i
1
i
9'I
Mm
Bijlage no, 34,
I oap
MR
j
-
-
;«SJ
Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leenwarden, 1875.
81
VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot
vaststelling eener nieuwe verordening voor de
gemeenteschool no. 3 en tot wijziging van
a. de bepalingen voor de heffing en invorde
ring van schoolgelden;
b. de verordeningregelende de bezoldiging
van het onderwijzend personeel aan de gemeen
tescholen.
Mijne Heeren
Ingevolge uw besluit van den 27 Mei 1.1. no. 15, zal aan de
gemeenteschool no. 3 als leervak worden toegevoegd het onder
wijs in de beginselen der Franeche taal.
Daaruit vloeit voort de noodzakelijkheid tot wijziging der be
staande of vaststelling van nieuwe bepalingen voor genoemde
schoolzoomede tot wijziging der bepalingen opzigtens de hef
fing van echoolgeld en van de verordening regelende de bezol
diging van het onderwijzend personeel aan de gemeentescholen.
Wat de bepalingen voor de school betreftis het ons meest
doelmatig voorgekomen deswege eene nieuwe verordening vast
te stellen terwijl de veranderingen welke worden vereischt aan
gaande de heffing van schoolgelden en de jaarwedden van het
onderwijzend personeelbij wijziging der daarop betrekking heb
bende verordeningen kunnen worden aangebragt.
Uit dien hoofde hebben wij de eer u hiernevens aan te bieden
a. ontwerp eener verordening voor de gemeenteschool no. 3
b. ontwerp-besluiten tot nadere wijziging van het besluit, re
gelende de heffing en tot wijziging van de verordening op de in
vordering van schoolgelden voor onderwijs aan de gemeente
scholen
c. ontwerpbesluit tot nadere wijziging der verordening, re
gelende de bezoldiging van het onderwijzend personeel aan de
gemeentescholen
met voorstel daaraan uwe goedkeuring te hechten.
Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den 31 Mei.
1875 door Burgemeester en wethouders van Tjeeuwarden.
ONTWERP.
VERORDENING voor de gemeenteschool no. 3.
Van het onderwijzend personeel.
Art. 1. Het bestuur der school is opgedragen aan de hoofd
onderwijzeres.
Bij tijdelijke afwezigheid ziekte of ontstentenis wordt zij door
de eerste hulponderwijzeres vervangen.
Art. 2. De hoofdonderwijzeres mag, buiten het onderwijs in
de schoolgeen onderwijs geventenzij alleen bij de rijksnor
maallessen wanneer haar daartoe door de plaatselijke school
commissieonder goedkeuring van burgemeester en wethouders,
vergunning wordt verleend.
Art. 3. De hoofdonderwijzeres regelt, onder goedkeuring van
het schooltoezigtden werkkring der aan de school verbonden
hulponderwijzeres6en.
Art. 4. Ingeval de hoofdonderwijzeres zieh in het huwelijk
wil begevengeeft zij daarvan drie maanden te voren kennis
aan den gemeenteraad.
Deze kennisgeving geldt voor aanvrage ora ontslag.
De hoofdonderwijzeres kan echterzulks verlangendedoor
den raad in hare betrekking worden bevestigd.
Van de leerlingen.
Art. 5. De op de school te plaatsen leerlingen moeten min
stens den ouderdom van 6 jaren hebben bereikt.
Art. 6. De toelating van nieuwe leerlingen in de laagste klasse
Bijvoegsel, behoorbndi bij d* Leeuwarder Courant.
geschiedt door de plaatselijke schoolcommissie en heeft twee
malen 's jaara plaats namelijk 1 Jar.uarij en 1 Julij.
Ouders en voogden moeten zich acht dagen te voren bij de
hoofdonderwijzeres daartoe aanmelden.
Aan de ouders of voogden wordt ten blijke der toelating een
bewijs verstrekt.
Ten behoeve van kinderendie van elders ia deze gemeente
komen wonen kan door de schoolcommissie afgeweken worden
vaD de termijnsbepaling vervat in alinea 1.
Art. 7. De leermiddelen worden door de gemeente verstrekt,
met uitzondering van diewelke ook door de leerlingen te huis
worden gebruikt. Deze komen ten hunnen laste.
Jaarlijks vóór 1 Januarij en 1 Julij wordt door de hoofdon
derwijzeres aan de schoolcommissie eeae opgave ingeleverd van
de leermiddelen die zij voor het volgend halfjaar denkt noodig
te hebbenzij voegt daarbij tevens ter beoordeeling eene af
zonderlijke opgaaf der boekenwelke zij bij het onderwijs
denkt te gebruikenvoor zooveel die door de leerling zelve
moeten worden aangeschaft.
De lijst der opgegeven boeken en leermiddelen behoeft de
goedkeuring der plaatselijke schoolcommissie.
Van het onderwijs.
Art 8. Het onderwijs wordt gegeven
Van Maar dag tot en met Vrijdag des voormiddags van 9 tot
12des namiddags van 2 tot 4 uur.
Op Zaturdag des voormiddags van 9 tot 12dee namiddags
van 1 tot 3 uur.
De leerlingen der eerste klasse bezoeken de school des mor
gens van 9 tot 11 uur, des namiddags op de boven aangeduide
uren.
Art. 9. De gewone vacantiën zijnde paasch- of pinksterweek
en eene groote vacantie, aan te vangen omstreeks half Julij en
eindigende half Augustus.
Vacantiën van geheele of halve dagen kunnenom dringende
of gepaste redenen, alleen worden toegestaan door de plaatse
lijke schoolcommissie, na de hoofdonderwijzeres te hebben gehoord.
Art. 10. Het onderwijs omvat de volgende vakkenomschre
ven bij art. 1 der wet tot regeling van het lager onderwijs
a. het lezen b. het schrijven c. het rekenend. de beginselen
der vormleer e. die der Nederlandsche taaldie der aardrijks
kunde g. die der geschiedenish. die der kennis van de natuur;
het zingenk. de beginselen der kennis van de Fransche taal
n. de gymnastiek o. het teekenen p. de handwerken voor meisjes.
Art. 11. De leerlingen worden verdeeld in drie klassen iedere
klasse in twee of meer afdeelingen.
Het onderwijs wordt derwijze geregelddat het zich aansluite
aan het onderwijs in de laagste klasse der school van middelbaar
onderwijs voor meisjes.
De plaatsing van aankomende leerlingen en de overgang van-
de eene tot de andere klasse en afdeeling wordt door de
hoofdonderwijzeres, in overleg met de plaatselijke schoolcommissie
geregeld.
Art. 12. In de week vóór de groote vacantie heeft het jaar-
lijksch onderzoek naar de vorderingen der leerlingen plaats.
Ter gelegenheid van dat onderzoek worden aan de verdienste
lijkste leerlingen getuigschriften voor goed gedrag vlijt en kunde
uitgereikt.
De beoordeeling van het aantal der te geven getuigschriften is
aan de plaatselijke schoolcommissie, op voordragt van de hoofd
onderwijzeres.
Art. 13. Er wordt in het belang van het onderwijs eene school
bibliotheek aangehoudentot welker instandhouding en uitbrei
ding jaarlijks een som van hoogstens vijftig gulden beschikbaar
wordt gesteld.
De hoofdonderwijzeres kiest de boekenin overleg met de
plaatselijke schoolcommissie en zorgtdat zij behoorlijk worden
genommerd en op een register gebragt.
12