128
Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden.
ONTWERP.
De raad der gemeente Leeuwarden;
Overwegende dat het noodzakelijk is te regelen de regten die
voor de gemeente zullen worden geheven voor het bewaren en
verzorgen van vee dat in den schutstal in bewaring is gesteld
en voor de overige diensten daarbij van wege de gemeente
verstrekt;
Gelet op art. 238 der gemeentewet;
Besluit:
Art. 1.
Yoor het in bewaring nemenbewaren en verzorgen van vee,
dat overeenkomstig de bepalingen der verordening op het schut
ten van vee in den schutstal is gebragt, zijn de regten verschul
digd in de volgende artikelen vermeld.
Art. 2.
Wanneer het vee langer dan twaalf uren in den schutstal ver
blijft wordt voor elke vier en twintig urengedeelten voor het
eïu
geheel berekend gevorderd
Yoor ieder paard
h veulen.
/I.-
- 0.50
- 0.80
- 0.50
- 0.30
- 0.15.
w u rund boven 2 jaren oud
n beneden 2 jaren oud
,t n ezelschaapgeit of varken
lam
Art. 3.
Wanneer het vee minder dan twaalf doch meer dan drie uren
in den schutstal verblijftis voor ieder stuk vee de helft ver
schuldigd van de sommen in art. 2 bepaaldterwijl een derde
van die sommen wordt gevorderd indien het vee binnen drie
uren nadat het in den schutstal werd gebragt, weder is terug
gehaald.
Art. 4.
Voor de openbare kennisgeving, in art. 5, le al. der veror
dening op het schutten van vee bedoeldis verschuldigd drie
guldenterwijl voor de kennisgevinggedaan ingevolge de 2e
alinea van het aangehaald artikelten laste van den betrokken
eigenaar wordt gebragt 60 cent.
ONTWERP-VERORDENING op de invordering
der regten voor het bewaren en verzorgen
van in den schutstal gebragt vee in de ge
meente Leeuwarden.
Art. 1.
De regten verschuldigd voor het bewaren en verzorgen van in
den schutstal gebragt vee worden betaald ten kantore van den
gemeente-ontvanger, die deswege kwitantie afgeeft.
Art, 2.
De in art. 1 bedoelde kwitantie wordt vertoond aan den schut-
stalhouder en strekt dezen tot magtiging om het in bewaring ge
nomen vee terug te gevennadat hij zich zooveel mogelijk heeft
verzekerd dat de teruggave door of namens den eigenaar wordt
gevraagd.
Art. 3.
Bij nalatigheid in de betaling geschiedt de invordering van het
verschuldigde overeenkomstig de bepalingen vervat in de artike
len 258 tot en met 262 der gemeentewet.