I f?» Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1890. Bijlage no. 7. De eerste serie, tot een bedrag van ƒ250,000, is gestort den 2c Januarij 1886. De aangenomen inschrijvingen daarop zijn geweest als volgt VOORSTEL van burgemeester en wet houders tot het converteren van gemeentelijke schuld en tot vaststel ling van daartoe betrekkelijke plans van geldleening. Mijne Heeren. Wij hadden de eer in uwe vergadering van 23 Julij van het vorig jaar in te dienen een voorstel tot conversie van een gedeelte der gemeenteschuld in eene 3£ geldleening. Dat voorstel werd gunstig door U ontvangen. In de vergadering van 13 Augustus d. a. v. werd het door U met op één na al- gemeene stemmen aangenomen. Bij die gelegenheid werd door enkele leden aangedrongen op eene dadelijke conversie van de geheele gemeenteschuld. Dat denkbeeld werd toen bestreden, hoofdzakelijk op gronden in de toelichting op ons voorstel aangegeven, terwijl in elk geval eene afzonderlijke conversie der resterende schuld wenschelijk werd geacht. Naar aanleiding ook van de toen gevoerde discussiën heeft ons collegie eene verdere conversie der gemeenteschuld tot een punt van overweging gemaakt. Daar eene verdere daling van den rentestandaard vooreerst, naar het schijnt, niet te verwachten is, maar 31 °/0 voortdu rend vrij wel als de normale rente voor soliede gemeente-lee ningen kan worden aangemerkt maken wij geen bezwaar om reeds nu tot U te komen met een voorstel om de conversie der gemeenteschuld te voltooijen. Intusschen moeten wij mededeelen dat de redenen, die ons ten vorigen jare hoofdzakelijk hebben teruggehouden om eene conversie van de geheele gemeenteschuld voor te stellennog bij ons wegen. Wij wezen er toen op dat op de leeningen van 1885 en 1887 ten behoeve der gemeente aangegaan en op die voor de gasfabriek van 1884 en 1885 boven pari was ingeschreven, voor enkele seriën zelfs niet onbelangrijk terwijl de storting der ingeschreven sommen had plaats gehad in 1885, 1886 en 1887. Bij de discussiën over ons voorstel bleek nader dat wij het niet billijk en met het oog op het krediet der gemeenteniet wenschelijk achtten om na zoo korten tijd die leeningen a pari af te lossen althans niet de seriënwaarvoor nog al be langrijk boven pari was ingeschreven. Op dat standpunt staan wij nog. Waar wij U dus een voorstel tot conversie der nog reste rende 4 schuld zullen doen wenschen wij daaraan de be paling te verbindendat enkele seriën der nog te converteren leeningen zullen worden afgelost met een bijslag in geld in dien men n.l. daarvoor nieuwe obligatiën wenscht te nemen. Wij hebben reeds meermalen gesproken van het converteren der nog resterende 4 °/o schuld. Onze bedoeling is echter om daarvan uit te sluiten de leening van 1887, waarvan met 1891 nog ƒ21000 moet worden afgelost. De aflossingen op die lee ning moeten plaats hebben met l6 Junij, en daar die van 1885 met 1® October moet worden afgelostzouden wij dit bedrag in eene afzonderlijke serie moeten begrijpen. Dit nu achten wij de moeite niet waard en ook loopt deze leening nog het kortst en is daarvoor het hoogst ingeschreven (102.354 of ƒ1023.54 per 1000.) De gelegenheid doet zich later wel eens voor om op deze leening eene buitengewone aflossing te doen of het restant in eene uit te schrijven leening te begrijpen. Thans volge een overzigt van de overige nog loopende 4 °/0 leeningen. Van de leening van 1885aangegaan tot een bedrag van 528,000, zal met 1891 nog overblijven eene som van ƒ466,000. Deze leening is opgenomen in 3 seriën. 14,000 a 101 °/o of 1010 pet- ƒ1000 14140.— - 16,000 k 100.75 °/o - 1007.50 - 16120.— - 18,000 k 100.625°/. 1006 25 - 1311150 - 100,000 a 100.502°/o -1005.02 n - 100502. - 20,000 a 100.5 - 1003 a - 20100.— - 6,000 a 100.4 - 1004 a - 6024.— - 5,000 4 100.375%, - 1003.75 a - 5008.75 - 50,000 a 100.3 0/0 t -1003 it - 50150.— - 21,000 k 100.281%> It -1002.81 it it - 21059.01 250,000 De gemiddelde koers van inschrijving 951216 2fi 40^10.^0 100.486 °/o of 1004.86 per ƒ1000, 250000 251,216,26 is alzoo geweest De tweede serie, tot een bedrag van 100,000, is gestort den 1 Julij 1886. De aangenomen inschrijvingen zijn geweest als volgt 10,000 k 102,75 o/0 of t 1027.50 per ƒ1000 10.275 - 5,000 k 102,5 o/0 1025.— - 5.075 - 10,000 k 102,27 o/o 1022.70 10.227 - 40,000 a 102,25 ®/0 1022 50 - 40.900 - 35,000 a 102,125 o/o 1021.25 - 35.743,75 ƒ102,220,75 koers van inschrijving is alzoo geweest ƒ100,000 De gemiddelde 102,220-/5 102)220 0/o of 022.20 per 1000. 100,000 De derde serie, tot een bedrag van ƒ178,000, is gestort den 1 October 1880. De aangenomen inschrijvingen zijn geweest als volgt 18,000 - 55,000 h - 7,000 a - 66,000 k - 5,000 a - 27,000 a 102,5 o/o of 1025. 102,25 o/0 - 1022.50 102,125°/o - 1021.25 102,— 0/0 - 1020.— 101,75 0/, - 1017.50 101,375o/o - 1013.75 per 1000 ƒ18.450- -56.237.50 - 7.148.75 ■67.320.— - 5.087.50 -27.371.25 178,000. f 181,615.—. De gemiddelde koers van inschrijving is dus geweest 181'615 102,03 o/„ of 1020.30 per 1000. 178.000 Van de leening, in 1884 aangegaan ten behoeve der gasfa- fabriek tot een bedrag van ƒ172,000, zal met 1891 nog over blijven een bedrag van 137,000. Ook deze leening is opgenomen in drie seriën. De eerste serie, tot een bedrag van ƒ66,000, is gestort den 2 Januarij 1885. Alle aangenomen inschrijvingen waren beneden pari. Zij bedroegen gemiddeld 99.76 ®/o of ƒ997,60 per ƒ1000. De tweede serie, tot een bedrag van ƒ81,000, is gestort den 1 October 1885. De aangenomen inschrijvingen zijn geweest als volgt f 1000 a 101,01 Of 1010.10 per 1000 1010,10 7000 a 4000 a 10000 a 5000 a 54000 a 101,005 0/0 101,— »/o 100,91 0/° 100.75 °|o 100.502 1010,05 1010,- 1009,10 1007,50 1005,02 - 7070,35 - 4040,— -10091,— - 5037,50 -54271,08 81,000. 81520,03 De gemiddelde koers van inschrijving is alzoo geweest 81520-03 100 642 0/0 of 1006,42 per ƒ1000. 81.000 De derde serie, tot een bedrag van ƒ25,000, is gestort den 3 Januarij 1887. De aangenomen inschrijvingen waren als volgt

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1890 | | pagina 33