lf
84
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Memorie van toelichting.
BEGROOTING 1874.
Voorgedragen
Sommen
over 1873
toegeslaan.
UITGAVEN.
II
10
11
III
J 6,000.-
60.-
- 1,100.-
225.-
325.-
- 1,200.-
300.-
110.-
650.-
50.-
520.-
600.-
600 -
200.—
852.-
170.-
800.-
225.-
312.-
13.-
1,040.-
300.-
110.-
645.-
50.-
400.-
620.-
600.-
200.—
980.-
355.-
745.-
Transport
u een opzigter
u een opzigter
l I n een schrijver
bezoldiging van een t.jdelijken teekenaar of schrijver
2
,050.—
800.—
600
600.—
400.—
6,000.—
50.—
Memorie
De jaarwedde van den hovenier
50 verhoogd.
Zamen 4,450.—
i bij raadsbesluit van 14 November 1872 met
Bij het in dienst stellen der nieuwe veemarktplaats bestaat er behoefte aan
een marktmeester en aan opzigter». Zonder nog met juistheid te kunnen bepa
len wanneer de nieuwe veemarktplaats in gebruik zal worden gesteld wordt het
noodig geacht eene som op deze begrooting aan te brengen om daarmede de
jaarwedden der bedoelde beambten te kunnen bestrijden. Omtrent het uitgetrok
ken bedrag wordt intusschen opgemerkt dat, ofschoon dit is gebaseerd op de cij
fers bij de nieuwe regeling van het marktgeld genoemdde jaarwedden van de
te benoemen ambtenaren nog moeten worden geregeld.
Gelijk geraamd als voor 1873, met dien verstande dat de som op art. 12 aan-
gebragt, over 1873 op twee artikelen was uitgetrokken.
Op dezen post is een hooger cijfer in uitgaaf gesteld omdat de raming voor
1873, met het oog op den hoogeren prijs zoowel van de brandstoffen als van de
gasverlichting onvoldoende wordt geacht.
Met eenige wijziging der raming voor de onderdcelen a en b is het geheel be
drag op dit artikel voor 1874 uitgetrokkenslechts 5 hooger dan het voor
gaande jaar.
De omschrijving van dit artikel is meer in overeenstemming gebragt met het
doel waarvoor de post op de begrooting voorkomt.
De hoogere raming voor dezen post is een gevolg van de meerdere kosten ver-
eischt voor 't drukken van het jaarlijksch verslag't welk van jaar tot jaar meer
omvang erlangt door het daaraan toevoegen van bijlagen waarvan tevens een
meer of minder aanzienlijk getal overdrukken worden verlangd.
Voor de kosten bij dit artikel bedoeld wordt ƒ600 voldoende geacht.
Ofschoon met ingang van 1874 eene nieuwe overeenkomst moet worden aan
gegaan ter zake het drukken van het verslag van 's raads handelingen, heeft men
echter voor alsnog geene aanleiding gevonden om tot bestrijding der kosten daar
van een ander cijfer dan ten vorigen jare in uitgaaf aan te bre.Dgen.
Voor het maken van alphabetische registers op notulenboeken wordt geene som
op de begrooting van 1874 aangebragt omdat met de sommen over 1872 en 1873
te dien einde beschikbaar gesteld kan worden bestreden het maken van die re
gisters op de notulenboeken van den raad en van burgemeester en wethouders
van den jare 1813 af en zoodanige registers over vroegere jaren minder nood
zakelijk worden.
Ten einde den archivarius in staat te stellen het drukken van den catalogus
der stedelijke kunstverzameling voort te zetten en met het drukken van den in
ventaris van het archief aan te vangen wordt ook voor 1874 het beschikbaar
stellen eener som van ƒ200.noodzakelijk geacht.
Op deze artikelen zijn uitgetrokken de sommen die volgens raming van den
architect over 1874 zullen worden vereischt.
De hoogere raming voor art. 3 is een gevolg van de meerdere lokaliteit die
thans door de politie wordt gebruikt.
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Memorie van Toelichting.
85
BEGROOTING 1874.
Sommen
O
a
th
Voorgedragen
over 1873
22
O
O
M
"a3
<v
22
sommen.
toegestaan.
UITGAVEN.
76
II
V
1
600.—
f 600.—
77
n
2
150.—
150.—
78
II
i/
3
- 1,000.—
- 1,000.—
79
II
VI
1
100.—
100.—
80
ti
VII
1
100.—
100.—
81
n
1/
2
900.—
900.—
82
ii
II
3
900.—
880.—
83
ii
VIII
1
100.—
150.—
84
n
II
2
150
200.—
85
ii
IX
1
4.—
4.—
86
ii
II
2
400.
400
87
n
X
1
800.
750
88
ti
2
75
75.—
89
n
II
3
400.—
450.—
90
ii
1/
4
200.—
150.—
91
ii
II
5
200.—
i.
O
ta
92
ii
tt
6
200.—
200.—
93
ii
II
7
100.—
75.—
94
ui
I
1
- 9,500
- 8,050
95
li
II
2
- 4,170
- 3,277.
96
u
II
3
900.—
900.
97
li
4
945.—
825.
Met het oog op de uitgaaf o\er 187*2, die ƒ939.536 bedroeg, is de raming
voor dezen post tot ƒ990.verhoogd.
De nadere regeling van de huisnummering en in verband daarmede van de
dienst der wijkbodenwaarvan melding werd gemaakt in de memorie van toe
lichting bij de ontwerpbegrooting voor 1873 is nog niet zoover gevorderd dat
op grond daarvan verandering kan worden gebragt in de raming voor onderdeel
b van dit artikel.
In 1874 zijn geene andere periodieke verkiezingen te wachten dan van leden
der provinciale staten. Ter bestrijding der kosten daardoor te veroorzaken en
van die voortvloeiende uit mogelijke buitengewone verkiezingen worden de op
deze artikelen uilgetrokken sommen voldoende geacht.
De verhooging op dit artikel aangebragt is noodzakelijk met het oog op de
uitgaaf over 1872, die ƒ775.695 beliep.
Over 1872 werd op dozen post uitgegeven J 327.85. Met het oog daarop is
eene raming van 400 voldoende. De mindere uitgaaf is een gevolg daar
van dat de raadsvergaderingen thans in den regel op een ander uur dau vroe
ger aanvangen.
Bij de begrooting voor 1872 werd op dezen post /"ISO.uitgetrokken, zijnde
ƒ200.minder dan in voorgaande jaren daaiop beschikbaar werd gesteld. In
verband met de uitgaaf over 1872, die 216.70 bédroegmoet de raming van
J 150.geacht worden ontoereikend te zijn.
Zoo wel op grond vau de uitgaaf over 1872 die ƒ199.496 bedroeg als van de
verhooging der gasrtgten, wordt het raadzaam geoordeeld de raming voor dezen
post tot ƒ200 te verlioogen.
De belooning van den schrijver op het bureau vau den architect is aangebragt
op hoofdst. 1 afd 1 art. 7b der uitgaven.
Het verlioogen der raming voor dezen post vindt zijne oorzaak hierin dat de
deswege vereischte uitgaaf in 1871 en 1872 niet met een bedrag van 75.kon
worden bestreden.
Onder de op dit artikel uitgetrokken som isbehalve de kosten van gewoon
onderhoud mede begrepen
Sub b voor buitengewone herstellingen aan den weg van de VrouwenpoorUbrug
naar de Bontckoe en bijlangs de begraafplaats naar de Noorderbrngaan den
weg van de Wirdumerpoortsbrug naar den spoorweg en naar de Posthoorn en
aan de toegangswegen naar het spoorwegstation.
Sub e voor vervloeiing van gedeelten bestrating die met uienwe keijen zullen
worden bestraat, en voor liet maken eener klinkertbestrating langs den weg
tusschen de Potmargebrug en het huis de Roode Boer.
De meerdere uitgaaf op dit artikel wordt vereischt voor buitengewone herstel
lingen aan en voor verwen van sommige der beweegbare en vaste bruggen. On
der anderen moet worden vernieuwd liet draaijend gedeelte van de blaauwe brug
het onder en boven dek van het val der Wittebrug en liet onder en bovendek
van de Iloeksterbrug en moeten worden geverfd de Booms- en Vlietsterbrug-
gen de Verlaatsbrugde Noorderbrug eu de Verwersbrug.
Het vermeerderd getal publieke privaten, urinoirs en vuilnisbakken, maakt
eene hoogere raming voor gewoon onderhoud noodzakelijk. Ook is voor 1874
Bijvoegsel, behoorbnde bij de Leeuwarder Courant. 12