VOORWAARDEN l: sas j 2 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1883. zende gemeentengenegen zijn onder bepaalde voorwaarden concessie te verleenenvan heeren gedeputeerde staten dezer provincie, overeenkomstig art. 121 der gemeentewet, magti- ging aan te vragen tot gemeenschappelijke regeling dier zaak. Bij de onbekendheid door welke gemeenten de tramwegen zullen worden gelegdkomt het ons wenschelijk voordat wij door u worden gemagtigd ter zijner tijd met de betrok ken besturen de bedoelde magtiging aan te vragen. Op grond van het vorenstaande hebben wij alzoo de eer u voor te stellen te besluiten I. voor kennisgeving aan te nemen de mededeelingdat het door ons den 12 October 1882 aangeboden voorstel, op een adres van de heeren Schaafsma c. s.is terug genomen II. burgemeester en wethouders uit te noodigen, ter zijner tijd, zoodra er gegrond vooruitzigt bestaat, dat een of meer van navolgende lijnen kunnen worden aangelegdvan heeren gedeputeerde staten magtiging te vragen tot gemeenschappe lijke regeling met de betrokken gemeentebesturenvan den aanleg en de exploitatie van stoomtramwegen van Leeuwar den door Menaldumadeel en Barradeel naar Harlingenmet zijtakken van Beetgum naar het Bildt en van Berlikura naar Franeker en van Leeuwarden door LeeuwarderadeelFerwer- deradeelWest- en Oostdongeradeel naar Dockum met een zijtak van Stiens of Finkum naar 't Bildt III. vast te stellen de bij het voorstel gevoegde voorwaar den waarop concessie zal worden verleend voor den aanleg van een stoomtramweg langs nader vast te stellen wegen in deze gemeentein aansluiting met tramwegen door de ge meente Menaldumadeelvia MarssumBeetgum en Berlikum, en zoo mogelijk door Barradeel naar Harlingen en met zij takken naar 't Bildt en Franekeren door Leeuwarderadeel via StiensFerwerd Hol werd naar Dockummet een zijtak van Stiens of Finkum naar het Bildt IV. burgemeester en wethouders te magtigen die concessie te verleenen aan hemdie het eerst en het best waarborgen levertdat hij als concessionaris de verpligtingen kan nako men hem in de voorwaarden opgelegd V. aan de heeren Schaafsma c. s. en Stornebrink mededee ling te doen van de besluiten sub III en IVals beschikking op hunne adressen. Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den II Janu- arij 1883 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden W. J. v. W. RENGERS. De SeaetarisP. A. BERGSMA voor den aanleg van een STOOMTRAMWEG in de gemeente. Art. 1De tramweg zal worden aangelegd op de bermen van den kunstweg. Op plaatsen alwaar wegens onvoldoende breedte van de bermen, de tramweg in den kunstweg komt, zal het kunstbed aan de tegenovergestelde zijde worden ver breed van dezelfde constructie als het bestaande. De tramweg zal daarwaar eene vaart langs den kunstweg loopt, aan die zijde moeten worden gelegd, behalve wanneer burgemeester en wethouders hierop eene uitzondering meenen te moeten maken. De ligging van den tramweg mag zonder toestemming van het gemeentebestuur niet worden veranderd. De passage over den kunstweg moet steeds ongehinderd kunnen plaats hebben. De geheele weg wordt aaagelegd van rails op dwarsliggers, echter zoodanig, dat daar, waar de rail in den kunstweg komt te liggende constructie zoodanig zij dat de passage met rijtuigen er ongehinderd over plaats kan hebben. De plannen en teekeningen van den weg moeten aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders en zoo noodig van heeren gedeputeerde staten worden onderworpen. Art. 2. Voor dat met den aanleg begonnen wordtzal de geprojecteerde lijn door burgemeester en wethouders van iedere gemeentein vereeniging met den concessionaris en op kosten van deze locaal worden opgenomen en onderzocht. Art. 3. De aankoop en vergoeding van den, wegens den aanleg des tramwegs benoodigden grond, stoepen, hekken, stekken, boomenheestersgetimmerten als anderzins langs den weg of in de dorpen zoover aan particulierencorporatièn of ge meenten behoorendekomen even als alle door den conces sionaris daar te stellen werken, geheel ten zijnen laste. Art. 4. De hoogte en ligging van den tramweg moeten voortdurend zóó zijn geregelddat de goede afwatering van den kunstweg of de bestrating bestaan blijve en niet worde belet. Art. 5. De benoodigde verhooging, verlaging, verbreeding of verlegging van gedeelten weg of bestrating, en de be- schoeijing van wallen, daar waar zulks door burgemeester en wethouders noodig wordt geoordeeldmet bijlevering van alle materialen, moet door den concessionaris in overleg met en ten genoege van burgemeester en wethouders geschieden. Art. 6. Waar, door den concessionaris zelf geene afzon- lijke bruggen worden gelegdmoet de vereischte vernieuwing, verbreeding of versterking van de in den kunstweg liggende bruggen voor rekening van den concessionaris geschieden, ge heel in overleg met- en onder goedkeuring van burgemeester en wethouderszonder dat dientengevolge de passage langs den weg of de vaart eenige vertraging mag ondervinden. De te leggen bruggen moeten niet alleen voldoende sterk zijn maar ook aan de eischen van den welstand beantwoorden. Art. 7. De weg of bestrating tusschen en op 30 cM. aan de binnenzijde der sporenbermen en taludsaan dien kant waar de tramweg wordt gelegd, benevens de geheele buiten zijde van de bermen en de door den concessionaris gemaakte walbescboeijingen moeten voortdurend ten genoegen van bur gemeester en wethouders door den concessionaris onderhouden en de voorkomende gebreken op de eerste aanzegging hersteld worden Ingeval de concessionaris in gebreke blijft hieraan naarbe- hooren te voldoengeschiedt dit voor zijne rekening vanwege het gemeentebestuur. De daarop vallende kosten zullen binnen veertien dagen na de inzending eener declaratiedoor den concessionaris ten kantore van den gemeente-ontvanger worden betaald. Mogt de concessionaris gebruik maken van de in den kunst- weg liggende bruggen, dan komt de helft der kosten van onderhoudzoo gewoon als buitengewoonzoomede de helft der kosten van latere vernieuwing ten laste van den conces sionaris. Het oordeel over het onderhoud en de instand houding der bruggenblijft aan burgemeester en wethouders. Indien tengevolge van gemeentelijke werken aan de open bare straten en wegen waarop de tramweg ligt, eene tijdelijke verlegging van de sporen noodig is ter beoordeeling van het Bijlag*- tol net verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1883. 3 gemeentebestuur, zal de concessionaris binnen een alsdan te bepalen termijn de sporen tijdelijk moeten verleggen. De daaruit voortvloeiende kosten kunnen door den concessionaris op declaratie van het gemeentebestuur terug worden ontvangen. Art. 8. Voor het in gebruik nemen van den gemeentegrond is de concessionaris eene vaste jaarlijksche vergoeding verschul digd welke door burgemeester en wethouders wordt bepaald, doch de som van 50 per kilometer niet te boven gaat. De gemeente behoudt het grasgewas der bermen van den weg. Art9De concessionaris is verpligtom dagelijks minstens drie trammen in elke rigting van eindstation tot eindstation te doen loopen. Indien tegen de dienstregeling der treinen bij de meeerder- heid der dagelijksche besturen van de betrokken gemeenten bezwaren bestaan dan zal de concessionaris zich naar de ver langd wordende wijziging in die dienstregeling moeten gedragen, binnen de grenzen in de eerste alinea van dit artikel bepaald. Art. 10. Burgemeester en wethouders bepalen in overleg met den concessionaris veiligheidsmaatregelen mogten deze bij de exploitatie onvoldoende zijndan hebben burgemeester en wethouders het regt deze te doen aanvullenzooals zal blijken noodig te wezen. Art11. De concessionaris verleent op vertoon van een schriftelijk bewijsafgegeven door den burgemeester van een der gemeenten kosteloos vervoer met den tram aan de policie- bedienden en de hun ter opzending toevertrouwde personen wanneer voldoende plaats in de rijtuigen aanwezig is. Gemeld bewijs moet vóór den reis worden overgelegd aan den conducteur. Art. 12. De concessionaris is verpligt onderweg buiten de stations en halten de zich aanmeldende personen op te nemen zoolang er plaats is. In de kom der dorpen wordt alleen op de bepaalde stations gestopt tot het inlaten of uitstappen van personen. Art. 13. De vrachtprijzen zullen worden berekend naar het volgend tarief Passagiersvracht. Het maximum der passagiersvracht wordt berekend per kilo meter voor de eerste klasse naar 4y* cent en voor de tweede klasse naar 2ys cent per persoon. Gedeelten van kilometers worden voor een geheel gerekend. Aan kinderenen zijdie inrigtingen van onderwijs bezoe ken wordt eene reductie der vrachtprijzen toegestaan Wanneer omstandigheden hiertoe leiden, kunnen er gezel- schapsbilletten tegen verminderde prijzen worden uitgegeven. Bij tijdige aanvrage kunnen voor corporatièngezelschappen enz. extra treinen worden ingesteld. Bagagevracht. Bij alle treinen, die in de dienstregeling worden aangekondigd, wordt bagage ter vervoer aangenomen tegen het navolgend tarief: De vrachtprijzen der bagage zijn per vijf kilometer (gedeelten daarvan voor vijf gerekend.) Voor 1 tot 50 kilogram 8 cent. 51 100 Tl 12 Tl 101 tl 150 Tl 15 Tl Tl 151 tl 200 20 Tl n 201 Tl 250 tl 23 tt 251 n 300 Tl 25 n 301 350 9 30 Tl JI 351 n 400 Tl 33 Tl Tl 401 Tl 450 Tl 38 Tl n 451 500 n 40 Voor iedere 100 kilogram meer 10 cent. Kleine bagage, die de reizigers met zich voeren, wordt zoover plaatsruimte onder de banken dit toelaat en zij de mede reizigers niet hindertkosteloos vervoerd B e 81 e 1 g o e d e r e n Aan alle kantoren worden bestelgoederen aangenomen voor alle op de dienstregeling aangegeven treinentegen een cent per kilogram, met een minimum van 15 cents per zending. Art. 14. In bebouwde kommen van dorpen gehuchten of buurten, wier begrenzing door burgemeester en wethouders wordt bepaaldzal de tram geen meerdere snelheid mogen hebben dan 6 kilometer in het uur. Art. 15. De bepaling der wijze waarop de tramweg aan een anderen tramweg of aan den spoorweg zal aansluiten,' wordt overgelaten aan het bestuur der gemeentebinnen welke die aansluiting moet plaats hebben. Art. 16. De concessie voor den aanleg en exploitatie van den tramweg wordt verleend voor den tijd van 30 jaar; na verloop van dien termijn is zij stilzwijgend vervallen Art. 17. Verlangt de concessionaris vóór het eindjgen der concessie verlenging daarvan dan moet hij zich een jaar te voren daartoe aanmelden bij de verschillende gemeentebe sturen. De gemeentebesturen beslissen binnen zes maanden op dat verzoek. Die besturen behouden zich het regt voor om het vaeL en. roerend materieel, na eindiging der concessie, afzonderlijk of gezamenlijk over te nemen tegen den prijsdoor drie deskun digen, die door den kantonregter te Leeuwarden zullen worden benoemd, te bepalen. Art. 18. De concessie kan, op voorstel van burgemeester en wethoudersdoor den gemeenteraadworden ingetrokken 1. indien de dienst niet, behoudens omstandighedengere geld geschiedt 2wanneer de dienst acht achtereenvolgende dagen, zonder goedkeuring van burgemeester en wethoudersis gestaakt 3. wanneer de voorwaarden slecht worden gehandhaafd voor de veiligheid op de tramwegenwanneer voor de rijtuigen en het materieel geen genoeg zorg wordt gedragen of wanneer afgekeurde rijtuigen na waarschuwing van burgemeester en wethouders in dienst worden gehouden. Art. 19. De concessionaris verbindt zich, om de benoo digde werken met den meesten spoed tot stand te breDgen zoodat in elk geval de tram binnen twee jaar na de goed keuring door gedeputeerde staten der te sluiten definitieve overeenkomst geheel in exploitatie is. Indien binnen acht maanden na die goedkeuring niet met de werkzaamheden een aanvang is gemaakt, vervalt de over eenkomst. Zoodra de concessie aanvaard en de overeenkomst geteekend isstelt de concessionaris een persoonlijken of zakelijken borg- togt van 2000 voor iedere gemeentevoor de rigtige uiU voering van het werkwelke somingeval van niet. voldoe ning aan de overeenkomst, aan de verschillende gemeenten vervalt of daaraan moet worden uitbetaald. Bij zakelijken borgtogt en het storten van bovengemelde som wordt rente betaald berekend naar 4 pet. 'sjaart Art. 20. Voor elke overtreding der hierboveDgenoemue voorwaarden, verbeurt de concessionaris telkens eene boete van hoogstens 50 en minstens 5 gulden door burgemeester en wethouders te bepalen. Ingeval de concessionaris weigerachtig is, of niet op ue

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1883 | | pagina 2