpleging opgenomen en onderge bracht in cel 11. rrmuwvmwiimir^iiiiuii'iniwnmnniiA HET OUDE VLIET Door de prachtige foto's in 't Kleine Krantsje in de laatste maanden kwamen bij mij als vroegere Zuidvliet-bewoner en kele jeugdherinneringen meteen weer boven, die ik graag wil ver melden. Wij woonden op no. 52, welk pand niet op de foto's staat. Maar wél stond er de factorij van Huizenga. Nóg zie ik de meel bestoven mannen lopen met de meelzakken op de schouder en de stapels zakken aan de walkant, afgedekt met zeil, waar we op klommen. Op gezette tijden was onze poes zoek en die moest volgens mijn ouders zich ophouden in de pakhuizen van Huizenga. Dus, gewapend met een stukje vlees, meegekregen van buur man-slager Wassenaar, uren postvatten, het begerig stukje vlees bengelend aan een touw tje vóór het kattegat in één van de deuren van de factorij. Maar poes liet zich niet lokken, doch... kwam na een tijd toch weer van zelf thuis. Verder zie ik mezelf nog terug lopen van het begin van het Zuidvliet, vanaf de winkel van bakker De Beer naar huis. Onderweg, ongeveer ter hoogte van de pakhuizen besloot ik met de ogen dicht verder naar huis te lopen. Dat kón niet missen. Mooi wèlü! Op een gegeven moment stapte ik van de kade en viel naar beneden. Naar bleek vlak voor ons huis en niet in het water, maar... in een praam, die normaal gesproken nooit voor ons huis lag. Aan de overkant, dus aan het Noordvliet stonden de fabrieken van Koopmans waar de boten gevuld met graan gemeerd lagen. Je hoorde regelmatig het zoemen van de elevators. Aan dat zoemen raakte je gewend. Naast die fabrieken was een steeg die naar de Weerklank voerde. Op zomeravonden kwa men daar de jongens uit de Weerklank samen. Op een gegeven moment zette dan één van die knapen een lied in, dat dan door de anderen in koor werd meegezongen. En mooi! In bed, op mijn zolderkamertje, lag ik daar graag naar te luiste ren. Van één lied weet ik nog de beginregel: "Hij liep maanden lang op de keien." Een en ander nu alweer dik vijf tig jaar geleden... Enschede S. D. Postmus

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1997 | | pagina 15