n
n
v
96
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1878.
BEGROOTING 1879.
Sommen
over 1878
toegestaan.
Volgno.
Hoofdstuk, j
i
Afdeeling.
Artikel.
Voorgedragen
sommen.
i
criT(
jrAVEN.
175
VII
ii
4
f 67,580- -
67,380.—
176
Ti
7)
5
3,350—
3,300—
177
r
6
2,800—
2,000—
178
n
V
7
1,300.
1,060—
179
n
8
n 425—
395—
180
n
n
9
750-
700.-
181
rt
n
10
6,391—
4,786—
182
11
150.-
150--
183
12
450.-
450—
184
13
3,600—
3,600—
185
14
150—
150—
186
IÏI
15
1,000—
1.000—
187
1
100.-
100.—
188
it
j)
2
100.-
120
189
it
n
3
400.-
400.-
190
n
IV
1
4,051—
4,116.—
191
2
50.-
50—
192
3
20.-
20—
193
f
4
300—
300—
194
1
200—
200—
195
2
500—
500—
196
V
•n
3
1,000.-
300—
vakken, opgemaakt door den directeur, wijst voor 1879 een cijfer aan, dat het
bedrag der raming voor 1878 met 5.overtreft.
Tengevolge van het openstellen der gemeenteschool no. 1 is het hulplokaal der
gemeenteschool no. 5 kunnen worden opgeheven en heeft het onderwijzend perso
neel aan die school vermindering kunnen ondergaan. Daardoor is het op dit art.
voor 1879 uitgetrokken bedrag slechts f 200.— hooger dan dat voor 1878niet
tegenstaande voor de scholen nos. 8 en 4 700.voor jaarwedden meer is aan-
gebragt.
Ofschoon thans ondor de op dit artikel aangebragte som mode is begrepen een
bedrag voor leermiddelen ten behoeve van de gemeenteschool no. 1heeft de
totale raming vergeleken met 1878 slechts 50 verhooging ondergaandewijl met
het oog op de uitgaaf over 1877 de raming voor de overige scholen eenigermate
kon worden verminderd.
De uitgaaf voor brandstoffen ten behoeve der gemeentescholen over 1877 beliep
de som van 2,840.86s. zoodat hei. noodzakelijk is geacht op dit artikel voor 1879 een
bedrag van f2800.— in uitgaaf te stellen, dewijl het getal der lokalen, in welke
onderwijs wordt gegevengeen vermindering ondergaat.
De raming der kosten van verlichting in de verschillende scholen isevenals de
uitgaaf voor brandstoffengebaseerd op het bedrag blijkens de rekening over 1877
in dat jaar benoodigd geweest.
De raming van hoogere sommen op nevensvermelde twee posten staat in ver
band met de in November 1877 opengestelde gemeenteschool no. 1waarvoor op
deze artikelen in de raming voor 1878 geene sommen waren begrepen.
Ten aanzien van de hoogere raming voor dit artikel wordt opgemerkt, dat de
voormalige gemeenteschool no. 2 en de daaraan verbonden woniDg van den hoofd
onderwijzerwegens buitengewone herstellingen aan dakgoten en eone schutting,
benevens vernieuwing van eene buitendeur, eene uitgaaf vordert van f 230.
terwijl in de raming mede is opgenomen eene som voor schoonhouden der lokalen
gevorderdin afwachting dat aan die lokalen eene bestemming zal worden gege
ven. Voorts is onder de sub f uitgetrokken som begrepen een bedrag van f800.
voor de splitsing van lokalen in de gemeenteschool no. 6 en onder de som ver
meld lett. g f455.voor herstellingen aan schoolbanken en vloeren in-, bene
vens verfwerk aan de gemeentescholen nos. 9 en 10.
Voor de beide laatste artikelen van afd. III is de raming voor 1879 iets lager
gesteld dan voor 1878, waartegen mei het oog op de uitgaaf over 1877 geen be
zwaar bestaat.
Op dezen post wordt als toelage voor de kosten der schutterij in uitgaaf aange-
bragt de som die als zoodanig op de schutterij-begrooting onder de inkomsten is
opgenomen eo bij de voorloopige goedkeuring dier begrooting door den raad werd
toegestaan.
De bepalingen voor de heffing en invordering der belasting op het inkomen die
met 1 Januarij 1877 in werking zijn getredenmaken het noodzakelijk dat op dit
artikel een hooger bedrag wordt beschikbaar gesteld dan tot dusver plaats vond
omdat nu dikwijls teruggaaf moet geschieden van gedeelten van aanslagen ten
name van personen die in den loop van het dienstjaar komen te overlijden en
wiens aanslagen geheel of gedeeltelijk bij vooruitbetaling waren voldaan.
Bijlage tot het vorslag dor handelingen van den gemoentcraad te Leouwarden1878.
BEGROOTING 1879.
Sommen
ja
tb
_2
Voorgedragen
over 1878
O
et
c
O
O
c—
sommen.
toegestaan.
UITGAVEN.
197
198
199
200
VII
VIII
tfl
I
f 1,112.-
1.800.-
6.600.-
57,485.-
f 1,113.
1,800.—
6.600.—
55,080.—
201
2 12,540.—
13,425.—
In hoever de som van f 1,000.te dien eindo toereikend is zal nader moeten
blijken. Over 1877 beliepen die teruggaven ƒ901.91.
De bij dit artikel bedoelde bijdragen worden berekend naar 2 pet. van het be
drag der vaste jaarwedden van het onderwijzend personeel aan de scholen voor
lager onderwijs.
Over 1879 moet worden betaaldals rente van na te melden leeningende bij
iedero leening aangeduide som als
Van de leening aangegaan in:
1853. groot ƒ147,000.a 4 pet., na aflossing in 1878 van ƒ1,000.bedra-
na aflossing in 1878 van
na aflossing in 1878 van
na aflossing in 1878 van
na aflossing in 1878 van
na aflossing in 1878 van
gende 100,000.
1856, groot ƒ110,000a 4 1/g pet., na aflossing in 1878 van
ƒ1,000 bedragende ƒ76.000.
1862. groot ƒ84 000. a 4*/2 pet., na aflossing in 1878 van
2,000.bedragende 56,000
1863. groot ƒ64 000a 4 1 /2 pet
f 1.000.bedragènde ƒ51,000
1864. groot ƒ25 000— a 5 pet.,
ƒ1,000.bedragende ƒ11,000.
1865. groot 117,000- a 5 pet.
ƒ1,000 bedragende ƒ102,000.
1868groot 75,000.a 5 pet.
ƒ1,000. bedragende ƒ71,000
1869. groot ƒ53,000a 5 pet.,
ƒ1,000.bedragende ƒ50,000- -
1871le serie ad 34.000.a 5 pet., voor de verbetering van het
aschland, na aflossing in 1878 van 2,000. bedragende 22,000.
1871 groot ƒ46.000 a 5 pet., na aflossing in 1878 van
ƒ1,000.bedragende ƒ45,000
1872, groot ƒ60,000.a 5 pet., waarvan de aflossing aanvangt
met 1879
1873, groot ƒ200,000.a 5 pet, na aflossing in 1878 van
ƒ3,000.bedragende ƒ191,000
1874, groot ƒ40 000.a 4% pet.waarvan de aflossing aan
vangt met 1S80
1875, groot ƒ90 000. a 4]/s pet., na aflossing in 1878 van
2,000.bedragende ƒ86.000.
1876, groot ƒ108,000.a 4 pet., waarvan de aflossing aan-
vangt met 1879
1877, groot ƒ76,000.a 4!,2 pet., waarvan de aflossing aan
vangt met 1881
1878, Ie serie ad ƒ60,000.a 41/g; pet., van de leening voor
de stichting van een beurs- en waaggebouw
Verder is in het geraamde bedrag opgenomen voor vermoede
lijk te betalen rente van de in 1878 tijdelijk aangegane geldlee*
ning en van de leening onder de inkomsten voor 1879 begrepen
f
4,000.—
3,420
2,520.—
2,295.—
550.—
5.100.—
3,550
2,500.—
1,100.—
2,250
3,000.—
9,550.—
1,800.—
3,870.—
4,860
3,420.—
2,700.—
1,000.—
maakt te zamen 57,485
Van de leeningen aangegaan ten behoeve van de gasfabriek wordt met het
einde van 1878 afgelost een bedrag van ƒ18,000waardoor de over 1879 te
betalen rente vermindert met 885.Het uitgetrokken rentebedrag ia verschul
digd wegens ioening aangegaan in