Hijlage no 7. 16 Bijlage tot het verslag der handelingen va dat het onderhoud der gebouwen kome ten laste van de adressanten datbij opheffing der ambachtsschoolde gebouwen binnen drie maanden daarna aan de gemeente in vrij gebruik worden teruggegeven dat jaarlijks aan den gemeenteraad verslag van den toestand en rekening van de inkomsten en uitgaven der inrigting worde gedaan. 2. Aan de adressanten te kennen te gevendat voorshands niet kan worden voldaan aan hun verzoek tot oprigting van eene herhalingsohool met driejarigen avond-cursusdoch dit punt in overweging zal worden genomen bij hetgeen de raad zal hebben te besluitenter uitvoering van de nieuwe wet op het lager onderwijs. Aldus gerapporteerd in de raadsvergadering van den 10 Julij 1879. A. DUPARCRapporteur. 3. DIRKS. G. T. N. SURINGAR. VOORSTEL van burgemeester on wethouders van Leeuwarden tot nadere wijziging der be grooting vaa inkomsten en uitgaven dier ge meente dienst 1879vergezeld van een be trekkelijk ontwerpbesluit en eene bijbehoo- rende memorie van toelichting. MIJNE HEEREN! In de vergadering van den 8 Mei 1879 werd door u besloten tot amotie van het bestaande en stichting van een nieuw arm huis ter plaatsewaar die inrigting thans is gevestigd en werd ons collegie daarbij uitgenoodigd in verband daarmede de ver- eischte plans en financiële voorstellen ter vaststelling aan te bie den met zoodanigen spoeddat nog dit jaar met de verbouwing een aanvang kan worden gemaakt. Ofschoon het bouwplan voor de uitvoering dier worken alsnog niet ter goedkeuring kan worden aangebodendoch binnenkort kan worden te gemoet gezienis het onsmet het oog op het spoedeischende der uitvoering, wenschelijk voorgekomen, thans reeds een voorstel te doen tot aanwijzing van de fondsen, waar uit de kosten van het nog in dit jaar uit te voeren gedeelte der voorgenomen vernieuwing zullen kunnen worden gehoed. Uit dien hoofde is door ons opgemaakt het hiernevens gevoegd ontwerp besluit tot wijziging der gemeente-begrooting voor 1879. Daarbij worden tevens de noodzakelijke wijzigingen dier be grooting voorgedragen ter bestrijding der verhoogde uitgaven voor de stichting van het beurs- en waaggebouwzoo voor on derheijing het maken van regenbakken, als tot versterking van het draagvermogen van de geprojecteerde balklaag, waartoe werd besloten in uwe vergadering van den 5 Mei jl. Wij hebben de eerdat ontwerp besluit u hiernevens aan te bieden met voorstel daaraan uwe goedkeuring te hechten. Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den 10 Julij 1879 door Burgemeester en Wethouders van Leeutoarden. ONTWERP-BESLUIT tot nadere wijziging der gemeent9-begrooting voor 1879. De raad der gemeente Leeuwarden In aanmerking nemende dat er noodzakelijkheid bestaat tot nadere wijziging der gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1879. den gemeenteraad te Leeuwarden, 1879. Besluit de begrooting der inkomsten en uitgaven van de gemeente voor het dienstjaar 1879, nader te wijzigen als volgt: INKOMSTEN. Hoofdstuk Y. Afdeeling I. Toe te voegen een nieuw artikel. la. Suppletoire geldleening ter bestrijding van uitgaven voor de stichting van een beurs- en waaggebouw 40,000. Art. 2. Geldleening ter bestrijding der kosten van buitenge wone werken (daaronder begrepen het le gedeelte voor ver nieuwing van het armhuis) aankoop van vastigheden en aflossing der in 1878 aangegane tijdelijke geidleening, uitgetrokken voor ƒ91,000, te verhoogen met ƒ39,000 en te brengen op ƒ130,000. Dientengevolge nader vast te stellen het totaal van deze af deeling op 230,000 en dat van Hoofdstuk V op 233,485 waarna het totaal der inkomsten wordt vastgesteld op 880,418.93"/2. UITGAVEN. Hoofdstuk III. Afdeeling VII. Art. 1. Tweede gedeelte der kosten van stichting van een beurs en waaggebouw, uitgetrokken op ƒ60,000, te verhoogen met 40,000 en te brengen op 100,000. Art. 8. Vergrooting van het bestaande of stichting van een nieuw armhuis, aangebragt voor „Memorie", met wijziging der omschrijving in dezer voege eerste gedeelte der kosten voor vernieuwing en uitbreiding van het armhuis, uit te trekken op ƒ39,000. Tengevolge van het vorenstaande vast te stellen het totaal van deze afdeeling op 220,685 en dat van hoofdstuk III op ƒ436,670.85. In verband met doze wijzigingen wordt nader vastgesteld het totaal der uitgaven op 880,405.45 en de balans der be grooting als volgt: Inkomsten ƒ880.418.93' Uitgaven 880,408.45 Waarschijnlijk batig saldo 10.48' Vastgesteld den MEMORIE van TOELICHTING bij het raads besluit dd. tot wijziging der gemeente-begrootingdienst 1879. De onvoldoende toestand van het armhuiszoowel wat de in rigting als de ruimte der localiteit betreftheeft reeds sedert verscheidene jaren de aandacht getrokken en op middelen be dacht doen zijnom daarin verbetering te brengen. In het jaar 1805 werd met die verbetering een aanvang ge maakt toenmet benuttiging van het terreinverkregen door amotie van aan het armhuis belendende pandenin de jaren 18471864 voor het beoogde doel door de gemeente aangekocht, in de Haniasteeg een gebouw werd gesticht en op voldoende wijze ingerigt tot opname en verpleging van verlaten kinderen, die destijd met de overige verpleegden in dezelfde localen wa ren gehuisvest. Hierdoor werd in het belaDg dier jeugdige verpleegden in eene reeds lang gevoelde behoefte voorzienofschoon de hier bedoelde stichting zich niet zóó ver uitstrekte dat ook daardoor tevens verbetering in de inrigting van het eigenlijk armhuis werd ge- b ragt. De steeds toenemende bevolking van dat gesticht en de hoogst bouwvallige toestand van het gebouw maakte het meer en meer nood- Bijlage tot het verslag der handelingen va zakelijk ook tot vernieuwing en uitbreiding daarvan, de vereischte maatregelen te nemen. In verband daarmode werd op de ge meente begrooting voor 1877 een memorie posttot uitvoering der werken voor de vergrooting van het armhuis aangebragt. Men was van meeningdat aan de bestaande gebouwen met gebruik making van de daaraan grenzende, der gemeente toe- behoorende pandenzoodanige uitbreiding kon worden gegeven, dat ook met het oog op de toekomst de daardoor te verkrijgen localiteit als voldoende kon worden geacht Bij de bewerking van de daartoe betrekkelijke plannen tot uitvoeringwerd men echter in die verwachting teleurgesteld en bleek het daarbijdat de beschikbare oppervlakte geene ge noegzame ruimte aanboodom het bestaande armhuis zoodanig te vergrooten als met het oog op het toenemend getal verpleeg den, en de hijgiène noodzakelijk wordt geacht. Naar aanleiding daarvan heeft menna gehouden overleg met de voogden der stads armenkamer, een plan doen ontwer pen van een geheel nieuw armhuis, te stichten op een aan de gemeente behoorend perceel land op Oldegalileënwaarvan de kosten, volgens daarbij overgelegde globale begrooting, werden geraamd op zfc ƒ250,000. Tijdens de behandeling van dat plan werden in publieke veiling gebragt eenige aan het bestaande armhuis grenzende pereeelen Men meende die gelogenheid niet te moeten laten voorbijgaanter bekoming van het vereischte terreinom aan de vroegere plannen tot vergrooting van het bestaande arm huis, uitvoering te geven, waarvan de noodzakelijkheid nader werd aangetoond bij het, door heeren gedeputeerde staten goedgekeurd gemotiveerd raadsbesluit van 23 Januarij 1879 tot aankoop van de bovenbedoelde vastigheden. De toenemende bouwvalligheid van de oude gebouwen van het armhuis, die in de laatste maanden meer en meer van dreigenden aard is geworden, heeft aanleiding gegeven dat de raad in zijne vergadering van den 8 Mei 1.1. beslootthans tot de noodzakelijke vernieuwing en vergrooting der localen over te gaan en wel met zoodanigen spoeddat nog dit jaar met de verbouwing een aanvang genomen en een gedeelte daarvan uitgevoerd kan worden. Tot vinding van de fondsen ter bestrijding van de uitgaven die daarvan het gevolg zullen zijn, is wijziging van de gemeente- begrooting voor 1879 noodzakelijk. Uit dien hoofde is nevensgevoegd besluit vastgesteldwaarin tevens is opgenomen, eeno wijziging van de bij de primitieve begrooting toegestane som voor stichting van het beurs- en waaggebouwtengevolge van moordere uitgaven voor de be doelde Btichting vereischtdan voor het loopend dienstjaar waren geraamd. Die meerdere uitgaaf isgelijk hierna bij de betrekkelijke artikelen nader is aangetoondeen gevolg van de gebleken noodzakelijkheid tot onderheijing van het gebouwde betoogde wenschelijkheid tot het maken van regenbakken voor het ge bruik van de waag, waarop aanvankelijk niet was gerekend, en eindelijk wegenB de gebleken onvoldoende draagkracht van de geprojecteerde balklaag. Bij de vastgestelde wijziging is tevens gelet op de verdere uitgaven die ten behoeve der beursstichting, voor verfwerk enz. zullen moeten worden gedaan. Ten aanzien van de aangebragte wijzigingen, met betrekking tot eiken post in het bijzonder wordt het volgende opgemerkt INKOMSTEN. Hoofdstuk V. Afdeeling I. Art. 1. Ten behoeve der stichting van een beurs-en waag gebouw werd besloten tot het aangaan eener geldleening tot een bedrag van 160,000, te verdoelen in drie serieën, de eerste tot een bedrag van 60,000de tweede en derde serien telkens tot een door burgemeester en wethouders te bepalen som. i den gemeenteraad te Leeuwarden, 1879. 17 De beide eerste serien werden achtereenvolgend den 5 Octo ber 1878 en 17 Mei 1879 opgenomen, terwijl het verdere bedrag in 1880 en het daarop volgend dienstjaar tot de voltooijing van het gebouw zal worden genegotieerd. Inmiddels zijn door onvoorziene omstandigheden meerdere kos ten voor de hier bedoelde stichting noodzakelijk gewordenter zake hierna onder den betrekkelijken begrootingspost omschreven, die, in verband met de uitvoering op het loopend dienstjaar zullen moeten worden verevend. In het plan dezer leeningzooals dat bij besluit van 6 Jung 1878 werd vastgesteld en goedgekeurd door heeren gedeputeerde staten bij besluit van den 2 Julij d. a. v. no. 4, kan thans geene wijziging worden gebragt. Derhalve is het wenschelijk eene suppletoire geldleening ter bestrijding van de bedoelde uitgaven hierna onder art. 1 van afdeeling VII hoofdstuk III omschreven, aan te gaan, waarvan het nader vast te stellen plan aan de goedkeuring van de gede puteerde staten zal worden onderworpen. Art. 2. Het op dit artikel uitgetrokken bedrag eener aan te gane geldleening wordt verhoogd met ƒ39,000 ter bestrijding der uitgaven voor buitengewone werken, hierna onder art. 8 van afdeeling VII hoofdstuk III vermeld en alzoo het totaal van dit artikel gebragt op 130,000. Men wenscht tot dit bedrag te beschikken als gedeelte eener geldleening van 200,000 bij series op te nemende eerste tot de thans aangebragte som van 130,000; de overige telkens tot het wegens vernieuwing en uitbreiding van het armhuis op de begrootingen voor volgende dienstjaren uit te trekken bedrag. Het plan dier leening wordt nader vastgesteld en ter beko ming van de vereischte goedkeuring ingezonden. UITGAVEN. Hoofdstuk III. Afdeeling VII. Art. 1. Bij den aanvang der uitvoering van de worken tot stichting van een beurs- en waaggebouw, waarvan de kosten waien geraamd op 160,000bleekdat de grond voor do be doelde stichting aangewezen, niet die vastheid had als voor do plaatsing van het gebouw wordt vereischt en men bij een vooraf ingesteld onderzoek had gemeend te kunnen aannemen. Een dientengevolge nader gedaan onderzoek leverde het bewijs, dat onderheijing van het geprojecteerde gebouw nood zakelijk was. Dit onvoorziene werk vorderde eene uitgaaf van 13,544.921/2i waarop bij de primitieve raming niet was gerekend. Voorts werdtoen reeds het werk was aanbesteed do wen- Bchelijkheid aangetoond tot hot maken van regenbakken bij het hierbedoeld gebouw. Men meende daartoe te moeten overgaan, ten einde het op te vangen regenwater in de eerata plaats te kunnen gebruiken voor de besproeijing en het schoonmaken van de beurs, maar vooral om in het bezit te geraken van zuiver watervoor het schoon maken van de waag. Hot belang daarin gelegenheeft aanleiding gegevendat tot het maken van bedoelde bakken, waarvoor eene uitgaaf van ƒ2400 noodig was, besloten werd. Nadat het beurs- en waaggebouw bijna tot de verdieping voor de waag bestemdwas opgetrokkenbleek de geprojec teerde balklaag niet dat draagvermogen te bezitten als daar voor met het oog op de uitgestrektheid en de bestemming van het gebouwwerd vereischtzoodat het noodzakelijk was tot versterking dier balklaag de vereischte maatregelen te nemen. De uitvoering van de daarmede in verband staande werken werd aan den aannemer opgedragen voor eene som van 17,206. Behalve de hiervoren omschreven buitengewone uitgaven zal nog dienen te worden gerekendop kosten van registratie van een ter zake der uitvoering van de bedoelde meerdere werken nader met don aannemer gesloten overeenkomst, het doen van verfwer-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1879 | | pagina 10