Bijlage no. 5.
s
12ml
14
Bijlage tot he. - erslag der hai ..ugoii van den gemeenteraad ie lieeuwarden, 1885.
werk met het carillon ƒ5,000. rekenende, maakt, dat de
geheele bouw met inbegrip van het aan te koopen huis eene
uitgaaf van ƒ45,000.zal vorderen.
De aflossing van de voor dit werk te sluiten leening kan
over een vrij ruim tijdvak verdeeld worden, terwijl het kapi
taal met eene annuiteit van ruim 2,000.in ongeveer 47
jaren kan zijn afgelost.
Het komt ons voor dat deze tinantiële opoffering voor het
beoogde doel de draagkracht dezer gemeente niet te boven gaat.
Alvorens ons voorstel te formulerenmeenen wij nog te
moeten mededeelen dat de aanbieding van dit voorstel reeds
vroeger zoude hebben plaats gehad ware het niet dat de
door uw geacht medelid, den heer Bekhuis, ingediende nota,
nog een nader onderzoek omtrent de plaats van stichting
noodig had gemaakt.
Het uitvoerig gemotiveerd adviesomtrent die notadoor
den directeur der gemeentewerken uitgebragtleggen wij
hierbij over
Bij naauwgezette overweging van de aangevoerde argumen
ten hebben wij geen aanleiding gevondon in het oorspron
kelijke plan wijziging voor te stellen.
Wij hebben dan ook de eer u voor te stellen te besluiten,
voor zoover noodig behoudens goedkeuring van ged. staten
o. tot het bouwen van een nieuwen toren met uurwerk en
carillonvolgens oen plan en op voorwaarden van aanbe
steding nader door den raad vast te stellen
b. daarvoor aan te wijzen de plaats op de hierbij gevoegde
plattegrond-teekening aangeduid
o. aan te koopen het huis kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden sectie A no. 026in eigendom behoorende aan
de erfgenamen van wijlen D. Oostinga te Heerenveen voor
de som van ƒ5,000.--;
d. burgemeester en wethouders op te dragen ter zijner tijd
de noodige finantiële voorstellen aau te bieden tot vinding
der kosten.
Voorgesteld ter raadsvergadering van den 12 Februarii
1885 door
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
P. LYCKLAMA a NIJEHOLT.
J>e Secretaris, P. A. BERGSMA.
V«NS>
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1885
15
VERSLAG van do commissie van rap
porteurs uit de sectiën van don raad omtrent
het voorstel van burgemeester en Wethou
ders om niet over to gaan tot de reorgauisatie
der burger dag- en avondschool in deze ge
meente. (Bijlage 36 van het jaar 1884), en
het daaraan toegevoegde voorstel van den
heer A. Duparc tot opheffing van die school,
en in de plaats daarvan op te richten eene
hoogere burgerschool met driejarigen cursus,
(inge.diend 22 Januari 1885).
Wanneer wij u hierbij een overzicht aanbieden van de be
schouwingen die naar aanleiding van bovenstaande vooi
stellen in#de afleelingen van den gemeenteraad hebben plaats
gehad kwam het ons het meest, geschikt voor eerst weêr te
geven die welke betreffen het voorstel tot oprichting eener
hoogere burgerschool met 3-jarigen cursus, wijl de aauneming
daarvan de wijdste strekking zoude hebben.
De beraadslagingen over dat voorstel stonden natuurlijk
met die over het voorstel door burgemeester en wethouders
aangeboden in het nauwste verband.
Had men evenwel eenige waarschijnlijkheid welk lot het
eerstbedoelde bij den raad zoude wachtendan had men
voor de beschouwingen omtrent de al of niet bestendiging
van de burger dag- en avondschool een meer vasten grond
en meenden wij meer bepaalde resultaten te kunnen trekken
uit de daarover geopenbaarde meeningen.
Ons rapport betreft dus in de eerste plaats het voorstel
van den heer Duparc.
Eene kleine maar krachtige minderheidwelke ook bij de
commissie van rapporteurs vertegenwoordigd wordt, meende
op afdoende gronden met dat voorstel te kunnen medegaan.
Wanneer wij zeggen eene krachtige minderheid, betreft zulks
in geenendeele het aantal stemmen, dat zich voor de oprich
ting van de daarbij bedoelde school verklaardewant van
het aantal leden dat de vergaderingen van de sectieu heeft
bijgewoond en dat was 17, waren het slechts drie maar
wel de motieven die door haar werden aangevoerd. Die mo
tieven wanneer men alleen lette op de theoretische wensche-
lijkheidwierden dan ook in de afdeelingen niet ernstig be
streden, maar wel vond de overgroote meerderheid ernstig
bezwaar in de practische uitvoerbaarheid.
De grondenwaarop de minderheid haar gevoelen steunde,
waren voornamelijk dezelfden als die van de commissie van
toezicht op het middelbaar onderwijsnedergelegd in haar
schrijven aan burgemeester en wethouders, dd. Febr. 1882
nog nader bevestigd door het advies van den toenmaligen
inspecteur van dat onderwijsden heer Stein Parvé, in diens
missive van den 19 Febr. 1882.
Zij maakte geheel het door die commissie uitgesproken ge
voel tot het hare wanneer die in hare missive zegt„dat
„na de oprichting en in werkingstelling van de ambachts
school de oprichting van eene hoogere burgerschool met
„3-jarigen cursus van meer dadelijk en actueel belang is.
„Immers zoo lang niet werd voorzien in het ambachtsonderwijs,
.kon het in twijfel worden getrokken of de gemeenteraad
Bijvoegsel, beuoc-ree k bij de Leeuwarder Courant,
„wèl zou doen eene school op te heffenzij het dan ook
„met gelijktijdige uitbreiding daarvan die volgens art. 13
„der wet op het M. O. voornamelijk ook voor aanstaande am-
bach dieden bestemd is.
,Deze personen nu kunnen thans in deze gemeente een
„anderen, voor hunne opleiding beteren, weg vinden. Door
„de herhalingsschool aan het evengenoemd ambachtsonderwijs
„verbonden, leeren de evenbedoelde ambachtsjongens van de
„theoretische vakken zooveelals zij voor hun ambacht be-
hooren.
„Hebben zij ambacht- en herhalingschool tot liet einde toe
„afgeloopendan kunnen zij hunne vorming aan de burger
avondschool voortzetten. Op het behoud dezer school stellen
„wij hoogen prijs.
„indien wij nu van de jongens, die de burger dagschool
bezoeken, afzonderen hen wier voornemen is om later een
„haudwerk uit te oefenendan houden wij eene categorie
„over, waarvoor het onderwijs, zooals dat thans in een twee-
Jarigen cursus wordt gegeven niet voldoende is.
„Het is die breede zoom der burgerij die, het middenhou-
„dend tusschen den welgestelden man van handel en bedrijf
„en den ambachtsman behoefte heeft aan betere en uitge-
„breider vorming dan de dagschool kan geven.
„Jongelieden die hunne loopbaan wenschen te maken als
„kantoorbedienden, telegrafisten, geëmployeerden bij de staats
spoorwegen enz.voor velen waarvan de R. H. B. school
„èn om haar schoolgeld èn om de kostbaarheid der boekeu
„te duur ismoeten bepaaldelijk van de taalkundige vakken
„meer weten dan hun op de tegenwoordige dagschool wordt
„geleerd.
„Hare verandering in eene school voor M. O. met 3-jarigen
„cursus zal inzonderheid hun ten goede komen."
Om de 'bedenking te voorkomen dat in deze gemeente
waar eene hoogere burgerschool met 5-jarigen cursus be
staat eene tweede school voor middelbaar onderwijs met
3 jarigen cursus overtollig zoude wezendoet de minderheid
in de sectiën en ook van rapporteurs op nieuw een beroep
op een later schrijven van de comm. v. toezicht op het M. O.
dd. 1 Febr. 1884, waar zij zegt: „maar men vergete niet,
„dat de rijksschool voor vele ouders te kostbaar is, voor eerst
„omdat het schoolgeld meer dan het dubbele bedraagt van
„hetgeen op eene school met 3-jarigen cursus hoogstens kan
„geëisjïht worden; vervolgens omdat de aan te schaffen boeken,
„atlassen enz. die kosten zeer vermeerderen, en eindelijk omdat
„de cursus van 5 jaren die bij minder aanleg zoo licht met
„een of twee jaren verlengd moet worden voor tal van on
bemiddelde gezinnen te lang is. Vóór den leeftijd van 18
a 20 jaar is er dan van verdienste geen spraketerwijl na
„een gunstig eindexamen de meesten eene gelegenheid om
„verder in de maatschappij ook tot eigen onderhoud werk
zaam te zijn nog moeten zoeken.
„Maar kunnen die jongens, voor wie een 5 jarigen cursus
„te lang isdan niet 3 jaren van de rijksschool gebruik
„maken V Dat zou iu theorie niet onuitvoerbaar zijn. Ver-
„geten wij echter nietdat het zooeven genoemde bezwaar
„aan het schoolgeld en de kosten van boeken ontleend, dan
„toch blijft bestaan. Is echter liet programma der hoogere
„burgerschool met 5-jarigen cursus met het oog op zulk een
„3-jarigen cursus in gevecht(?) Op die vrang moet ons ant-
woord ontkennend zijn. En gelukkig dat het zoo is. Jm-
„mers eene inrichting, die te gelijk voor 5-jarigen en voor
jW
I