22 Bijlagen tot het yerslag der handelingen vi
met de marktbezoekerszich naar het nieuwe terrein zullen zoe
ken te verplaatsen om daar welligt in ruimere mate terug te
vinden hetgeen zij elders hebben verlaten.
Het is immers bekend dat de localiteit van de meeste ne
ringdoenden bij de tegenwoordige marktplaats veel te wenschen
overlaat en gebrek aan ruimteaan goede inrigting van stajlen
en wat dies meer zij zoovele beletselen zijn om alle die voor
deden van de veemarkt te trekken die bij eene betere inrig
ting der huizen als 't ware van zelve zullen toevloeijen. Hierbij
komt dat naar on'.e meening, bij verplaatsing van de bestaande
marktde daaraan gelegen huizen niet in die mate in waarde
zullen verminderen als welligt zal worden beweerd.
De stand zal voor winkel- en heereuhuizen zeer gezocht wor
den, terwijl ingeval een beursgebouw op het terrein van de te
genwoordige veemarkt gesticht wordtde tegenwoordige her
bergen althans gedeeltelijk, zeer zeker in koilijhuizen of loge
menten zullen herschapen worden.
Ten opzigte van het bezwaardat het huis van Meijer is aan
gekocht met het bepaalde doelom door amotie daarvan gele
genheid te hebben de bestaande markt uit te breiden, merken
wij op, dat dit op zich zelf toch geen afdoend motief kau uit
maken om in elk geval en juist dasirom zich tot eene verbete
ring der veemarkt da&r ter plaatse te bepalen. Immers indien
werkelijk moet worden erkendwat naar het oordeel der meer
derheid van ons coilegie uit een later onderzoek gebleken is.
dat namelijk met gebruik te maken van dat aangekochte ter
rein toch nog geene marktplaats aldaar te verkrijgen isdie
genoegzaam aan de eischen dts tijds beantwoordt, dan moge dit
stof opleveren om zich te beklagen dat men niet eerder tot
dat inzigt in de zaak geraakt is, aan den anderen kant zal het
wel geen grond geven dat beter inzigt te verzaken alléén om
dat het eerst later gerijpt is, nu er nog mogelijkheid bestaat
daar aan gevolg te geven.
Bovendien mag men vragen zal dan de aankoop van dat
huig gezegd kunnen worden geheel nutteloos te zijn geschied
indien die niet aan het oorspronkelijk doel wordt dienstbaar ge
maakt? Wij meenen neen
De amotie van bedoeld huis was in elk geval noodzakelijk
zoowel bij behoud der veemarkt aldaarals Dij eeue verplaat
sing van dezeen in het laatste geval niet het minst. Immers
hetzijdat het terrein der tegenwoordige veemarktingeval
harer verplaatsingtot standplaats voor een beursgebouw of tot.
bouwterrein voor particulieren bestemd werd hetzij dat het on
bebouwd werd gelaten in elk geval zou de noodzakelijkheid
der amotie ter bekoming van een' regelmatigen toestand zich
ook dan hebben doen gevoelen en de eigenaar niet clan tegen
een' betrekkelijk hoogen prijs zijn pand hebben afgestaan.
Door het aangevoerde meenen wij genoegzaam te hebben aan
getoond dat de geopperde bezwaren niet zoo overwegend zijn
te achten om met het oog daarop tot eenen hal ven maatregel
in plaats van tot een geheel afdoenden over te gaan.
Volgens onze innige overtuiging moetmet onttrekking van
het tegenwoordige terrein der veemarkt aan die bestemming die
markt verplaatst en eene nieuwe gemaakt wo-den nabij het
stationsgebouw.
Omtrent het maken d>er nieuwe veemarktplaats op het land
tu8schen de Harlingervaart en den stationsweg, zijn de hierna
te omschrijven drie ontwerpen bij ons in behandeling genomen.
Het eerste ontwerp is door den gemeente-architect ingezon
den bij missive dd. 20 December 1871, no. 362/3.
Dit project is ingerigt voor:
2800 hoornbeesten
2656 kalveren
4000 schapen
504 varkens en
960 biggen.
De kosten van inrigting zijn geraamd op 90,200.
Het is on6 voorgekomen dat dit ontwerp op eene te ruime
i den gemeenteraad van Leeuwarden, 1872.
schaal is aangelegd. Wel is waar geeft de kamer van koophan
del daaromtrent als Hare zienswijze te kennen dat bij onder
linge vergelijking van het uitgebreide plan met het meer be
perkte de voorkeur aan het eerste moet worden geschonken
maar de motieven daarvoor door haar bijgebragtzijn ons niet
klemmend genoeg voorgekomen om hare meening te deelen.
Die motieven komen in hoofdzaak hierop neer dat de moge
lijkheid ja de waarschijnlijkheid bestaat, dat de Friesche vee
stapel eene nog hoogere vlugt zal nemen, dan thans reeds het
geval isen dat eenmaal eene geheel nieuwe marktplaats op-
rigtende het wenschelijk mag worden geachtdaarbij het oog
op de toekomst te vestigen terwijl het geen bezwaar kan op
leveren dat een gedeelte der markt voorloopig ongebruikt blijft.
De le afdeeling der maatschappij van landbouw en veeteelt
en de heer Prakke ofschoon wijzende op de waarschijnlijke toe
name der markt alhier, hebben het uitgebreide plan niet bijzon
der aanbevolen. Alleen wordt er in de adviezen gewezen op de
behoefte aan eene afzonderlijke plaat3 voor paarden.
Met het oog op onze statistieke gegevensachten wij eene
veemarktplaats ingerigt voor
2000 runderen
1600 kalveren
3000 schapen en
800 varkens
ook voor de toekomst toereikende.
Ten opzigte van de aangevoerde kalveren dient evenwel op
gemerkt, dat ofschoon in den laatsten tijd de Duitsche koop
lieden de kalveren in grooten getale bij de boeren hebben opge
kocht, de mogelijkheid ja de waarschijnlijkheid bestaat dat de
gewone regelen van concurrentieveranderde inzigten van koo-
pers en verkoopers en gewijzigde omstandigheden als b. v. aan
sluiting van den spoorweg tusschen Nieuwe Schans en lhrhove
aanleiding zullen geven, dat in 't vervolg de aanvoer van kal
veren op de maukt belangrijk zal toenemen.
Wat de aanvoer van schapen betreft is het met meer zekerheid
te verwachten, dat die in dezelfde mate zal vermeerderen als reeds
sedert de laatste jaren heeft plaats gehad. De handel in scha
pen brengt evenwel mededat die dieren spoedig verhandeld
en afgevoerd worden zoodat dezelfde ruimte op een en dezelf
den dag voor verschillènde «aangevoerde partijen kan dienen.
Het tweede plan door drn architect ingezonden bij missive
van 2 Februari) jl. no. 34 S is overeenkomstig de door ons aan
gegeven getallen ingerigt.
De wijzigingen daarin gebragt zijn een gevolg van de ligging
en de indeeling van het terrein en verschillen weinig met de
door ons opgegeven cijfers.
Het project van den gemeente-architect is nl. ingerigt voor
2034 runderen
1780 kalveren
3040 schapen en
876 varkens.
Ofschoon dit plan wat de ruimte en inrigting betreft, onze
goedkeuring wegdroeg, meenden wij toch het in zooverre te moe
ten doen wijzigen dat het terrein, 't welk tot aan de Harlinger
vaart zoude strt-kkenzonder aan die zijde bebouwd te worden,
meer oostwaarts worde gebragtterwijlovereenkomstig den
wensch van de kamer van koophandel, aan de oostzijde ruimte
worden gelaten voor eene huidenmarkt.
Het in dien zin gewijzigd ontwerp, door den architect inge
zonden bij missive dd. 17 Maart jl. no. 64/3, is ingerigt voor:
2052 runderen
1568 kalveren
3200 schapen en
876 varkens, terwijl daarop zijn aange-
bragt een gebouw voor een weegtoestel en twee kantoren voor
de ontvangst der marktgeldennl. een voor de belasting van
runderen en kalveren en een voor de schapen en varkens.
Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1872.
Dit laatste ontwerp nu komt ons voor in alle opzigten aan de
eischen van eene goed ingerigte veemarktplaats te voldoen.
Aan de west-noord- en oostzijde omgeven door gebouwen
op de meest doelmatige wijze beplantgeheel afgesloten en in
gerigt overeenkomstig het advies van bevoegde beoordeelaars
zal deze veemarktplaats, naar wij meenen, geheel beantwoorden
aan de door uwe vergadering bij besluit van den 8 December
1870 gestelde voorwaarden.
Volgens de globale begrooting, hierbij als bijlage overgelegd,
zullen de kosten voor het maken van eene nieuwe veemarkt
plaats naar dit plan bedragen 78.333.
Tot inlichting omtrent de kosten verbonden aan het maken
eener nieuwe veemarktplaats in vergelijking met die van ver
grooting der bestaandedeelen wij mede dat de globale be
grooting van kosten van een der op den 2u Februari) j.l. door
den architect ingezonden ontwerpen tot vergrooting van üe tegen
woordige veemarktplaats met inbegrip van een gedeelte van het
plein voor het paleis van justitie, bedraagt 33,030.
Ingevolge uwe opdragt. zijn wij uitgenoodigd te onderzoeken,
of en zoo jaop welke wijze eene geheele verbetering van de
veemarktin verband met verhooging der marktgelden zal kun
nen geschieden.
Bij de beoordeeling van het bedrag, dat als marktgeld kan
worden vastgesteldbehoort in de eerste plaats gelet te worden
op de kosten van aanleg en inrigting van de marktplaats en
verder op alle zoodanige uitgaven en winstderving die daarvan
het gevolg zullen zijn.
De ingewonnen adviezen komen allen daarin overeendat
eene belangrijke verhooging van de tegenwoordig geheven wor
dende marktgelden geen merkbaren invloed op den aanvoer van
vee zal uitoefenen.
Uit den staat der marktgelden die op verschillende veemark
ten in ons land geheven worden, blijkt, dat die belasting in
deze gemeente onevenredig laag is gesteld.
Te Amsterdam wordt navolgend marktgeld geheven
voor
vette koeijen
50
cents
11
magere
27 Va
11
11
vette kalveren
27 1/2
ii
11
gras a
12 V2
11
H
nuchteren
5
a
vette varkens
20
11
II
magere n
10
ii
II
biggen
10
11
II
schapen
12 Va
11
II
lammeren
5
11
terwijl voor 't wegen van vette varkens bovendien 20 cents per
stuk wordt betaald.
Te Rotterdam is het marktgeld
voor koeijen 30 cents
paaiden 40 i,
kalveren 15
nuchteren id. 6
varkens 10
biggen 6
schapen 10 u
lammeren 10
Behalve voormeld marktgeld wordt voor varkensschapen en
nuchteren kalveren hokgeld betaald terwijl de varkens gewogen
kunnen worden tegen 20 cents per stuk.
Te Purmerend bedraagt het marktgeld
voor koeijen 10 cents,
paarden 10
vette kalveren 10
magere
vette varkens
Schapen per hok 30 cents of 3 cents per stuk.
Te Groningen en in de meeste gemeenten dezer provincie is
het marktgeld van een rund 10 cents en voor de overige dier
soorten naar evenredigheid.
Het marktgeld binnen deze gemeente geheven bedraagt thans
voor ieder rund
kalf
varken
paard
schaap
De gemeente architect geeft bij' zijne memorie van toelichting
op de dowr hem bij missive, dd. 20 December 1871, no. 262 g
ingezonden plannen van vergrooting van de veemarkt eene be
rekening van de opbrengst der marktgeiden volgens navolgenden
maatstaf
runderen
vette kalveren
gras- en nuchteren kalveren
schapen
rammen lammeren hamels
vette varkens
magere
vette biggen
magere n u n n
Indien wij nu de getallen der in 1870 aangevoerde verschillen
de soorten vee voor de berekening van de vermoedelijke op
brengst van het. marktgeld naar bovenstaanden maatstaf tot grond
slag nemen dan verkrijgen wij voor
35,500 runderen
3,700 vette kalveren
5,900 gras- en nuchteren kalveren
35,400 schapen
14,700 rammen lammeren en hamels
2,200 vette varkens
1,600 magere
4,400 vette biggen
7,000 magere
1,100 paarden
tegen 20 ets. per stuk
10
6 n u
n 4 n n a
n 2 n a n
ii 16 a n a
10 n H n
ii 5 a n a
a 20 ets. 7100
10
6
4
2
15
10
5
2
20
370,
334,
1416
294
330,
160
220
140,
220
Totaal 10,584.
Als uitgaven zijn daarentegen geraamd rente van het kapitaal
groot 73,333 tegen 5 0/0 3916.65
salaris per jaar voor een marktmeester - 600
een ontvanger van dc marktgelden - 200
twee vaste marktopzigters ieder 300 - 600
materieel voor de administratie - 150
onderhoud van de marktplaats en de toestellen - 500
onvoorziene uitgaven - 50
5916.65.
Rekent men nog hierbij voor koopsom en kosten per centiare
J 0.78 1/2dan bedraagt de waarde van het benoodigd terrein,
berekend naar 17,000 centiaren 13,345 en de jaarlijksche rente
f 667.25.
Deze rente gevoegd bij de bovenvermelde uitgaven ad ƒ5916.65
geeft een totaal van 6583.90.
De vermoedelijke ontvangsten geraamd op J 10,584.00
de uitgaven op - 6,583.90
zoo blijft er in het eerste jaar - 4,000.10 over
voor aflossing van kapitaal.
Ten overvloede zij ten opzigte van deze berekening vermeld
dat de kamer van koophandel de le afd. der maatschappij van
landbouw en de rijksveearts noch tegen het bedrag van't markt-
feldnoch tegen de aangenomen cijfers eenige bedenkingen heb-
en gemaakt.
Uit het bovenstaande blijkt derhalve, dat het maken van eene
nieuwe veemarktplaats nabij het station in alle opzigten aanbe
veling waardig is en geene tinantieele opofferingen van de
gemeente zal eischen.