GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. bij de gemeente-rekening over 1874. (4 O) i i O J> O Hoofdstuk. Afdeeling. j Artikel. Werkelijk bedrag vol gens de rekening. 102 III I 8 325.805 103 n ■n 9 455.88 104 n n 10 - 14,871.48 105 1/ 11 106 n 'h 1 286.78 107 rr a 2 700.— 108 H a 3 - 2,216 82 109 II in 1 - 3,981.90 110 1/ a 2 572.26 111 II IV 1 632.12s 112 II a 2 1.26s 113 1/ V 1 - 72,512.20s 114 1/ 1/ 2 - 18,916.06s 115 II II 3 - 5,632.87 116 II 1/ 4 - 8,860.51s 117 1/ n 5 - 2,039.50 118 II H 6 300.— 119 U ii 7 - 15,718.18s 120 II VI 1 - Jx 214.42 121 II n 2 - 16*,38 5.965 122 II 1/ 3 972.24 123 II u 4 - 10,025.32 124 II ii 5 - 1,242.09 Voor het onderhoud der bij dit artikel bedoelde verblijven was op de begrooting ƒ80.aan- gebragt. Die som is door af^en overschrijving met 250.versterkt ter verevening der uit gaaf vereischt voor het maken van een overdekte bank voor de korendragersin de nabijheid van de Boomsbrug. Op dit artikel heeft de vereischte uitgaaf het bij de begrooting geraamd bedrag met nagenoeg 110.overtroffenwaarom het begrootingcijfer met dat bedrag is versterkt. Voor die meer dere uitgaaf is geene andere oorzaak op te geven dan dat de gereedschappen bij de fabricage ia 1874 meer dan gewoonlijk aan onderhoud hebben gevorderd. De kosten der straatverlichting werden geraamd op 14,800.Door de vermeerdering van het getal lantaarns in den loop des jaar» is het beloop dier kosten ruim J 70.boven het be grootingcijfer gestegen. Het onderhoud van ijsbanen heeft in 1874 geene uitgaaf van gemeentewege gevorderd. Het gewoon onderhoud van de begraafplaats, van de daarop staande gebouwen enz., heeft ia 1874 niet meer gevorderd dan de som in de rekening verantwoord, tengevolge waarvan op dit artikel een overschot is van 113.22. Dit artikel levert een overschot op van 383.18 doordat de kosten van begrafenissen geene meerdere uitgaaf hebben vereischtdan in de rekening op dezen post is verantwoord. Gedurende 1874 is aan de waag alhier eene belangrijk grootere hoeveelheid boter eu kaas aangevoerd, dan in de laatste jaren piaats had. Daardoor is een hooger bedrag aan werkloonen moeten worden uitgekeerddan waarop bij de vaststelling der begrooting was gerekend. Hier tegen staat over dat de ontvangst wegens aan de waag geheven regten evenzeer de raming heeft overtroffen. Voor onderhoud van het waaggebouw en de gereedschappen werd op de begrooting 180. aangebragt. Die som is intusschen vereischt geworden voor eene buitengewone uitgaaf, ul. de aanschaffing van nieuwe gewigtenzoodat door af- en overschrijving is moeten worden voorzien in de uitgavengevonden zoo voor gewoon onderhoud van het waaggebouw c. a. als voor eene noodzakelijk voorgekomen verbetering ten behoeve van den boter verkoop van wege de l»te af- deeliog der Eriesche maatschappij van laadbouw. De op deze artikelen bij de begrooting uitgetrokken sommen voor kosten van den afslag van viscu en voor onderhoud van het gebouw voor den afslag, waren ten bestemden einde voldoende. Tengevolge daling van'den prijs der steenkolen is de benoodigde grondstof voorde gasfabriek in 1874 kunnen worden aangeschaft voor een minder bedrag, dan daarvoor op de begrooting was uitgetrokkenzoodat de uitgaaf ruim 2,300.beneden de raming is gebleven. Ook voor deze beide artikelen waren de begrootingsommen voldoende tot bestrijding der ver eischte uitgaven. In den loop des jaars is het noodzakelijk geweest een grooter getal gasmeters aan te schaffen, dan waarop bij de vaststelling der begrooting was gerekend. Tengevolge daarvan is het be grootingcijfer wegens dezen post door af- en overschrijving versterkt met J 770. Dit artikel levert een overschot op van J 460.50. Het op dezen post verantwoord cijfer is het bedrag der rentendoor de gasfabriek uit te keeren aan de gemeente volgens daarvan opgemaakte rekening-courant. Onder de inkomsten is dat bedrag verantwoord op hoofdstuk III art. 11. De uitgaven wegens de stadsreiniging hebben over 1874 meer bedragen, dan daar voor op de betrekkelijke artikelen der begrooting was aangebragt. Door af- en overschrijving zijn de ge- .amde sommen verhoogd. Ten aanzien van die meerdere uitgaven wordt opgemerktbetreffende art. 1. dat de veranderlijke belooning toegekend aan den directeur en de beide opzigters boven de raming is gestegendoor dat de onzuivere opbrengst meer dan het deswege geraamd "ijfer heeft bedragen art. 2. dat voor het wieden van straten iets meer dan in voorgaande jaren is besteed art. 3. dat het aanbrengen van gastoestellen en andere verbeteringen uitgaven heeft gevor- erdwaarop bij de vaststelling der begrooting niet was gerekend art. 4. dat de uitbreiding van het tonnenstelsel voor de verzameling van faecale stoffen de GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. bij de gemeente-rekening over 1874 65 Werkelijk bedrag vol gens de rekening. UITGAVEN. 125 III VII 1 2,857.52 126 ii II 2 ii n 127 n 1/ 3 - 12,592.05s 128 ii II 4 750.67 129 n II 5 - 12,283.41s 130 ii II 6 - 10,959.46s 131 ii II it ii 132 it n 8 - 2,258 69s 133 n ri 9 - 3,527.01 134 ii ii 10 ii n 135 n n 11 11.65 136 ii n 12 - 1,081.74s 137 n H 13 - 1,694.30s 138 rr ii 14 - 7,818.535 139 ti ii 15 - 7,760.— 140 ii ii 16 - 31,016.26s 141 n ii 17 - 6,632.79 142 ii u 18 312. 143 ii ii 19 - 6,724.61 144 n ii 20 - 1,394.24 145 IV 1 - 5,755.98s 146 2 15.— 147 V 1 - 3,663.43s art. 5. dat het in den loop des jaars noodig is geacht drie publieke veilingen van verzamelde vuilnis te houden. Dit artikel levert een overschot op van 892.48, mede door dat eenige uitgaaf, betrekking hebbende op het maken van eene ierbakreeds was gemandateerd op hoofdst. Ill, afd. VI, art. 3vóór het uittrekken eener som "p dit artikelten behoeve van een ierbakhetgeen is geschied bij wijziging der begrooting krachtens raadsbesluit van 22 October 1874. Bij de vaststelling der begrooting werd dit artikel voor memorie uitgetrokkenterwijl er in den loop des jaars geene aanleiding heeft bestaan om daarop eene som aan te brengen. De som op dit artikel bij de begrooting aangebragt is door af- en overschrijving moeten wor den versterkt ter verevening der uitgavenbóven de raming vereischt voor het. aanvoeren van aarde ter ophooging van terrein voor wegen straten enz. naar en rondom de veemarkt. Op dezen post is nagenoeg de helft der daarop uitgetrokken som beschikbaar geblevenuit hoofde slechts een publiek privaat, met urinoirs, vuilnisbak enz. is gesticht en in 1874 zich de gelegenheid niet heeft voorgedaan om terrein voor 't stichten van zoodanige inrigtingen aau te koopen. Op deze beide artikelen is een betrekkelijk gering bedrag beschikbaar gebleven. V\ cgens art. 5 is 716 58* en art. 6 812.535 als overschot in de rekening vermeld. Dit artikel, op de begrooting aaogebregt voor memorie, in afwachting van nader te nemen besluiten is memoriepost gebleven. Voor de kosten, verbonden aan het uitschrijven eener prijsvraag tot het bekomen van plannen voor een alhier te stichten beursgebouw, werd 2.500.beschikbaar gesteld. Het riet-erlangen van een geweoscht resultaat op het uitschrijven der prijsvraag is intusschen oorzaak geweest dat van genoemde som een gedeelte beschikbaar is gebleven. Bij wijziging der begrooting werd op dit artikel j 6,000.— beschikbaar gesteldin verband met het'resultaat der toen gehouden aanbesteding van school meubelen. Van dat bedrag is even wel 2,472.99 als overschot in de rekeniDg vermelduithoofde van de a&unemiDgsom der te leveren schoolmeubelen een bedrag van ruim 1,900.onverantwoord is gebleven. Het op dezen post, na herhaalde wijziging der begrooting beschikbaar gebleven bedrag, is als overschot in de rekening aangebragtomdat er geene noodzakelijkheid heeft bestaan ter zake bij dit artikel bedoelde uitgaven te verautwoorden. Het verwen van het nieuwe gebouw voor de gemeenteschool no. 4waarvoor op de begroo ting dienst 1874 eene som beschikbaar werd gesteld, is in dat jaar wel aanbesteed, doch bij het aanvangen der uitvoeriüg bleek de noodzakelijkheid om het verfwerk tot de zomervacantio uit te stellen tenzij het onderwijs eCnigen tijd worde geschorsthetgeen niet wenschelijk werd geacht. Uitdicnhoofde zijn op dit artikel slechts da bestod ing?kosten in uitgaaf gebragt. Ofschoon hot maken van een lijkenhuis in het najaar van 1874 werd aanbesteed, verhinderde echter het wintersaisoen de stichting voor de maand April aan te vangen. Uitdienhoofde is de laatste termijn der aannemingsom die wordt uitbetaald na afloop vau den onderhoudstermijn, niet in deze rekening kunnen worden verantwoord. Daardoor wordt op dezen post 418.25s als overschot in de rekening vermeld. Op dit artikel is 455.69s beschikbaar gebleven, doordien de te yerrigten verfwerken voor een aanzienlijk lager bedrag zijn aanbesteed dan waarop ze waren begroot. Voor uitbreiding der gasfabriekmeer bepaald bestaande in het uitbreiden der buizenlciding is in 1874 iets minder besteed dan daarvoor was beschikbaar gesteld. Ofschoon de op deze artikelen in uitgaaf gestelde sommen uitgave^Detreff-n voor werken in 1873 aangevangen, was, bij het aanbrengen dezer artikelen op de begrooting, de nog te verantwoorden uitgaaf op de artt. 16 en 17 niet, zoo naauwkeurig bekend, dat de besohikbaar te stellen som met dc nog te verevenen uitgaaf kon overeenstemmen. Uit dien hoofde levert art. 16 een overschot op en is op art. 17 door at- en overschrijving versterking moeten worden aangebragt. De bij de begrooting op dit artikel uitgetrokken som is door af- en overschrijving verhoogd met ƒ225.ter verevening der aan M. Gomperts van gemeentewege uitgekeerde vergoeding voor afkoop van zijn regt tot het houden eener potkast tegen het huis lett. K no. 210. Voor dezen post, is de uitgaaf ruim 100 bereden het begrootingcijfur gebleven, door dat de uitvoering van het werk voor iets minder dan het geraamd bedrag is aanbesteed geworden. Do kosten van brandweer hebben in 1 74 kunnen worden bestred n met de op dit art kel verantwoorde som, zijnde ruim J 1200.— minder dan het cijfer waarop die kosten waren begroot. Op dezen post werd bij de vaststelling der begrooting 1,603.in uitgaaf gesteld. 1 I HESP" ■■r

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1875 | | pagina 33