130
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden; 1880.
Vermoedelijk zal zoodanige bepaling er toe leidendat ook
het thans uitgetrokken bedrag voor drukkosten verhooging
moet ondergaan.
Volgno. 77. Het lokaal, vroeger bestemd voor hoofdwacht
der militairen is door Z.Exc. den minister van oorlogblij
kens missive dd. 25 September 1879, Vie afd.genie, no.
80onder zekere voorwaardenaan het gemeentebestuur in
gebruik afgestaan.
Zoodra door of van wege den minister daartoe aanzegging
wordt gedaan moet het lokaal onmiddelijk worden ontruimd.
Een der lokalen is echter nog in gebruik als garnizoens-bu-
reau.
Vermoedelijk kan het beschikbaar lokaal tijdelijk voor de
brandwacht worden ingerigt.
Volgno. 79. Reeds meermalen hebben wij de vraag over
wogen of het schoonhouden van gemeente-gebouwen en
meubelen niet kon worden aanbesteed.
Die overwegingen hebben er toe geleid dat aanbesteding
van het schoonhouden van het gemeentehuis en de bureaux
van politie, niet is aan te bevelen, omdat die werkzaamhe
den moeten worden verrigt door zeer vertrouwde personen
wat de bureaux ten gemeentehuize betreftonder verant
woordelijkheid van den concierge.
Wij zullen evenwel in nadere overweging nemen of, en
zoo jaop welke wijze het schoonhoudenonder anderen
van de schoolgebouwenkan worden aanbesteed.
Volgno. 98. Het was te voorziendat de toestand der
bestratingen op nieuw aanleiding zoude geven tot klagten
maar men moet bij de beoordeeling van deze aangelegenheid
niet uit het oog verliezendat de gemeente-finantiën niet
toelatenom alle gebreken tegelijk te herstellen.
Op de gemeentebegrooting voor 't loopend dienstjaar is er
onder anderen geen geld beschikbaar gesteld tot aankoop van
keijenzoodat van vernieuwing van bestratingen geen sprake
kan zijn.
Indien de raad elke reden tot klagten wilde wegnemen
dan zoude hij een besluit moeten nemen om de vernieuwing
der bestratingen in een zeer kort tijdsbestek te doen uit
voeren.
^Wordt daartoe niet beslotendan zullen de redenen tot
klagten blijven bestaan tot dat het geheele plan van bestra
ting is uitgevoerd.
Ten opzigte van de verschillende steensoorten langs de
Oosterkadedeelen wij mededat het voornemen bestaat om
nieuwe keijen te brengen langs een gedeelte der Nieuwestad
en de daardoor beschikbare punt Quenastkeijen tot de verdere
verbetering van de bestrating langs de Oosterkade znllen wor
den gebruikt, waardoor meer eenheid zal worden verkregen.
De verstrating van den Grachtswal stond in verband met
vernieuwing en verhooging van het bovendek der beide brug
jes en herstelling van eenige gedeeltendie in slechten staat
van onderhoud verkeerden.
Het vermelden op de begrooting van de stratendie in
1881 vernieuwd moeten wordenis volgens onze meening
niet aan te bevelen.
Zoodra het resultaat van de te houden aanbesteding voor
de levering van keijen bekend iszullen wij de straten aan
wijzen die volgens ons oordeel het meest voor vernienwing
in aanmerking komen.
Daarbij zal worden gelet op de stratendie daarvoor door
de commissie van rapporteurs zijn aanbevolen.
Tegen het voorstelom den post ad 2200 voor onder
houd van den straatweg naar de Bontekoete doen verval
len bestaan bij onsna den directeur der gemeentewerken
te hebben gehoordoverwegende bezwaren. Bedoelde weg
is in den laatsten tijd met de meest mogelijke zuinigheid on
derhouden waardoor een meer afdoend onderhoud van ver
schillende gedeelten van dien weg thans dringend noodzake
lijk is. Wordt die post nu niet toegestaan dan zal daarvan
het gevolg worden dat in 1881 aan kleine herstellingen een
beduidend cijfer moet worden besteed, terwijl in 1882 een veel
grooter offer zal moeten worden gevraagd dan thans het geval is.
Het is niet waarschijnlijkdat door den aanleg van den
spoorweg StavorenSneekLeeuwarden het stations-empla
cement zoodanige wijziging zal ondergaan, dat die van in
grijpenden invloed zal zijn op de rigting der toegangswegen
naar het stationmaar al mogt de aanleg van dien spoorweg
ook al medebrengendat die wegen eenigzins moeten wor
den verlegddan nog kan de hoogst noodige verbetering dier
wegen niet worden uitgesteld.
Voln. 99. Aan het baggeren der gemeentegrachten werdt
nog steeds dezelfde zorg besteed als vroeger.
Blijkens de verslagen der reiniging over de laatste jaren
werden de grachten voor de opslagen en de ligplaatsen van de
marktschepen langs de verschillende kaden enz.zooveel mo
gelijk en de monden der brand- en andere riolen algemeen
door leiken op de vereischte diepte gehouden.
Deze leiking geschiedde steeds door arbeiders van de stads
reiniging. Om deze reden behoeft er geen vaste ploeg arbei
ders met die weikzaamheden te worden belast.
Volgno. 100. Bij de begrooting stukken is, ter inzage voor
de deden van den raad overgelegd, een rapport van den hoofd-
opzigter bij de beplantingen der gemeente Amsterdam, waaruit
kan blijkendat de aanleg van het terrein van de Oude Vee
markt tot wandelplaatsreeds een punt van overweging bij
ons collegie heeft uitgemaaktEen paar ontwerpen tot aan
leg van dat terrein zijn reeds in ons bezit.
Alvorens die ontwerpen aan uw oordeel te onderwerpen
wenschen wij eene beslissing uit te lokken omtrent de bestem
ming van bedoeld terrein.
Het komt ons voordat die beslissing het best kan worden
verkregendoor u voor te stellen om op de begrooting aan
te brengen navolgenden post
Aanleg van het terrein der Oude Veemarkt tot wandel
plaats Memorie.
De som van 400.is bestemd voor aankoop van boomen,
die op verschillende plaatsen in deze gemeente znllen worden
geplantspeciaal ook ter vervanging van anderendie ge
storven zijn. Eene nadere aanduiding van de plaatsen is
moeijelijk te geven.
Burgemeester en wethouders hebbenblijkens het rapport
dd. 27 Julij 11. van den heer H. C. Zwart te Amsterdam, reeds
de aandacht gevestigdom op verschillende terreinen in deze
gemeente bloemperken aan te leggen.
De zoo even bedoelde som van ƒ40.0.kan tevens strek
ken tot aankoop van planten en zaden.
Volgens mededeeling van den heer burgemeester, heeft ZEd.
maatregelen genomen om de baldadigheden der straatjeugd te
beteugelen.
Zoo worden onder anderen sedert 1879 de kastanjesvoor
dat zij rijp zijnvan de boomen verwijderdten einde het
schenden van de boomen langs de Spanjaardslaan tegen te gaan.
Een voortdurend gestreng toezigt zal aan den heer commis
saris van politie worden aanbevolen.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1880.
131
Volgno. 103. De onderzoekingen naar den scheven stand
van den Nieuwetoren hebben van tijd tot tijd plaats gehad
en worden steeds voortgezet.
Tot nog toe zijn er geene afwijkingen geconstateerd.
Wij verliezen deze aangelegenheid niet uit het oog en zul
len zoodra daartoe termen bestaande vereischte voorstel
len doen.
Volgno. 107. Burgemeester en wethouders zullen, door het
plaatsen van een of meer lantaarns, trachten te voldoen aan
den uitgesproken wensch tot verbetering van de straatver
lichting langs den weg Achter de Hoven.
Volgno. 113. Reeds vóór de in gebruikstelling van het
beurs- en waaggebouw is aan den directeur der gemeente
werken opgedragen na te gaan of de schalen in de waag
wel doelmatig zijn aangebragt. Blijkt uit het ingesteld on
derzoek dat tengevolge van de tegenwoordige plaatsing der
schalen schade aan het gebouw wordt toegebragtdan zullen
er terstond maatregelen worden genomen om daaraan tegemoet
te komen.
Het gebruik van basculeswaardoor op de eenvoudigste
wijze aan de geopperde bezwaren zou zijn tegemoet te komen,
wordt door de boterkandelaars afgekeurd.
Volgno. 114. De omschrijving van dezen post is duidelijk.
Behalve het tractement van den beursmeester ad 200.
is er ƒ100.beschikbaar gesteld voor de inning der beurs-
regten.
Bij de behandeling van het besluit tot heffing van beurs-
regtenin uwe vergadering van den 9 September 11., is reeds
door den voorzitter te kennen gegevendat op de begrooting
fonds zal worden aangewezen voor de bezoldiging van een
persoon die met de inning van beursregten kan worden belast.
Het ligt in de bedoeling dat die persoon door den beurs
meester zal worden aangesteldonder goedkeuring van ons
collegie.
Volgno. 115. Burgemeester en wethouders zijn van meening
dat de voorgedragen som voldoende zal zijn. Leert de onder
vinding dat de raming te laag isdan kan daaraan worden
tegemoet gekomen door het doen van af- en overschrijvingen.
Indien het blijkt dat er behoefte bestaat aan verwarming
van de beursdan zullen er nog in dit jaar kagchels worden
aangeschaft, waarvan de kosten in de rekening van 1880
kunnen verantwoord worden.
Volgno. 131. Wij blijven een ijzeren hek rondom het
beurs- en waaggebouwmet het oog op den welstand zoowel
als op de veiligheid aanbevelen.
Volgno. 133. Bij de regeling van het bedrag der 4 pet.
leeningtot bestrijding eener buitengewone aflossing van ge
meenteschuld en voorziening in de kosten van buitengewone
werkenbij raadsbesluit van 5 Augustus 1880 no. 5 vastge
steld op ƒ900,000.is voor kosten der stichting van oen
nieuw gymnasium-gebouw gerekend eene som van 55,000.
t. w. voor stichting van het gebouw door den directeur der
gemeentewerken geraamd op op ƒ44,000.
voor mobilair, verwen enz. calculatief 11,000.
te zamen ƒ55,000.
Van dit bedrag werd in de begrooting voor 1880 beschik-
bedrag werd in de begrooting voor 1880 beschikbaar gesteld
en in de le serie der geldleening begrepen eene som van
30.000
Hot restant der primitief geraamde som ad ƒ25,000.is in
deze begrooting opgenomen t. w. onder volgn. 133 voor tweede
gedeelte der stichting ƒ21,000.en onder no. 139 voor mo
bilair van het nieuw gymnasium ƒ4,000.te vinden uit de
opbrengst van de tweede serie der leening onder volgn. 53
op de begrooting voor 1881 uitgetrokken.
Wij vonden ons daartoe genooptomdat het verkieslijk
voorkwam gebruik te maken van den gunstigen stand der te
genwoordige geldmarkten het restant der leening in een serie
op te nemen.
Wel liet het zichuit aanmerking dat de aannemingsom
voor de stichting van het gebouw niet onaanzienlijk beneden
de raming is gebleven voorzien dat niet de geheele primitief
geraamde som van 55,000.= zou gevorderd wordendoch
aan den anderen kantbleek de moeijelijkheid om nu reeds
het juiste cijfer vast te stellen, dat voor de geheele voltooijing
van het gebouw en zijne omgeving, het aanbrengen van een
een trottoirhet ophoogen van het terrein en de inrigting
des gewenscht van een aan het gebouw te verbinden tuin
of speelplaatshet aanschaffen van leermiddelen voor het on
derwijs in de natuurkunde en meer dergelijkenkon gevor
derd worden. Daarom werd het verkieslijk geacht de geheele
primitief geaaamde som beschikbaar te houdenal mogt het
dan ook later blijkendat een deel daarvan voor het be
oogde doel niet gevorderd wordt.
Het ligt in den aard der zaak dat daaraan dan eene andere
bestemming zal kunnen worden gegevenbij wijziging der
begrooting aan te wijzen waarbij (le raad het geheel in zijne
magt zal hebben te zorgen datdie bestemming geene andere
zij dan tot eenige uitgaaf van buitengewonen aard en zoodoende
het door de commissie gevreesde gevaar te voorkomen, zoo
danig liooger bedrag in gewone uitgaven te zien versmolten,
iets waaraan ons collegie trouwens in geene deele zou wenschen
bevorderlijk te zijn.
Nu echter nog een tweetal andere posten van uitgaaf, onder
volgn. 139 en 188 der begrootiug voorkomende, voor memorie
dienen te worden uitgetrokken en dus ook de tweede serie
der 4 pet. leening met het voor die posten uitgetrokken bedrag
zal moeten worden verminderdkan ons collegie zij het ook
met eenige aarzeling zich er bij neerleggen dat ook het voor
volgn. 133 tweede gedeelte der stichting van een gebouw
voor gymnasium uitgetrokken cijferworde verminderd tot
zoodanig bedrag, als voor de dienst van 1881 zal gevorderd
worden om dan later voor zoo veel noodig bij eene latere
serie der leening het meerder geeischt bedrag beschikbaar te
stellen.
Het door de commissie voorgestelde cijfer ad ƒ9000 zal
echter eenige verhooging moeten ondergaandoordien de
heijingswerken pl. m. ƒ150 meer dan door de commissie ge
stelde som hebben gevorderdterwijl alligt ook voor de stich
ting van het gebouwhet aanbrengen van gasleiding en
dergelijke eenige meerdere uitgaaf kan worden vereischt
waarom wij u voorstellen volgno. 133 met ƒ11,000 te ver
minderen en alzoo te stellen op ƒ10,000.
In verband hiermede zal dan ook gelijke vermindering on
der no. 53 der inkomsten moeten worden aangebragt.
Burgemeester en wethouders achteu het wenschelijk, dat
bovenbedoeld cijfer ad 10,000 in ééne som op het artikel
uitgetrokken blijve.
Eene splitsing van de onderdeelen van dit of dergelijk werk
bij de begrooting zooals de commissie voorsteltkomt hun
niet geraden voor. Zij zou aan deze eene noodelooze uitvoe
righeid geven. Waar specificatie der onderdeelen voor de
beoordeeling gewenscht iszal die eigenaardiger hetzij in de