f\
k
S3
4
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1885.
o. het meetloon per 15 hektoliter (de bedoeling is blijk
baar: voor 15 hektoliter of minder) 20 cent, van 15 tot 30
hektoliter 35 cent; voor iedere volgende 30 hektoliter 15 cent;
b. het weegloonvoor iedere gewogen hektoliter 5 cent.
Indien bij omslaan de partij ook gewogen wordt, moet van
iedere partij van 15 hektoliter of minder één hektoliter wor
den gewogen; van de volgende 15 hektoliter weder één en
van iedere volgende 30 hektoliter of minder weder één.
Bij gestort goed
a. het meetloon voor 15 hektoliter of minder 20 cent, van
15 tot 30 hektoliter 40 cent, van iedere volgende 30 hekto
liter of minder 35 cent;
b. het weegloon, per iedere gewogen hektoliter 5 cent.
Ten einde eene vergelijking tusschen heide tarieven te ver
gemakkelijken, diene het volgende overzicht:
Tarief kamer Franeker
van koophandel tarief
(meet- en weegloon)
Bij omslaan:
15 hekt. of minder ƒ0.25 ƒ0.30
15 tot 30 hekt. ,0.45 0.40 (tot 45 hekt,,
30 60 0.05 0.60 (tot 75 hekt.)
60 90 0.85 0.80 (boven 75 hekt.)
90 120 1.05 0.801 omslaan
120 150 ,1.25 ,0.8oijfXn°rfia2o:
Bij gestort goed;
15 hekt. of minder 0 25 ƒ0.40
15 tot 30 hekt. 0.50 0.40
30 60 0.90 0.80
60 90 ,1.30 .1.20
90 ff 120 f .1.70 1.00
120 d 150 - .2.10 „2.00
Onder de opgegeven cijfers van het tarief van de kamer
van koophandel is het weegloon begrepen. Het wegen is echter
niet verplichtendhoewel het gewoonlijk voor granenka
nariezaad en lijnzaad plaats heeft. Wanneer nu ook in aan
merking wordt genomendat te Franeker van partijen boven
de 90 hektoliter gewoonlijk wel meer dan drie zakken ge
meten of gewogen zullen wordendan volgt uit het overzicht,
dat wanneer het door de kamer van koophandel voorgestelde
tarief wordt gevolgdhet meet» en weegloon vrij wel met dat
te Franeker zal overeenkomen.
Voor partijen van 15 hektoliter en minder is het zelfs lager
gesteldwat ons niet wenschelijk voorkomt en waarop wij
straks terugkomen.
Na eene vergelijking met het Franeker tarief achten wij het
niet ondienstig het voorgestelde meet- en weegloon ook te
vergelijken met het bestaande tarief.
Art. 23 der vigeerende verordening bepaalt het meet- en
weegloon
Bij omslaan
a, het meetloon per 15 hektoliter op 25 cent
b. het weegloon voor iedere gewogen hektoliter op 5 cent.
Bij gestort goed
ahet meetloon per 15 hektoliter op 25 cent
b. het weegloon van 15 hektoliter of mindereen hekto
liter te wegen, 10^cent; van 15 tot 30 hektoliter, 2 hekto
liter te wegen 15 cent; van iedere 15 hektoliter meer, telkens
een hektoliter te wegen5 ceitt.
In al de genoemde gevallen worden gedeelten van 15 hek
toliter voor volle 15 hektoliter gerekend.
Uit het volgende overzicht kan nu het verschil tusschen
h^ide tarieven, tot partijen van 150 hektoliter, blijken:
Tarief kamer Bestaand
van koophandel. tarief.
B ij omslaan:
15 hekt. of minder ƒ0.25 ƒ0.30
15 tot 30 hekt. 0.45 0.60
30 45 „0.65 „0.90
45 60 „0.65 „1.15
60 75 0.85 1.45
75 90 „0 85 „1.70
90 105 1.05 2.—
105 120 „1.05 „2.25
120 135 1.25 2 55
135 150 „1.25 „2.80
Bij gestort goed:
15 hekt. ofj minder 0.25 0.35
15 tot 30 hekt. 0.50 0.65
30 45 0.90 .0.95
45 60 .0.90 „1.25
60 75 1.30 1.55
75 90 „1.30 „1.85
90 105 „1.70 „2.15
105 120 1.70 2 45
120 135 .2.10 „2.75
135 150 „2.10 „3.05
%Wordt het voorstel van de kamer van koophandel gevolgd
dan zalvooral bij omslaan het meetloon belangrijk vermin
deren en mag als waarschijnlijk worden gestelddat bij een
gelijken aanvoer van granen de totale opbrengst der meet-
en weegloonen met minstens V* achteruit zal gaan.
Volgens eene opgave van den kommandeur der meters -
wegers hebben de meet- en weegloonen in 1883 ongeveer
6,000.opgeleverdzoodat in het gestelde geval de ver
mindering op 1,500.moet worden geschat of voor ieder
meter-weger op ongeveer ƒ100.
Ofschoon nu, bij eene belangrijke verlaging van het tarief,
meerdere aanvoer mag worden verwacht', zoo schijnt het toch
niet wenschelijk het door de kamer van koophandel voorge
steld tarief geheel onveranderd over te nemen. Trouwens bij
de behandeling dezer zaak in den loop van het vorige jaar
is geblekendat de meeste leden van den raad wel van oor
deel waren dat het Franeker tarief zooveel mogelijk moest
worden gevolgdmaar nietdat men lager dan dat tarief
behoefde te gaan.
Het komt ons daarom beter voor, dat het meetloon voor
15 hektoliter en minder5 cent hooger worde gesteld dan
de kamer van koophandel aangeeft.
Bij grootere partijen zal het tarief dan nog iets hooger zijn
dan dat te Franekeralthans als er ook gewogen wordt, doch
die verschillen zijn zoo geringdat moeilijk kan worden aan
genomen dat dit van invloed op den aanvoer zal zijn.
De beurscommissiedie zich overigens met het door de
kamer van koophandel voorgestelde tarief vereenigtwenscht
ditvoor zoover het omslaan betreftalleen van toepassing
te verklaren voor het meten en wegen in de meet- en weeg
huisjes en stelt voor, bij meting buiten de huisjes, het meet
loon voor eiken omslag 5 cent hooger te stellen.
Ofschoon voor die verhooging een goede reden wordt op
gegeven hebben wij toch gemeend dit voorstel niet te moe
ten overnemen.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1885.
De raad toch heeft zichbij zijn besluit tot het oprichten
van meet- en weeghuisjes, op het standpunt geplaatst, dat
den handel geheel vrije keus moest worden gelatenom al
dan niet van het meten en wegen in die huisjes gebruik te
maken dat het hier meer gold eene proefneming.
Werd nu het advies der beurscommissie gevolgd dan zou
het meten en wegen in de huisjes indirect worden aangemoe
digd. Maar bovendien zou dan voor het meten buiten de
huisjes, tegen het door den raad vrij duidelijk uitgedrukt ge
voelen in, het meetloon het Franeker tarief weer overschrijden.
Na de gronden te hebben medegedeeld voor onze voorstel
len omtrent de beide hoofdpunten wenschen wij nog de be*
palingen der aangeboden ontwerp-verordening voor zooveel
noodig toe te lichten.
Art. 1. Dit artikel is in overeenstemming met het in de
vergadering van 3 Juli j.l. genomen besluit.
De woorden „in de gemeente Leeuwarden", in de bestaande
verordening voorkomende zijn overbodig te achten en daarom
niet overgenomen.
Art 2. De le alinea is in overeenstemming met het in
voormelde vergadering genomen besluit.
2e alinea. De vigeerende verordening bepaaltdat de kom
mandeur en de meters-wegers voor zes jaren worden benoemd
en van de laatstgenoemden om de twee jaar een derde aftreedt.
Daar bij die verordening het getal meters-wegers op 18 is
bepaaldkon de aftreding op die wijze gevoegelijk worden
geregeld.
Nu echter het bepalen van het getal meters-wegers aan
burgemeester en wethouders is opgedragen en allicht, hetzij
dadelijk of laterop een getal kan worden gestelddat niet
door drie deelbaar iskomt het beter voor deze bepaling niet
te behouden.
Wenscht men geen benoeming voor een onbepaalden tijd
dan schijnt eene aanstelling voor drie jaar te verkiezen bo
ven eene voor zes jaar.
In dat geval achten wij het ook niet noodighet voorstel
van de kamer van koophandelom geene herbenoeming te
doenindien de aftredende den leeftijd van 65 jaar heeft be
reikt over te nemen.
Bij eene aanstelling voor drie jaar behoeft er geen bepaling
te worden gemaakt omtrent het tusschentijds aftreden van een
gedeelte van het personeel. Althans wij kunnen het nut van
zoodanige bepaling niet inzien.
3e alinea. Overgenomen op voorstel van de kamer van
koophandel.
Art. 3. Wij vinden geen reden om den kommandeur uit
te zonderen van de voorwaarden hier gesteld. Daarom aan
vulling in dien zin.
Art. 4. Is gelijkluidend met de bestaande bepaling.
Art. 5. Komt overeen met art. 20 der bestaande verorde
ning en het te dezen aanzien bepaalde in de vergadering van
3 Juli j.l.
Intu8schen zijn deze bepalingen ook toepasselijk verklaard
op den kommandeur. Men vond geen reden dezen uit te zonderen.
Art. 6. Aan de bepalingdat de meters-wegers zich dage
lijks aan de wacht moeten bevindenwordt niet voldaan
Dit is trouwens ook overbodigwant eiken dag is er voor
alle meters-wegers geen werk. Behalve op drukke dagen is
dan ook slechts een gedeelte van het personeel steeds aan de
wachtterwijl daardoor aan de anderen de gelegenheid wordt
geschonken om elders iets te verdienen.
Daar het nu mede zeer moeilijk is den dienst in de meet-
en weeghuisjes dadelijk voor goed te regelenkomt de voor
gestelde bepaling ons gewenscht voor.
Nu burgemeester en wethouders het getal meters-wegers
moeten bepalen achten wij het mede doelmatig, dat de dienst
regeling die hiermede in nauw verband staataan hen worde
opgedragenna de beurscommissie te hebben gehoord.
Wij meenen hier nog te kunnen bijvoegendat vrij zeker
het in dienst stellen der meet- en weeghuisjes, althans in
den eersten tijdgeen meerder personeel zal vereischen.
Art. 7. Behalve eenige wijziging in de redactie komt dit
artikel overigens overeen met artikel 6 der bestaande ver
ordening.
Art- 8
Art 9* Z'jn geliJklui(,end me^ d0 bestaande bepalingen.
Art. 10. Door het oprichten van meet- en weeghuisjes was
aanvulling van het bestaand artikel 9 noodig.
De laatste alinea komt overeen met art. 11 der vigeerende
verordening.
Art. 11. Is gelijkluidend met art. 10 der bestaande ver
ordening.
Art. 12. Komt overeen met de 2e alinea van het bestaande
art. 12 en het ter zake in de vergadering van 3 Juli j.l. ge
nomen besluit.
Art. 13. Bevat eene nieuwe bepaling, die geene toelich
ting schijnt te vereischen.
Art 14. Vergelijk de artt. 13 en 14 der bestaande ver
ordening.
De laatste alinea van art. 13 is overgebracht naar art. 16,
als daar meer eigenaardig thuis behoorende.
Het eerste lid van art. 14 is behoudenofschoon de kamer
van koophandel adviseerthet te doen vervallen.
Het drukt echter uit, dat de meters- wegers, niet de koopers
of verkoopers voor wie zij wegenmoeten zorgen voor weeg
toestellen en dit dient zoo te blijven.
Uit de laatste alinea van dit artikelin vergelijking met
art. 13, blijkt genoegzaam, dat de meters-wegers op eigen
kosten zich van de daar genoemde voorwerpen moeten voor
zien zoodat eene verduidelijking, als de kamer van koophandel
voorsteltoverbodig schijnt.
Het wegen met den bak komt niet meer voor.
Art. 15. De eerste alinea is in overeenstemming met de
eerste alinea van art. 12 en de tweede alinea van art. 15 der
bestaande verordening.
Het meten en wegentelkens op bepaalden last van den
kommandeur, kan moeilijk tot de meet- en weeghuisjes wor
den uitgestrekt.
Art. 16. De eerste alinea is conform het besluit in de ver
gadering van 3 Juli j.l. genomen.
De tweede alinea komt in de bestaande verordening voor
onder art. 13.
Art. 17. Vergelijk de artt. 21 en 22 der bestaande ver-
ordening.
Art. 18.
ordening.
Art. 19.
ordening.
Art. 20.
Komt overeen met art. 18 der vigeerende ver-
Is gelijkluidend met art. 16 der bestaande ver-
s
De redactie is eenigszins gewijzigd. Komt overi
gens overeen met art. 19 der bestaande verordening.
Art. 21. Vergelijk art. 23 der bestaande verordening. Ten
aanzien der aangebrachte wijzigingen wordt verwezen naar
■- - -
•iliï