1 Afdeeling.
66
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. bij de gemeente-rekening over 1870.
Werkelijk
bedrag vol
gens de
Rekening.
UITGAVEN.
III
6a
11
II 1
III
IV
10,955.87
494.82
63.97
49.66
439.57*
- 10,884.84
32.50
622.11*
800.—
2,513.55
3,745.325
20.45*
619.79
10.48
34,222.19
14,957.44
2,159.27
8,828.55
1,439.68
300.—
12,278.72
het opzamelen van puin en het reinigen der stratenin het laatste gedeelte des jaars bij de
administratie der stads reiniging is overgebragt.
Bij gewijzigde begrooting van 24 Februarij 1870 werd voor kosten van opruiming der haard-
asch en vuilnis beschikbaar gesteld eene som van 11,000. Men heeft over die som niet tot
tot het volle bedrag behoeven te beschikken, leverende het artikel een overschot op van 44.13.
Op dit artikel waarvoor bij de begrooting 1,165.was toegestaan
494.82 hoofdzakelijk ontstaan doordien de voorgenomen verbetering
werd slechts uitgegeven
van het muurwerk van
de Oldehoof, in 1870 is achterwege gebleven.
Over het op dit artikel disponibel gebleven bedrag is ten behoeve van het fonds voor onvoor
ziene uitgaven tot een bedrag van 600 beschikt.
Omtrent deze uitgaaf, die bijna overeenstemt met het daarvoor bij de begrooting toegestaan
bedrag, zijn geene toelichtingen noodzakelijk.
Beide artikelen leveren eenig overschot op't geen echter van te geringe beteekems isdan
dat daarvoor bepaalde oorzaken kunnen worden opgegeven.
De uitbreiding die in de laatste jaren en vooral in 1870 aan de publieke straatverlichting is
gegevenwas oorzaak dat de daarvoor aan de gasfabriek te betalen vergoeding niet uit het bij
de begrooting toegestaan bedrag van 9,300.kon worden bestreden. Ter voorziening in de
meerdere uitgaaf, is het onderwerpelijk artikel door af-en overschrijving versterkt tot 10,900.
Voor onderhoud van ijsbanen was eene uitgaaf tot nevensvermeld bedrag noodzakelijk het
artikelwaarvoor bij de begrooting 25 was toegestaan is door af- en overschrijving versterkt
t0 BU de in December 1869 vastgestelde verordeningen betrekkelijk de algemeene begraafplaats
is oorzaak dat de
li de in December 18ey vastgestelde veroroennigen ucueKKcnjtv uc
werd bepaald dat het getal lijkwagens met één zou worden vermeerderd.
De aanschaffing daarvanwaarop bij de begrooting niet was gerekend
uitgaven boven het bij de begrooting toegestane bedrag zijn gestegen. In het te kort werd door
af- en overschrijving voorzien.
De hierbedoeide jaarwedden zijn overeenkomstig de begrooting ten volle uitbetaald.
De daggelden voor de opzieners en lijkbezorgers bij de algemeene begraafplaats kunnen niet
met eenige juistheid worden geraamd 'dewijl liet bedrag daarvan geheel afhankelijk is van het
getal begravingen van daar dan ook dat het artikel eenige versterking heeft, moeten ondergaan.
Tengevolge van het hooger bedrag der werkloonen van de waagwerkers t welk bij den aan
vang van het dienstjaar niet wel kon worden bepaaldis de voor dezen post op de begrooting
aangebragte som ad 3,395.60 door af- en overschrijving uit het fonds voor onvoorziene uitga
ven versterkt geworden.
Het onderhoud van het waaggebouw en der gereedschappen is met het hier vermelde bedrag
kunnen bestreden worden. Bij de begrooting was daarvoor ƒ75.toegestaan.
De uitgaven wegens bezoldiging der beambten aan de vischmarkt zijn in 1870 een weinig be
neden de daarvoor bij de begrooting geraamde som gebleven. Het juiste bedrag dezer bezoldi
ging is vooraf niet te' bepalen dewijl aan de beambten percentsgewijze belooning wordt toege
kend van de bruto opbrengst der ter afslag aangevoerde visch.
Voor onderhoud van de vischmarkt was dit jaar niet meer dan ƒ10.48 noodigde raming
voor dit artikel bleek alzoo een weinig te hoog te zijn gesteld.
Ten aanzien van de hiernevens vermelde uitgaven allen betrekking hebbende tot de gemeen
telijke gasfabriekwordt het volgende opgemerkt. Artikel 1. «aankoop van grondstoffen is bij
gewijzigde begrooting van 13 October 1870 verhoogd tot een bedrag van 34,500.— dewijl in
den loop des dienstjaars bleek, dat ten behoeve der exploitatie der fabriek eene grootere
veelheid steenkolen benoodigd was dan voor de primitief tot dat einde beschikbare som ad
ƒ29,500.kon worden aangeschaft.
De som voor bezoldiging van personeel toegestaan is door af- en overschrijving moeten wor
den verhoogd vermits de uitbreiding aan de straatverlichting gegevenvermeerdering van het
getal lantarenopstekers noodig maakteen bij de opmaking der begrooting niet was gerekend
op de aan den boekhouder toegekende verhooging zijner jaarwedde. Eveneens was versterking
van de voor onderhoud der gebouwen geraamde som noodzakelijk ten einde te voorzien in de
uitgaven vereischt tot het doen van eenige herstellingen aan de voorgebouwen der fabriek en
aan de daarnaast staande huizingevroeger door den architect bewoonddie door de gasfabriek
is overgenomen om te worden ingerigt tot woning van den directeur. Bij gewijzigde begrooting
van 13 October 1870 werd het betrekkelijk artikel verhoogd met 900.— en later door af- en
overschrijving nog versterkt met ƒ160. - alzoo gebragt op ƒ2,000. de uitgaven bedragen
ƒ2,159.27.
De noodzakelijke uitgaven voor onderhoud van werktuigen (art. 4) hebben bedragen 8,828.55,
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. bij de gemeente-rekening over 1870.
6
s.
'o
M
3
co
2
O
O
Artikel.
Werkelijk
bedrag vol
gens de
Rekening.
UITGAVEN.
125
126
127
128
129
130
131
132
133
III
II
II
H
II
II
II
n
n
ii
li
V
VI
ii
a
ii
n
ii
ii
ii
ii
H
II
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
939.14
651.78'
497.79
743.96'
- 8,559.315
- 5,782.—'
- 2,315.83'
1,892.75
- 28,109.01
alzoo ƒ1.071.45 minder dan daarvoor bij de begrooting was toegestaan. Over die som is tot
een bedrag van ƒ1,000. beschikt tot versterking van het fonds voor onvoorziene uitgaven.
De uitgaven op art. 5 zijn een weinig beneden de daarvoor toegestane som gebleven waar
voor geene redenen kunnen worden opgegeven terwijl de kosten voor de vaste raadscommissie
bedoeld bij art. 6 overeenkomstig het bij de begrooting disponibel gesteld bedrag zijn uitgekeerd.
Het aanbrengen van toestellen voor brandblussching op de brandputten in het terrein der ge
dempte gracht van de Groote Kerkstraat tot de Lange Pijp vorderde eene uitgaaf van ƒ939 14
Bij de begrooting werd daarvoor toegestaan eene som van ƒ1,200.— die bij de uitvoering van
het werk eenigzins ruim genomen bleek te zijn.
Voor het maken van eene palisadering achter de Boterhoek werd bij de begrooting toege
staan eene som van ƒ350.Bij raadsbesluit van 27 Januarij 1870 werd echter bepaald dat
ook achter de huizen in, de Torenstraat alhier eene gelijke palisadering zou worden aangebragt
naar aanleiding daarvan hebben de uitgaven op dit artikel ae primitieve raming zoo aanmerke
lijk overschreden. Het betrekkelijk artikel is door af- en overschrijving uit het fonds voor on
voorziene uitgaven tot het vereischt bedrag versterkt.
I)e uitgaven van de hierbedoeide werken zijn beneden de daarvoor toegestane sommen ge
bleven weshalve daaromtrent niets bijzonders valt op te merken.
Voor dezen post was op de begrooting 7,000.— uitgetrokken, daarbij was echter niet gere
kend op de kosten der bestrating van den nieuwen stationweg. Ofschoon die weg in 1870 nog
niet kon worden bestraatwerd toch in dat jaar de benoodigde steen geleverd en het daarvoo'r
verschuldigd bedrag op dit artikel verantwoord. Uit dien hoofde was versterking der geraamde
som met het in de rekening aangewezen bedrag noodzakelijk.
Dit artikel geraamd op 7,500.— levert een overschot op van ƒ1,717.991, doordien de daar
stelling van een hek bij de fabriekwaarvoor bij de begrooting 2,000.was geraamd in
1870 is achterwege gebleven. Over het disponibel gebleven bedrag is ten behoeve van het fonds
voor onvoorziene uitgaven tot een bedrag van 1,700.— beschikt.
Voor de werken tot verbetering van het asciilandbij de primitieve begrooting voor memorie
gesteld werd bij gewijzigde begrooting uitgetrokken eene som van f 13,000.—. Vermits echter
aan dit werk dat in November 1870 werd aanbesteed, eerst in 1871 uitvoering kon worden ge
geven en bij het sluiten der rekening van het dienstjaar, nog slechts een termijn der aanne
mingsom was uitbetaaldis ten dezen in de rekening niet meer dan 2,315.835 kunnen ver
antwoord worden.
Over het naar aanleiding dezer omstandigheid op deze post disponibel gebleven bedrag is tot
J 10,600.beschikttot versterking van het fonds voor onvoorziene uitgaven.
Wegens deze bij de begrooting voor memoing uitgetrokken artikelen hebben in 1870 geene
uitgaven plaats gehad.
De kosten der hierbedoeide verbetering waren bij de begrooting gesteld op 1,600.Het is
echter gebleken dat die raming te laag wasdewijl de aannemingsom 1,889.bedroeg.
Tengevolge daarvan is dit artikel door af- en overschrijving uit het fonds voor onvoorziene
uitgaven versterkt met j 300.
Te dezer zake werd bij de laatst vastgestelde gewijzigde begrooting beschikbaar gesteld eene
som van 24,100.Daarbij was echter niet gerekend op de koopprijs der bij raadsbesluit
van 26 November 1870 voor de gemeente aangekochte huizinge, lett. D no. 177, op den Wir-
dumerpoortsdwingerbedragende 4,200.
In verband daarmede was versterking van het onderwerpelijk artikel noodzakelijk tot een
bedrag van 4,025.—.
Bij gewijzigde begrooting werd op dit artikel uitgetrokken eene som van 11,300.terwijl
bij raadsbesluit van 28 April 1870 no. 16, voor ae kosten der hulpvoetbrug bij de Vrouwen
poort, van het fonds voor onvoorziene uitgavendaarop werd overgebragt 1,200.De aan
zienlijke kosten echter die voor de herstelling der bedoelde bruggenmet inbegrip der levering
van eene nieuwe brug zijn vereischt gewordenmaakten eene nadere versterking van het aan
gewezen bedrag noodzakelijk.
Het bedrag dezer kosten begroot op 6,000 was uit den aard der zaak moeijelijk te ramen.
Wel beliep de uitgaaf voor overgenomen goederen niet meer dan ruim 3,000.en dus niet
zoo veel als aanvankelijk werd verondersteld doch de aanschaffing van verschillende gereed
schappen waaronder ook een vuilnis wagen en kar naar het Groninger modelvorderde eene
belangrijke som zoodat versterking van het begrootingscijfer met 265.noodzakelijk was.
Op dit artikel waarvoor bij gewijzigde begrooting 4,400.is toegestaanwerd slechts uit
gegeven 1,054.86 doordien menbij gemis van beschikbaar terreinen voor als nog niet bij
134
135
136
H
II
H
II
II
1/
12
13
14
- 14.157.97'
- 6,259.93
- 1,054.86
-j