Bijlage no. 5. Bijlage no. 6, 10 Bijlagen tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1875. slechts verplaatst zou zijn naar den toegang tot de brug aan de Zuidoostzijde. De meerderheid voert hiertegen aan 1°. dat daardoor net plan van uitbreiding eene belangrijke wij ziging zal dienen te ondergaanwaardoor de Willemsgracht eene veranderde rigting zal krijgengezwegen van de belangrijke kos ten die daarvan het gevolg zullen wezen 20. dat alsdan de welstand geheel zal worden opgeofferd aan eene vaste brugde bogt (malle bogt) aan de Willemskade noordzijde daardoor aangebragt, zal aan de uitbreiding daar ter plaatse eene te zeer onaannemelijke positie geven daardoor zalte be ginnen ongeveer nevens het oostelijkste gebouw aan de kade de gracht aan die zijde, noordoost worden verlegd tot over den Wirdumerdijkom daar in verbinding met het aldaar bestaande vaarwater te komenwijl aanplemping aan de zuidzijde van ge noemde gracht het gevolg zal zijn zoomede zou de verlegging der kade noordzijde daarvan het gevolg zijn en dat met eene zoogenaamde malle bogt, waardoor de passage aldaar, voorna melijk met rijtuigendie de brug van die zijde wenschen te pas serenwordt bemoeijelijkt 30. dat daardoor het terrein van den afgegraven Wirdumer- poortdwinger geheel of gedeeltelijk zou worden opgeofferd. Op grond van het bovenstaande heeft de commissie van rap porteurs de eer met algemeene stemmen den raad te adviseren Niet aan te nemen het nader voorstel van burgemeester en weihouders tot het maken van eeoe vaste brug ter vervanging van de Wirdumerpoortbrug op dezelfde hoogte en met dezelfde doorvaartwijdte als de bestaande, volgens het ontwerp door den directeur der gemeentewerken ingezonden bij missive van 25 Januarij 1875 no. plan C. De meerderheid van rapporteurs neemt ten slotte de vrijheid aan de commissie van rapporteurswier voorstel in de raads vergadering van den 9 October 1874 is aangehouden, in over weging te gevendat voorstel te wijzigen in dien zin welke naar het nader voorstel van burgemeester en wethouders van 28 Januarij 1.1. door de minderheid van hun collegie wordt voor gestaan. Aldus gerapporteerd ter raadsvergadering van den 11 Februarij P. H. v. d. MEULEN. J. L. van 8LOTERDIJCK. J. J. BRUNGERRapporteur. Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1874. 11 RAPPORT over de ontwerp-ver ordeningroge lende de wijze van afkondiging van plaatse lijke verordeningen. De commissie van rapporteursdoor de sectiën benoemd, heeft de eer het volgende te rapporteren Tegen dit ontwerp zijn in de le en 3e sectie geene bedenkin gen gemaakt. In de 2e sectie wenschte een der leden eenige wijziging in art. 5 te hebben aangebragt. De commissie heeft zich met het gevoelen van dit lid ver eenigd. In art. 5 wenscht zij nu in de eerste plaats eene nadere om schrijving der verordeningenwaarvan de afkondiging zal ge schieden door plaatsing in het gemeenteblad. Volgens art. 150 der gemeentewet worden onder plaatselijke verordeningen ver staan alle voorschriften en beschikkingen van den raad en van burgemeester en wethouders. Naar het oordeel van de commissie kan het nu toch wel niet de bedoeling zijn, om alle beschikkingen, ook de zoodanige, welke enkel bijzondere personen of belangen betreffen in het gemeenteblad te plaatsen. Zij is van oordeeldat alleen zoo danige verordeningen daarin behooren te worden opgenomen welke algemeene voorschriften bevattenen wenscht dat dit in art. 5 worde uitgedrukt. In de tweede plaats oordeelt de commissie eene afkondiging van de in art. 5 bedoelde verordeningen door plaatsing in het gemeenteblad geen voldoende bekendmakingdaar dit blad toch geenszins geacht kan worden in ieders handen te zijn. Tegen eene opneming van de verordeningen in het in art. 1 genoemde dagblad zouden waarschijnlijk overwegende bezwaren bestaan maar eene kennisgeving, vermeldende den titel der verordening en den dag der afkondiging, zooals in art. 1 is bepaald, schijnt voldoendedaar op die wijze de ingezetenen in kennis worden gesteld met het bestaan der verordeningen zich desverkiezende het nummer van het gemeenteblad waarin zij is opgenomen kunnen aanschaffen. De commissie heeft derhalve de eer eenstemmig voor te stel len de onveranderde aanneming van artt. 14. En art. 5 aldus te wijzigen „De afkondiging van door den raad vastgestelde verordenin gen wdke algemrcr.e voorschriften bevattenen welke niet vallen onder de toepassing van art. 1geschiedt door plaatsing in het gemeenteblad. Dadelijk na die ojkoi\diging wordt in het dagblad dat bestemd is tot opneming van alle ojficiele stukken van het gemeerde- bestuur uitgaandeeene kennisgeving geplaatdvermddende den titel der vastgestelde verordening en het nummer van het gemeenteblad, waarin zij is geplaatst. Deze worden verder ter kennis van het publiek gebragt op zoodanige wijze als burgemeester en wethouders dien stig achten." Aldus gerapporteerd in de raadsvergadering van heden 11 Fe bruarij 1875. I. TELTING, Rapporteur. E. JONG8MA. G. T. N. SUR1NGAR. Bijvoegsel behoorende bij de Leeuwarder Courant. RAPPORT over de ontwerp-verordening op het schutten van vee in do gemeente Leeuwarden, het ontwerp op de heffing en het ontwerp op de invordering der regten. De commissie can rapporteurs heeft de eer het volgende te rapporteren In de 2e sectie was voorgesteld om uit art. 3 de 2e alinea te doen vervallen omdat men oordeeldedat het niet op den weg der gemeente lagom in het belang van private personen het vee, dat onbeheerd zich op hun grond bevindt, op te bergen en te bewaren, en een gemeente-schutstal te houden, ook ten dienste van bijzondere personeu. De commissie van rapporteurs kan zich evenwel met dat voor stel niet vereenigen en wel op grond van het 2e gedeelte der le alinea van art. 12 van den tweeden titel van den zoogenaam- den Code rural (wet van 6 October 1791) welke bepaling nog van kracht is. Daar wordt gezegd: „Le propriétaire, qui éprou- „vera les dommagesaura le droit de saisir les bestiauxsous „l'obligation de les faire conduire dans les vingtquatre heures „au lieu du dépotqui sera aésigné a eet effet par la municipa- lité." De wetgever heeft alzoo bij die bepaling aan particulieren het regt toegekend, om vee, hetwelk schade aanrigt op hun erf, te brengen in den gemeentelijken schutstalen daarin ligt om gekeerd voor de gemeente de verplgtiwg opgesloten, om ook vee, dat door bijzondere personen op hun erf onbeheerd wordt aan getroffen in den schutstal op te nemen. De commissie van rapporteurs wenschtovereenkomstig de zienswijze in aile drie sectiën uitgesprokenuit art. 5 alinea 1 te doen vervallen de woorden „en van den tijd en plaats waarop het bij gebreke van tijdige afhaliDg, zal worden verkocht. Dit staat in verband met de bedenkingenwelke de commissie heeft tegen den verderen inhoud van dat ontwerp-verordening welke bedenkingen ook reeds door sommige leden in de drie sectiën waren gemaakt. Burgemeester en wethouders willen de betaling van de kosten van bewaring en verzorging regelen door eene belasting-verorde ning en tevens bepaald hebben, dat het vee, zoo het niet wordt teruggehaaldbinnen zekeren aangekondigden tijdin het open baar zal worden verkochten dat de opbrengstDa verloop van één jaar, zal vervallen aan de gemeente. Daartegen nu bestaan bij de commissie van rapporteurs zeer ernstige bedenkingen. Het is hun Diet onbekend, dat er inder daad gemeente-verordeningen bestaan, waarin de zaak op die wijze is geregeld en wtlke ook de koninklijke goedkeuring heb ben erlangd, maar zij zijn tevens van meening, dat, wanneer een geschilDaar aanleiding van dergelijke verordeningen ont staan te eeuiger tijd mogt worden onderworpen aan de kennis neming des ri gtersdeze zeer zeker de toepassing daarvan zou weigeren. Door zoodanige regeling gaat de gemeente-raad huns oordeels zeer zeker buiten zijne bevoegdheid. Twee punten komen hier in aanmerking 10. het heffen van een zeker regt voor kosten van bewariDg en verzorging 20. de verkoop van liet vee bij niet tijdige terugneming door den eigenaar. Ad I. Het regt van schutten berust op het publiek regt. Krachtens politie-regt is het gemeente-bestuur zeer zeker be voegd tot het schutten van vee, dat onbeheerd op publieke plaat sen wordt aangetroffen; dat geschiedt in het publiek belang. Maar vindt nu het bestuur goed, om het geschutte vee te dceu oppassenvoeden en verzorgendan is dat een maatregeldie niet in het publiek belang plaats heeftdie zich niet op het po litie-regt grondt. Met dat oppassen voeden en verzorgen be doelt men niet het belang der publieke orde, maar het privaat

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1875 | | pagina 6