Bijlage no. 30.
Bijlagen tot het Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871.
125
VOORSTEL van Burgemoester en Wethouders,
betrekkelijk het aanleggen eener klinkert-
bestrating langs het Kalverdijkjevan den
Groninger straatweg af tot den toegang naar
de te maken schietbaan op het kadastrale
perceel sectie F no. 236met een zijtak tot
het Cambuursterpad.
Mijne Heer en
Tengevolge der bij de behandeling van de gemeentebegrooting
voor het dienstjaar 1871 gehouden discussion, werd in uwe zit
ting van den 24 November 1870 beslotenop die begrooting
voor memorie aan te brengen een artikel met de volgende om
schrijving
//Verbetering vau den wegloopende van den Groninger
//Straatweg langs het Kalverdijkje tot het Noordvliet."
Naar aanleiding van dat besluit is door ons aan den Gemeen
te-Architect opgedragen een plan voor de verbetering van ge
noemden weg op te maken en aan ons in te zenden met eene
opgave van de daaraan verbonden kosten ten einde een en ander
aan uwe beoordeeling te kunnen onderwerpen.
Aan die opdragt voldeed de architect door toezendingnevens
zijne missive van den 3 October 1871, no. 282/3 van twee teeke-
ningen, twee begrootingen van kosten en twee missives van eige
naren van grond, gelegen tusschen Schoppershof en het Noord-
vliet, alle welke stukken bij deze aan U ter kennisneming wor
den overgelegd.
Alvorens omtrent de door <len Architect ontworpen plannen
ons oordeel te vestigen en deswege aan U een voorstel te doen
achtten wij het raadzaam dienaangaande het gevoelen in te win
nen van de Commissie voor openbare werken.
Op ons daartoe gedaan verzoek adviseerde die Commissie, bij
hare hiernevens gevoegde missive van 17 October 11.om op
het Kalverdijkje en op een zijtak daarvan naar de schietbaan
eene voldoende klinkertbestrating aan te brengen.
Nadat wij dit advies hadden ontvangen werd onze aandacht
er op gevestigd dat liet Kalverdijkje van den Groninger straat
weg af tot voorbij de Zathe in gebruik bij de Wed. Wartena
en kinderen en vervolgens tot het Cambuursterpadslechts eene
gemiddelde breedte heeft van 4 meterterwijl voor een voldoen
den rijweg eene kruinsbreedte van minstens 7 meter wordt ge
vorderd.
Dit gaf ons aanleiding om zoowel met het oog op den aan
leg van eene schietbaan op een stuk land voorbij evengemelde
zathewaarvoor het Kalverdijkje den toegangsweg isals op
eene eventuele mogelijke doortrekking der bij het advies van de
Commissie voor openbare werken bedoelde bestrating tot het
Noordvlietvan den Gemeente-Architect eene opgaaf te vragen
van het kostenbedrag dat zou worden vereischt bijaldien met
eene bestrating ter breedte van 2 1/2 meter, het Kalverdijkje van
den Groninger straatweg af tot den toegang naar de te maken
schietbaan en een zijtak tot het Cambuursterpad werd aangelegd
op eene kruinsbreedte van 7 meter.
Ofschoon het ons niet onbekend was dat de gelegenheid voor
liet geven van die meerdere breedte aan bedoelden weg wel ligt
niet dan door onteigening kan worden verkregen en daarvoor
eene betrekkelijk aanzienlijke uitgaaf zal moeten worden opge
offerd meenden wij toch te moeten overwegen in hoeverre het
algemeen belang in dezen tegen die opoffering zou kunnen op
wegen aangezien bij verbetering van meergemeld gedeelte weg
met behoud der breedte van gemiddeld 4 meter te eeniger tijd
welligt de wensch zou kunnen ontstaan naar eene verbreeding
van den weg, waarop nu onze aandacht gevestigd was.
Blijkens des Architects missive van den 23 October 11.no. 309/3 f
zal de onderwerpelijke wegsverbeteringzoover n.l. betreft het
leggen eener 2 1/2 meter breede bestrating langs het Kalverdijkje
van den Groninger straatweg af tot den toegang naar de te
maken schietbaan met een zijtak tot het Cambuursterpad zich
uitstrekken over een lengte van 765 meter en eene uitgaaf vor
deren bij behoud der bestaande breedte van den wegvan
5431.50 welk bedrag moet worden verhoogd met 2750 en
alzoo gebragt op 8181.50voor het geval eene verbreeding
van den weg tot 7 meter wordt aangenomen.
Hoezeer onze overwegingen er ook toe leidden om te erken
nen dat aan een rijwegdie ook nu en dan door een grooter of
kleiner getal militairen moet worden gepasseerd eerder eene
breedte van 7 dan van 4 meter dient te worden gegeven heeft
toch het straks genoemd zoo aanzienlijk kostenbedrag zoowel als
de vertraging die in den aanleg zou ontstaan tengevolge dei-
onteigening van voor de verbreeding benoodigde grondenons
er an doen afzien om een daartoe strekkend voorstel aan Uwe
vergadering aan te biedendewijl wij daaraan het belanghet
welk zou zijn gelegen in het erlangen der opgegeven meerdere
breedte van den weg. niet geevenredigd achten en het bij ons
even als bij meergemelde Commissie vast staat dat van door
trekken der aan te leggen bestrating tot het Noordvliet in den
eersten tijd althans geen sprake kan zijn.
Intusschen is het onsin verband met het gebruik dat van
het te bestraten gedeelte weg bij het advies der Commissie voor
openbare werken aangeduid als wandelweg zal worden gemaakt,
wenschelijk voorgekomen die bestrating te verlengen door een
zijtak tot het Cambuursterpad.
Op grond van het vorenstaande ons in hoofdzaak en behoudens
de evengemelde uitbreidingvereenigende met het advies dei-
Commissie voor openbare werkenvervat in hare missive van
17 October 1871, no. 64, hebben wij de eer Uwe vergadering
bij deze voor te stellen om te besluiten
1. Langs het Kalverdijkje, van den Groninger straatweg af
tot den toegang der te maken schietbaan op het kadastrale per
ceel sectie F 110. 236 eene klinkertbestrating aan te legden met
een zijtak tot het Cambuursterpad een en ander ter breedte
van 2 1/2 meter.
2. Burgemeester en Wethouders uit te noodieen om te zijner
tijd den raad de vereischte voorstellen aan te bieden ter aan
wijzing der fondsen waaruit de kosten verbonden aan de uit
voering van het. sub 1 vei meld besluitzullen worden bestreden.
Aldus voorgesteld ter Raadsvergadering van den 26 October
1871 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden.
Bijvoegsel, brhoorende bij db Leeuwarder Courant.