Bijlage no. 7. 22 Bijlage tot het verslag der handelingen vi voltooijen openbare werkentot welker uitvoering de raad in den laatstcn tijd heeft besloten, doch waarvoor tot dusverre geene toereikende fondsen beschikbaar zijn gesteldmaken het noodzakelijk dat in de gemeente-begrooting voor het loopend dienstjaar wijzigingen worden aangebragt. Bovendien is het aanbrengen van wijzigingen in die begroo ting noodzakelijk, voor de beschikbaarstelling van fondsen tot betaling van gedeelten der koopsommen enz. van voor de ge meente aangekochte vastigheden. Uit dien hoofde is vastgesteld het hierbij gevoegd besluit, t welk de vereischte wijzigingen behelst die mede zijn aange duid op een overgelegden staat en waaruit blijkt dat het totaal der inkomsten en uitgaven wordt verhoogd met 124,'150. Ten opzigte van de verschillende wijzigingen wordt voorts het volgende opgemerkt INKOMSTEN. Hoofdstuk II. Afdeeling I. Art. 1. Aan te vangen met het dienstjaar 1876 zijn voor de heffiEg der grondbelasting toegepast de uitkomsten der herzie- zing van do belastbare opbrengst der gebouwde eigendommen. Het resultaat daarvan voor deze gemeente is dat ze wegens opcenten op de grondbelasting over 1876 circa f 7,200.minder zal ontvangen dan op de begrooting onder de inkomsten was aangebragt. Tengevolge daarvan wordt de raming voor dit ar tikel dienovereenkomstig gewijzigd. Hoofdstuk III. Art. 11. De aanzienlijke geldleening welke ten behoeve der uitbreiding van de gasfabriek door de gemeente moet worden aangegaanheeft eene verhooging der over 1876 te betalen renten tengevolge. In verband daarmede wordt ook het be drag der door de gasfabriek aan de gemeente te vergoeden ren ten verhoogd. Hoofdstuk IV. Art. 14. Blijkens missive van Z. E. den heer minister van binnenlandsche zakend.d. 19 February 1876no. 51, Ve afd. is aan te vangen met 1876 tot wederopzeggens aan deze gemeente voor hare middelbare school voor meisjeB toegekend eene jaar- lijksche rijkssubsidie van 5,000. Met het oog daarop is die som op dit artikel der begrooting onder de ontvangsten aangebragt. Hoofdstuk V. Afdeeling I. Art. 1. Het bedrag der geldleeningbij de primitieve vast stelling der begrooting op dit art. aangebragtwordt ver hoogd met 47,000.welke som met die hierna vermeld op afd. II art. 3 van dit hoofdstuk, bedragende 12,000.zal moeten strekken tot bestrijding der kosten voor de stichting van een tweede schoolgebouw voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs, het maken van een gedeelte der bestrating en riolering enz., van gemeentewege te leggen op het als bouw terrein te verkoopen perceel land, sectie E no. 243, voorts tot betaling van gedeelten der koopsommen van voor de gemeente aangekochte vastigheden en ter verevening der aan de begrooting toegevoegde meerdere uitgaaf voor de verbetering van den straat weg van de Noorderbrug naar den Stienscrwcg. Art. 2. Ter uitvoering van 's raadsbesluitbetreffende den aanbouw van een vijfden gashouder bij de gasfabriekmet amotie van het bestaande woonhuis van den directeur worden bij neven8gevoegd besluit de voor dien aanbouw en daarmede in verband staande werken vereischte sommen onder de uitga ven aangebragt. Tevens is het noodzakelijk het in uitgaaf ge steld bedrag voor de stichting van eene kolcnloods te verlioo- gentengevolge van welk een en ander de voor de uitbreiding der gasfabriek onder de ontvangsten opgenomen geldleening moet worden verhoogd met 66,000. Afdeeling II. Art. 3. Tijden^ de vaststelling der begrooting bestond er geen n den gemeenteraad te Leeuwarden, 1876. bepaald voornitzigt dat in 1876 koopsommen van bouwterrei nen zouden kunnen worden ontvangen. Dewijl na dien tijd verschillende aanvragen om bouwterreinen zijn ingekomen, met gevolg dat onderscheidene perceelen pro visioneel of definitief zijn verkocht, gezamenlijk eene waarde vertegenwoordigende van ruim 12,000.— wordt dat bedrag thans op dit artikel in ontvang gesteld. UITGAVEN. Hoofdstuk III. Afdeeling I. Art. 14. Onder dc som op nevens vermeld artikel der be grooting uitgetrokkenis begrepen een bedrag van f 1,200. voor gedeeltelijke verbetering van den straatweg van de Noor derbrug langs de algemeene begraafplaats naar den Stiensor- straatweg. Het is echter noodzakelijk voorgekomen de verbetering van bedoelden weg in dit jaar over de geheele lengte te doen plaats hebben. Bp de toezending van een daartoe betrekkelijk bestek deelt de directeur der gemeentewerken mede, dat de kosten der in dat bestek omschreven weg-verbetering door hem worden begroot op 4300. Uit dien hoofde wordt de raming voor dit artikel met 3100 verhoogd. Afdeeling V. Art. 1. Met het oog op den tegenwoordigen prijs der gasko len bestaat er geen bezwaar tegenvan de voor dit artikel ge raamde som een bedrag van ƒ1550 af te schrpven, terwijl daardoor kan worden voorzien in het meerder door de gasfabriek aan de gemeente te vergoeden rentebedrag, voortvloeijende uit het verhoogde cijfer der voor de uitbreiding dier fabriek te be steden kosten. Het zal ter bekwamer tijd een punt van over weging bij de commissie van toezigt voor deze inrigting uitma ken in hoeverre deze post nog voor meerdere verlaging vatbaar is en daarmede in verband ook de gasprijsvermindering zal kunnen ondergaan. Art. 7. De verhoogde raming voor dit artikel staat in verband met de verhoogde ramingaangebragt op art. 2 der Ie afd. van hoofdstuk VIII uitgaven en art. 11 van hoofdstuk III inkomsten. Afdeeling VII. Art. 5. Na don aankoop voor de gemeente van het gebouw en erf aan het Hofpleintot dusver in gebruik geweest als old burger weeshuisbesloot de raad op dat terrein twee schoolge bouwen voor gewoon en uitgebreid lager onderwijs te stichten, ten einde daarin de gemeentescholen no. 2 en 3 te kunnen overbrengen omdat de voor die scholen thans in gebruik zijnde gebouwendermate onvoldoende ruimte aanbieden tot plaat sing der leerlingendat voor beide scholen hulplokalen in ge bruik zpn gesteld. Up dit artikel der begrooting was echter niet meer aange bragt, dan volgens raming voor de stichting van een schoolge bouw noodig zou zpn. Tengevolge daarvan wordt met wpziging der omschrijving, thans op het artikel uitgetrokken een be drag, dat vermoedelijk voor de stichting van beide schoolgebou wen voldoende zal zijn. Art. 6. Door den aankoop van de huizinge met erf aan de Oosterstraatlett. C nos. 299 en 300is de gemeente in bezit gekomen van een terreinzeer geschikt o. a. voor de stichting van een schoolgebouwten behoeve van leerlingen der thans te sterk bezette scholen nos. 5 en 6 en van de zoodanigen die nu en dan bij gebrek aan ruimte op gelegenheid tot plaatsing moeten wachten. Wordt nu b. v. in 1877 door de stichting van zoodanig school gebouw ter aangeduide plaatse gelegenheid verschaft om de gemeenteschool no. 6 te ontlasten in dier voegedat het sints geruimen tijd als bewaarschool gebezigde derde lokaal van de school no. 6 die bestemming kan behoudendan vervalt voor het tegenwoordige de noodzakelijkheid tot stichting van eene nieuwe bewaarschool. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1876. l'it dien hoofde wordt de op dit art. uitgetrokken som ge- roijeerd en de p03t voor memorie vermeld. Art. 7. Bij raadsbesluit van 27 January 1876, werd be paald, om bij en ten behoeve van de gemeentelijke gasfabriek eene kolenloèds te stichtenvoldoende tot berging ecner hoe veelheid van 30,000 hektoliterin plaats van zooals vroeger was bepaaldvoor 20,000 hektoliter. Dientengevolge moet de primitief op dit artikel in uitgaaf ge stelde som worden verhoogd en, met het oog op den uitslag der gehouden bestedinggebragt op 22,000. Art. 8. De gehouden besteding der stichting van eene woning voor den marktmeesterovereenkomstig een te voren bij raads besluit goedgekeurd planheelt doen zien dat de som te dien einde op dit art. der begrooting aangebragtte laag is gesteld waarom het geraamd bedrag wordt verhoogd met de som van ƒ1100, ten einde de aannemingsom ad 3999 benevens de be- stedingskosten en verder ter zake te doene uitgavenop dezen post te kunnen vereffenen. Art. 11. Dewijl het toenemend gasverbruik de noodzakeliik- heid medebrengt om te voorzien in de bestaande behoefte aan meerdere gelegenheid tot gasbergingis besloten tot den aan bouw van een nieuwen gashouder over te gaan en ten behoeve van dien aanbouw het woonhuis van den directeur der fabriek te amoverenomdat op geene andere wijze het voor den nieu wen gashouder benoodigde terrein kan worden verkregen. Tengevolge daarvan zal echter eene andere gelegenheid tot het verschaffen van eene woning voor den directeur moeten worden gezocht, ten welken einde het voornemen bestaat op eene nader te bepalen wijze het voorgebouw der fabriek, thans dienende tot kantoor van den boekhouder enz.door aan- en bijbouw te vergrooten. In afwachting van het daarvoor vast te stellen plan is onder dc op dit artikel in uitgaaf gestelde som voor die verbouwing opgenomen een bedrag van ongeveer 9000terwijl het overige wordt vereischt tot bestrijding der uitgaven voor den te leveren gashouder met kuip en de uittevoeren graaf-, timmer- en met selwerken, respectievelijk aanbesteed voor ƒ39,495 en 8948, zoomede ter verevening der op die bestedingen gevallen kosten. Art. 12. Bp eene krachtens raadsbesluit van 10 Febr. 1876 no. 9, goedgekeurd door gedeputeerde staten den 17 dier maand, met de familie Wester, eigenaars van het perceel land sectie E no. 243, aangegane overeenkomst, heeft de gemeente op zich genomen om bij verkoop van genoemd perceel land als bouwterrein, op de wijze in de overeenkomst omschreven, langs daarvoor afgestane gedeelten van het land bestratingen en riolen te leggen en tusschon het land en den Spanjaardsdpk eene brug te maken. Dewijl nu de familie Wester bedoeld land reeds als bouw terrein in 41 perceelen verdeeldin veiling heeft gebragt en de gemeente tengevolge daarvan verpligt is nog dit jaar een gedeelte der bestrating en riolen te leggen, wordt te dieneinde eene som van 6000 in uitgaaf gesteldals vermoedelijk ver eischt bedrag voor hetgeen ten dezen in 1876 zal worden uit gevoerd. Art. 13. Ingevolge de voorwaarden onder welke is verkocht het gebouw met erf aan het Hofplein, het Old Burgerweeshuis moet in 1876 worden voldaan 2/:t gedeelte van den koopprijs benevens de op den verkoop gevallen kosten. In verband hier mede is het noodig ter zake voorschreven op de begrooting voor de dienst 1876 een bedrag van ƒ26,000 beschikbaar te stellen. Art. 14. Ook de bij dit artikel omschreven vastigheden zijn aangekocht onder bepaling dat de op den_aankoop gevallen kosten benevens de helft der koopsom in 1876 moeten worden betaald, zoodat het noodzakelijk is de daarvoor vereischte som op de begrooting in uitgaaf aan te brengen. Hoofdstuk V. Art. 7. Bij den aankoop van de herberg de Bleek c. a. is door den verkooper bedongen dat de laatste helft der koopsom ad ƒ18,000, betaalbaar zal zijn in 1880 en de gemeente daar van inmiddels aan hem eene jaarlpksche rente zal voldoen naar 5 °/0. Tijdens de zamenstelling der begrooting voor 1876 is liet aan brengen dezer uitgaaf achterwege geblevenwaarom ze thans nog op de begrooting wordt uitgetrokken. Hoofdstuk VIII. Afdeeling I. Art. 2. De verhooging welke deze post behoeft is een ge volg van het onder de ontvangsten opnemen eener geldleening groot 85,000 voor de uitbreiding der gasfabriek waarvan zeer waarschijnlijk over 1876 voor zes maanden rente zal moeten worden betaald. Intusschen is de verhooging niet berekend over het geheel bedrag der leening, omdat, bij de primitieve vaststelling der begrootiug, op dit artikel reeds een zeker bedrag was uitge trokken voor rente van de geldleening ad 19,000toen voor de uitbreiding der gasfabriek onder de ontvangsten opgenomen. Hoofdstuk XI. Onvoorziene Uitgaven. De wijzigingen bij nevensgevoegd besluit in de begrooting aangebragtbetreffen voor het meerendeel inkomsten en uit gaven van buitengewonen aard. Intusschen is daarbij tevens wijziging aangebragt o. a. in de raming der opcenten op de grondbelastingdewijl bekend is dat de gemeente deswege circa 7200 minder zal ontvangen dan do primitieve begrooting aan wijst. Tegenover die vermindering van inkomst is onder de ont vangsten aangebragt de toegezegde rijkssubsidie voor de middel bare meisjesschool, tcrwjji het, tot vinding van het overig gc- deolte, ad ƒ2200, dienstig is voorgekomen van de som voor onvoorziene uitgaven uitgetrokken het verder benoodigd bedrag af te schrijvenomdat voorshands geene gelegenheid bestaat de geraamde gewone inkomsten te verhoogen. Met dc zooeven bedoelde ƒ2200 is van dezen post tevens afgeschreven een bedrag van 234benoodigd tot equivalering der aan de begrooting toegevoegde buitengewone uitgaven. VOORSTEL van Burgemeester en Wethouders betrekkelijk liet aangaan eener geldleening voor de uitbreiding dor gasfabriek, groot f85,000. Mijne Heer en Blijkens het u ter overweging en vaststelling aangeboden ontwerp-besluit, tot wijziging der gemeente-begrooting voor bet loopende dienstjaarzalten behoeve der in dat jaar uit te voeren werken voor de uitbreiding der gasfabriekmoeten wor den aangegaan eene geldleeningten bedrage van f 85,000. Ten einde tot betaling van successievelijk vorderbare gedeel ten der aannemingsommen van bedoelde werkende noodige gelden tijdig beschikbaar te kunnen stellenis bet ons wen- schelijk voorgekomen in afwachting der goedkeuring van voor meld ontwerp-besluit, u nu reeds ter vaststelling aan te bieden een concept-besluit tot bet aangaan der geldleoningopdat (le vereischte goedkeuring van hoeren gedeputeerde staten daarop kunne worden gevraagd te gelijk met die op het vast te stel len besluit betreffende wijziging der begrooting. In bijgaand ontwerp-besluit is, evenals vroeger, opgenomen bet plan van leening't welk bepalingen behelstin hoofdzaak overeenkomende met die omschreven in bet plan der leening ten vorigen jare voor de gemeente aangegaanonder bijvoeging van eene vermelding waaruit de bestemming der leening blijkt. Wat echter betreft het aangaan der leening in seriën, dit is door ons in de gegeven omstandigheden niet raadzaam geoor-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1876 | | pagina 12