n
n
118
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1880.
BEGROOTING 1881.
Sommen
over 1880
toegestaan.
Volgno.
Hoofdstuk.
Afdeeling.
Artikel.
Voorgedragen
sommen.
u
IT
GAVEN.
146
V
2
220.—
220.—
147
3
9
2,444.40
2,516.45
148
4
900
-
800.—
149
9
5
100.—
100.—
150
9
6
9
45.—
9
45.—
151
9
7
9
900.—
9
900
152
VI
i
1
9
350.—
9
350.—
153
9
ii
1
9
800.—
800.—
154
9
9
2
100.—
9
100.—
155
9
9
3
200.—
200.—
156
9
9
4
9
275.—
9
275.—
157
9
9
5
9
825.—
9
825.—
158
9
-
6
9
650.—
9
625.—
159
T
Ill
1
9
26,017.
9
26,017.—
160
I)
9
2
130.
9
130.—
161
9
9
3
53.
9
53.—
162
9
IV
1
9
150.—
9
150.—
163
9
9
2
600.—
9
550.—
164
9
9
3
9
1,100.
9
1,100.—
165
9
9
4
125.
9
125.
166
9
9
5
9
50.
50.
167
9
9
6
3,442.—
9
3,442.
168
9
9
7
9
500.—
9
500.—
169
9
9
8
9
350.—
9
350.—
170
9
9
9
150.—
9
250.—
171
VII
I
1
25,626.60
9
25,651.90
172
9
2
9
2,600.—
2,600.—
173
9
3
4,979.—
9
4,286.—
174
9
9
4
9
200.—
200.—
175
9
5
12,556.80
12,006.80
176
9
9
6
9
100.—
100.—
177
9
7
9
110.
9
110.
178
9
8
1,270.
9
495.
179
9
9
9
9
160.—
9
160.
Klanderijliet aanbrengen van nieuwe deuren tot afsluiting van den stadstuin
in de Doelestraat, het verwen van het zomerhuis en de buffetten en het ver
nieuwen van den luifel westwaarts het zomerhuis in genoemden tuin.
De uitgaaf op dit artikel is geraamd naar de over het loopend jaar ont
vangen aanslagbilletten.
Met het oog op de verzekering van het beurs- en waaggebouw, wordt op
dit artikel een hooger bedrag voorgedragen.
Onder dit artikel is opgenomen een bedrag van 25.voor aanschaffing
van brandstof ter verwarming van het locaal dat ter zake de uitvoering van
de hier bedoelde verordening beschikbaar wordt gesteld.
Voor dit artikel is ƒ50 meer geraamd, met het oog op de uitgaafin 1879,
tengevolge het toenemend getal aanslagbilletten en de uitbreiding der kohieren
van plaatselijke directe belastingen.
De uitgaaf op dit artikel rekent men met het uitgetrokken cijfer te kunnen
bestrijden.
De geraamde som stemt overeen met het bedrag uitgetrokken op de bij
raadsbesluit van 23 September 1880no. 7 goedgekeurde begrooting der
stads armenkamer.
De op dit artikel geraamde som is berekend naar het getal lijders dat thans
voor rekeking der gemeente wordt verpleegd.
In overeenstemming met de voordragt bij de begrooting voor de hierbedoelde
inrigting gedaanwordt ter bestrijding der kosten van het ziekenhuisde
nevensvermelde som als uitgaaf aangebragt.
De verhoogde uitgaaf op dit artikel is noodig wegens buitengewone her
stelling aan het dak en de gooten van het stads ziekenhuis, zoomede voor het
verwen van drie ziekenzalen en van eenige verfwerken buiten aan het gebouw.
Bijlage tot bet verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1880.
119
BEGROOTING 1881.
Sommen
•3
i
TO
VU
Voorgedragen
over 1880
toegestaan.
UITGAVEN.
II Ij 24,955.-
I
18,890.—
8,290.—
150.
65,700.
3,050.
1,800.—
Memorie
52,000.—
22,620.—
18,320.—
8,090.—
150.-
64,750.-
Met liet oog op voorgestelde vermeerdering van het getal docenten is op
onderdeel a van dit artikel een hooger cijfer geraamd dan in 1880 werd toe
gestaan. Voor onderdeel b werdt wegens eenige mindere uitgaaf in 1879 voor
brandstof en lichtde uitgetrokken som voldoende geacht.
Voorts is op onderdeel c uitgetrokken eene som van ƒ120.voor onder
houd van het gebouwwelke uitgaven vroeger werden bestreden uit de som
toegestaan voor het onderhoud en schoonmaken van schoollocalen in het algemeen.
Men heeft gemeend dat de kosten voor onderhoud van het gymnasium-ge-
bouw meer eigenaardig onder dit artikel behooren te worden verantwoord.
Voor kosten der school van middelbaar onderwijs voor meisjes is op dit
artikel een hooger cijfer nitgetrokken dan voor 1880.
Ten aanzien daarvan wordt opgemerkt dat onder het sub a vermelde bedrag
is opgenomen een gedeelte der jaarwedde van de aan deze school verbonden
onderwijzer in de gymnastiek dat voor brandstof en licht het uitgetrokken
bedrag in verband met de uitgaaf over 1879 noodig wordt geacht en dat aan
dit aitikel als onderdeel is toegevoegd eene som voor onderhoud van het
gebouw.
Men is van oordeel dat deze kostenvroeger verantwoord op art. 10 van
deze afdeelingonder de uitgaven ten behoeve van de hierbedoelde school
behooren te worden opgenomen.
Onderdeel o van dit artikel is 100 meer uitgetrokken dan het vorige jaar
jaarvermits daarin een gedeelte der jaarwedde is opgenomen van den aan
deze school verbonden onderwijzer in de gymnastiek, berekend naar het getal
leerlingen.
Men is van meening dat de jaarwedde van bedoelden onderwijzer, ofschoon
hoofdzakelijk werkzaam ten behoeve der leerlingen van scholen voor lager on
derwijs niet tot het geheele bedrag ten laste van die scholen behoort te
worden uitgetrokken.
Voor leermiddelenvermeld sub lett. c is overeenkomstig de voordragt van
den directeur der hierbedoelde school een lager cijfer geraamd terwijl de
jaarwedde van den portier sub lett. e is uitgetrokken tot het bij raadsbesluit
van 13 Mei 1880vastgestelde verhoogde bedrag.
Voorts is onder lett. van dit artikel opgenomen eene som van 270.
voor onderhoud van het schoolgebouwwelke kosten vroeger op art. 10 van
deze afdeeling werden verantwoordtmaar naar men meent eigenaardig tot dit
artikel behooren.
Ten aanzien van de hierna volgende artikelen betreffende de kosten voor
het lager onderwijs wordt opgemerktdat zoowel wat de volgorde als om
schrijving betreftis gevolgdde desbetreffende aanschrijving van zijne excel
lentie den minister van binnenlandsclie zakenvan den 7 Augustus 1880
lett. S medegedeeld bij provinciaal bladno. 94van 1880.
Bij de verhoogde raming is gerekend op de aanstelling van een hoofdonder
wijzer en drie hulponderwijzers aan eene nieuw op te rigten gemeenteschool
waarvan de noodzakelijkheid is gebleken.
Gelijk geraamd als voor 1880.
Ter vermeerdering van het getal scholen voor lager onderwijs is de
stichting van een uieuw gebouw noodzakelijk. De daarvoor geraamde kosten
zijn op dit artikel nitgetrokken.