f Hijlage no. 2. t >k! Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1877. 5 "VOOESTEL van burgemeester en wethouders tct wijziging der bepalingen voor de invorde ring eener belasting op het houden van honden. Mijne Heer en Bij de behandeling van de begrooting der inkomsten en uit gaven dezer gemeente voor 1877werd de veronderstelling ge uit dat de belasting op het houden van honden door velen wordt ontdoken en tevens dat in deze gemeente vele honden rondloopendie aan niemand toebehooren. Men oordeelde dat het eenige middel om tegen ontduiking van die belasting te wakenzoude zijn de honden te voorzien van een plaatje of eenig ander kenteekendat ze voor de be lasting zijn ingeschreven. In verband hiermede hebben wijter aanvulling van de be staande verordening op de invordering der hondenbelasting eenige bepalingen ontworpendoor toepassing waarvannaar wij vertrouwenhet ontduiken dier belasting kan worden tegen gegaan. In verband daarmede moet overeenkomstig het voorschrift van art. 235, 2e alinea der gemeentewet, het besluit tot hef fing dezer belasting op nieuw aan 's Konings goedkeuring worden ©neerworpenonder bijvoeging van de verordening op de in vordering zooals deze nu zal worden vastgesteld. Het is ons niet noodzakelijk voorgekomendat in het heffings- besluit wijziging wordt aangebragtzoodat wijnaar aanleiding van het vorenstaandede eer hebben hiernevens aan u over te leggen a. een ontwerpbesluit tot heffing eener belasting op het hou den van honden, gelijk aan dat den 24 Mei 1866 vastgesteld, en b. ontwerp eener verordening op de invordering van voor melde belasting; beide vergezeld van betrekkelijke memoriën van toelichting, met voorstel daaraan uwe goedkeuring te hechten. Voorgesteld ter raadsvergadering van den 8 February 1877 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden. ONTWERP-BESLUIT tot heffing eener belasting op het houden van honden in de gemeente Leeuwarden. De raad der gemeente Leeuwarden Gezien artt. 232, 240, 245 en 253 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad no. 85)gewijzigd bij de wet van 7 Julij 1865 (Staatsblad no. 79). Besluit Art. 1. Er wordt eene belasting geheven op het houden van honden in de gemeente. Art. 2. De belastingten bedrage van drie gulden voor eiken hondbehoudens de hierna te vermelden uitzonderingenis tel ken jare verschuldigd door hendie in de gemeente hun hoofd verblijf houdenzoomede door hendie er minstens drie maan den verblijven. Art. 3. Het bij 't vorig artikel gemeld bedrag der belasting wordt op de helft verminderd voor honden uitsluitend gehouden ten dienste van den landbouw of eenig bedrijf van nijverheid of ter bewaking van gebouwen of erven. Art. 4. Zijdie in de tweede helft des dienstjaars in het be zit van een' hond komenzijn over dat jaar slechts de helft der belasting verschuldigd. Art. 5. Voor honden, die den ouderdom van twee maanden niet hebben bereiktis geene belasting verschuldigd. Art. 6. Voor de belasting zijn aansprakelijk de hoofden der huisgezinnen in welke de honden te huis behooren. Bijvoegsel, beiioorende bij de Leeuwarder Coura.nt. Art. 7. Het belastingjaar loopt van 1 January tot ulto. December. Art. 8. Aan de belastingschuldigen die zich van hunne hon den vóór den eersten Julij van het jaar waarover de belasting loopt ontdoenwordt op hunne aanvraag afschrijving van de helft van hunnen aanslag verleend. Art. 9. Dit besluit treedt in werking terstond nadat daarop de vereischte koninklijke goedkeuring is verkregen en strekt alsdan ter vervanging van dat tot heffing eener belasting op het houden van honden, vastgesteld den 24 Mei 1866. Leeuwardenden De Baad voornoemd. MEMORIE van toelichting bij het besluit van den Raad der gemeente Leeuwarden, d.d. 1877, tot heffing eener belasting op het houden van henden in die Gemeente. Nevensgevoegd besluitwaarin zijn opgenomen de bepalingen voorkomende in dat ter vervanging waarvan het strektis vastgesteld met het oog op het voorschrift van dc 2e alinea van art. 235 der gemeentewetuithoofde het noodzakelijk is voor gekomen eenige wijziging te brengen in de verordening op de invordering dezer belasting. Ten opzigte van de redenen welke daartoe aanleiding hebben gegevenwordt verwezen naar de bij die verordening gevoegde memorie van toelichting. De Raad der gemeente Leeuwarden. ONTWERP-VERORDENING op do invordering eener belasting op liet houden van honden in de gemeente Leeuwarden. Art. 1. Jaarlijks in de maand January heeft, door een of meer daartoe door burgemeester en wethouders aan te wijzen beambtende opschrijving plaats van alle honden in de ge meente en hunne houders. Houders van hondendie aanspraak maken op de toepassing van artt. 34 en 5 van het besluit tot heffing dezer belasting geven de gronden op waarop die aanspraak steunt. Art. 2. Uit die opschrijving wordt in de maand February door burgemeester en wethouders het kohier van belasting op gemaakt dat vervolgens gedurende acht dagenbij openbare aankondiging bekend te makenvoor een ieder ter inzage ligt. Belanghebbenden kunnen binnen dien termijn hunne bezwa ren tegen den aanslag bij burgemeester[en wethouders indienen. Het kohier wordt daarop onder inachtneming der ingediende bezwaren door het collegie definitief vastgesteld. Art. 3. Het vastgesteld kohier wordt ter invordering in han den van den gemeente-ontvanger gesteld, die binnen 14 dagen daarna de aanslag-billetten doet uitreiken. Art. 4. Ieder houder van honden, bij wien de opschrijving om de eene of andere reden niet mogt hebben plaats gehad doet daarvan vóór den 15 February van het jaar, waarover de belasting loopt, aangifte ter secretarie. Art. 5. Ieder, die na afloop van de in artikel 1 dezer ver ordening bedoelde opschrijving in het bezit komt van een of meer honden die den ouderdom van minstens twee maanden hebben bereiktdoet daarvan binnen vijf dagen aangifte ter secretarie. Art. 6. Tot gelijke aangifte zijn houders van honden ver- pligt dienadat de meerbedoelde opschrijving is geschied hunne woonplaats binnen de gemeente komen vestigen en wel binnen eene maand na die vestiging. Art. 7. De in de beide voorgaande artikelen bedoelde hou- 2

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1877 | | pagina 3