Bijlage no. 2. Bijlage no. 3. Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1874. Aan den Raad der gemeente Leeuwarden. Het bij uw besluit van 29 Januari] jl. aan onze commissie ge- renvoijeerd amendement van den heer van Weideren ReDgers op 1 der toen behandelde ontwerp-verordening op het bouwen van woniDgen en tegen het bewonen van voor de gezondheid nadeelige woniDgen is met aandacht door ons overwogen. Bovendien hebben wij het oordeel van den directeur der ge meentewerken daarover ingewonnen. Het bedoelde amendement strekt om in 1 van de genoemde verordening op te nemen de navolgende bepalingen „Riolen en goten tot afvoer van water of vuil bestemdmoe- „tea van metaal of van waterdigt metselwerk worden aangelegd. „Bestaande riolen of goten moeten door de eigenaars of on- „derhoudpligtigen in waterdigten toestand worden onderhouden. „Ingeval van twijfel omtrent den voldoenden toestand van bo- „venbedoelde werken kan van wege burgemeester en wethouders „een onderzoek ten koste van de eigenaars of onderhoudpligtigen „worden gelast en zullen deze bij het ontdekken van gebreken „gehouden zijn, die overeenkomstig het voorschrift in de eerste „alinea van dit artikel te herstellen." Het is ons voorgekomen dat de eerste alinea van het amen dement, behoudens eene geringe wijziging en behoorlijke om schrijving van de constructie der gewenschte goten en riolen voor aanneming vatbaar isen wij zullen ons daarom ver oorloven een voorstel in dien zin aan uw oordeel te onder werpen. De verdere inhoud van het amendement evenwel heeft ODze adhaesie niet kunnen verwervenvooreerst omdat het ons voor komt van te wijde strekking te wezen waar hetin afwijking van de geheele 1 der onderwerpelijke verordeningbestaande toestanden treft en bovendien meer omvat dan wel juist door het belang der volksgezondheid schijnt te worden ge vorderd beide redenen waarom het niet past in de econo mie van eene verordeningwaarvan de bevordering van de volksgezondheid het doel is en die als eersteling op haar ter rein het bestaandeofschoon niet zonder gebreken eerbiedigt. Maar in de tweede plaats achten wij de voorschriften van al. 2 en 3 van het amendement, in zooverre ze, als strekkende tot bevordering van de volksgezondheid zouden kunnen worden ge rekend in deze verordening op hunne plaats te zijnoverbodig. Immerszoodra de toestand van goten of riolen van dien aard is, dat daardoor de lucht of de bodem verontreinigd en alzoo de volksgezendheid bedreigd wordtdan geven de ongetwijfeld krachtiger bepalingen van de tweede dezer verordening veel meer waarborg voor het herstel van wat ten nadeele dier gezond heid bestaat dan de 2e en 8e al. van het amendementwaarvan bovendien de doeltreffende naleving niet zonder groote moeije- lijkheid schijnt. Wij hebben mitsdien de eer den raad^voor te stellen om, met terzijdestelling van de eerste en met verwerping van de tweede en derde al. van het amendement van den heer van Weideren Rengersaan 1 van de verordening op het bouwen en inrig- ten van woningenzoomede tegen het bewonen van voor de ge zondheid nadeelige woniDgen, in zooverre zij door den raad is aangenomen de navolgende bepalingen te hechten „Art. 11. Riolen en gotentot afvoer van spoelwater of vuil „bestemd moeten van metaalvan steen of van waterdigt met selwerk worden aangelegdop de wijzein de twee volgende „artikelen bepaald. „Art. 12. De opene goten moeten ten minste twintig centi- „meter breed en vijf centimeter hol zijn. „Zij moeten waterdigt zijn en worden gemaakt van cement- „steenvan hardsteen of wel van klinkertsteen op den kanten „in dat geval gemetseld in een deel schelpkalk en een deal „Dordsche trasop een platte laag steen van geen mindere hard- „heid dan middelbonte mop. Bijvoegsel behoobende bij de Leeuwarder Coueant. „Art. 13. De riolen mogen binnenwerks niet wijder zijn dan „vijftien centimeter diameter. „Zij kunnen op drieërlei wijze worden gemaakt, namelijk van „gegoten ijzeren buizenEngelsche gebakken buizen of cement- „steen-buizen. „De zamenvoegingen der onderscheidene deelen van de buizen „moeten geschieden voor de ijzeren buizen met socketswaarin „uitgeplozen touw goed gestampt en daarop eene kraag van ge smolten lood goed aangedreven wordt, voor de Engelsche „gebakken buizen met portland-cement of met sterke trasbe- „staaode uit een deel schelpkalk en een deel Dordsche tras „en voor de cementsteen-buizen met portland-cement. „Elk riool moet bij het begin zijn voorzien van eene water- „digte kolk, gemaakt van gegoten ijzer, van klinkert in sterke „tras van cementsteen of van hardsteen. „In genoemde kolk moet vóór de opening van het riool een „bekwaam ijzeren rooster zijn." Leeuwarden, 16 Februarij 1874. De Raadscommissie voor het ontwerpen van strafverordeningen J. BIERUMA OOST1NG. E. ATTEMA. A. DUPARC. J. L. van 8LOTERDIJCK. J. J. BRUIN8MA. E. JONG8MA. MIJNE IIEER EN Eerlang zal de Dieuwe veemarkt in gebruik worden gesteld en dient in verband daarmede binnenkort te worden overgegaan tot de benoeming der ambtenarendie voor de bediening der veemarkt noodig zijn. Alvorens dit te kunnen bevorderenis hét ons wenschelijk voorgekomen dat Uwe vergadering vaststelle eene verordening, waarbij de rang het getalde bezoldiging en de wijze vau be noeming der bedoelde ambtenaren wordt geregeld. Te dien einde hebben wij ontworpen eene zoodanige verorde ning, benevens eene instructie voor den marktmeester. Onder verwijzing naar de memorie van toelichting bij even- gemelde ontwerp-verordeninghebben wij de eer U bij deze ter overweging aan te bieden a. eene ontwerp-verordening, regelende den raDghet getal de bezoldiging en de wijze van benoeming der ambtenaren, be last met het toezigt op het gebruik der veemarkt in deze ge meente en met de inning der regten en loonen op die markt geheven wordende b. eene ontwerp-instructie voor den marktmeester met voorstel aan die stukken uwe goedkeuring te hechten. Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den 26 Februarij 1874 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden. ONTWERP-VERORDENING, regelende den rang, het getalde bezoldiging en de wijze van benoeming der ambtenarenbelast met het toezigt op het gebruik der veemarkt te Leeuwarden en met de inning der regten en loonen op die markt geheven wordende. Art. 1. Het toezigt op het gebruik der veemarkt en op de inning der marktgelden en weegloonen is opgedragen aan een marktmeester. Art. 2. De marktmeester wordt door den raad tot wederopzegging benoemd op voordragt van een dubbeltal, door burgemeester en wethouders in te dienen. Hij kan in de waarneming zijner bedieninguiterlijk voor den tijd van eene maand worden geschorst door burgemeester en 2

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1874 | | pagina 2