n n B n w t n n 2 Bijlag tot hot verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1890. vorderen. Men mag toch aannemen, dat het voor iemand die min der dan 450 in het jaar dat is nog geen 9 per week in komen genietbezwaarlijk is belasting te betalen, althans wan neer hij voor een gezin te zorgen heeft. Wij rekenen dat met afschaffing van de thans bestaande le en 2e klasse ongeveer 1000 personen van het kohier zullen verdwijnen, doch de opbrengst met slechts ƒ1400 a 1500 zal verminderen zoodat er uit het oogpunt van het finantiëel be lang der gemeente wel geen bezwaar zal bestaan tegen het stellen van 450 als minimum-cijfer van belastbaarheid. Een derde bemerking betreft den aftrek zoo als die bij art. 6 der verordening is geregeld in verband met de klassificatie. Bij gemeld artikel is bepaalddat de aftrek in de eerste 4 klassen zal bedragen ƒ350, in de volgende 3 klassen ƒ300, in de daarop volgende 3 klassen ƒ200 en voor de volgende 2 klassen 100, zoodat de aftrek eindigt met de 12e klasse. In verband met de klassificatie heeft deze bepaling het gevolg dat bij eene heffing van 4,3 °/o de volgende bedragen aan be lasting moeten worden betaald. Gemiddeld Bedrag der Bedrag per f 100 inkomen. belasting. het gem. inkom le klasse 375 f 1.074 f 0.287 2e 425 3.221 0.76 3e 475 5.371 1.13 4e 550 8.60 1.56 5e 650 15.05 2.31 Ge 775 20.421 2.64 7e 925 26.87) 2.90 8e 1100 38.70 3.52 9e 1350 49,45 3.66 10e 1750 66.65 3.80 He 2250 92.45 4.11 12e 2750 113.95 4.14 13e 3500 150.50 4.30 Uü deze opgaven blijkt, dat van een gering inkomen nog al een vrij belangrijk bedrag aan belasting moet worden betaald o. a. van een inkomen van ƒ500—ƒ600, ƒ8.60 en van een inkomen van ƒ10001200, 38.70. Doch tevens blijkt daar uit, dat de percentsgewijze heffing zeer onregelmatig opklimt. Het verschil tusschen de opvolgende klassen is als volgt tusschen de le en 2e klasse 0,473 2e i» 3e ft 0,37 ft 3e 4e It 0,43 4e a 5e It 0,75 5e 6e a 0,33 Ge a 7e a 0,26 tt 7e a 8e rt 0,62 8e 9e a 0,14 It T) 9e 10e a 0,14 a 10e a 11e 0,31 11e D 12e a 0,03 a 12e a 13e it 0,16 Verder valt nog op te merken, dat tengevolge van de bestaande wijze van aftrek van een gemiddeld inkomen van 375 wordt betaald 1,074 cn van een gemiddeld inkomen van 425, 3.221. Bij een zoo gering inkomen wordt dus het verschil van 50 bezwaard met ƒ2.15 of meer dan 4 °,'o. In de 3e klasse, waarvan het midden cijfer is 475, wordt betaald 5,37iHier in vergelijking met de 2e klasse weder een verschil van 50 maar dit meerdere bedrag wordt ook getroffen met eene hoogere belasting van ƒ2.15. Waar echter de draagkracht iets grooter is, diende deze ƒ50 in evenredigheid ook zwaarder te zijn be last dan de ƒ50 meerdere inkomsten der 2e klasse. Terwijl men de bedoeling heeft gehad om in de eerste 12 klassen een geleidelijken aftrek toe te staan, werkt deze zoo als uit de opgegeven voorbeelden blijktvoor sommige dier klassen bij onderlinge vergelijking zuiver proportioneel. Dit nu schijnt minder rationeel te zijn. Een vierde punt, dat hier nog ter sprake dient te worden ge bracht betreft art. 4 der verordening, waarbij aftrek is toege staan wanneer een belastingschuldige is bezwaard met de ver zorging van meer dan drie nog minderjarige kinderen. Men kan aannemen dat de kinderen van hen, die niet meer dan 2000 inkomen hebben en het getal dier belastingschul digen is 3581 van de 4137 reeds lang vóór litinne meerder jarigheid niet meer, althans niet ten volle, ten laste hunner ouders zijnal wonen zij ook dan nog bij deze in. Ook rijst de vraagwaarom wel aftrek wordt toegestaan bij meer dan drie minderjarige kinderen en dan alleen voor die meerdere en niet voor ieder kind dat nog bij zijne ouders in woont of ten hunnen laste is. Van tweeën éénóf deze aftrek moet worden uitgebreid óf hij moet geheel vervallen. Wij zullen u voorstellen, het laatste te doen doch daaren tegen zullen we u een tabel voor de klassificatie ter vaststel ling aanbieden, waarbij een inkomen beneden ƒ1900 wordt ontlast en de belastbaarheid eerst aanvangt bij een inkomen van ƒ450, in plaats van, zoo als nu, met ƒ351. Van de 4137 aangeslagenen zijn er 777 die van den aftrek profiteeren. Omstreeks 620 hunner hebben een inkomen van beneden ƒ1400, en al deze personen zullen bij vaststelling der nieuwe tabel nog voordeel genieten ook al wordt de aftrek wegens kinderen afgeschaft. Voorts vallen 262 van de 620 in de le en 2e klasse der tegenwoordige tabel, die bij aanneming onzer voorstellen voor het meerendeel geheel buiten de heffing zullen vallen. Intrekking van dezen aftrek zal dus aan 157 personen die thans in de 10e klasse en hooger zijn gerangschikt eenig na deel berokkenen doch waar de meeste dezer belastingschuldi gen voor hunne kinderen profiteeren van de gemeentelijke in richtingen voor uitgebreid lager en middelbaar onderwijs, waar voor een zeer malig schoolgeld wordt geheven, zoo kan het met het oog op die enkele van de 4137 aangeslagenen nog een te minder overwegend bezwaar zijn om den aftrek wegens kindie ren te doen vervallenook niet wanneer zoo als zal blyken eene geringe verhooging van het cijfer van heffing het gevolg zal zijn van het aannemen onzer voorstellen. Wij laten hier volgen eene opgave van het getal belasting schuldigen in iedere klasse dat aftrek wegens kinderen geniet en van het totaal bedrag, dat deswege van het belastbaar inko men wordt afgetrokken. Klasse. Getal. Bedrag van den at le 175 f 440.— 2e 87 655.25 3e 62 893.75 4e 82 1800.— 5e 60 2152.50 6e 53 2872.50 7e 47 3125. 8e 35 3915. 9e 34 4.485. 10e 35. 6122.50 He 35 8062.50 12e 16 6489.50 13e 19 7700.- 14e 5 2250.- 15e 7 4125.— 16e 6 6175.- 17e 2 2250.— 18e 1 850.— 19e 4 2850.— 20e 2 4950.— 21e 2 1950.- 22e 1 750.- 24e 1 1900.— 25e 1 1050.- 27e 1 1250.- 28e 2 4050.- 34c 1 5850. 50e 1 35875.— Totaal 777 124838.50 Bijlage lot hot verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1890. 3 Uit deze opgave blijktdat zoo als wij reeds opmerkten van de 4137 aangeslagenen slechts 777 van den aftrek profi teeren en deswege aan inkomen wordt afgetrokken 124,838,50. Het inkomen waarover volgens het primitief kohier voor 1890 de belasting is berekendbedraagt 4,324,545.20waarvan het afgetrokken bedrag slechts uitmaakt 3' gedeelte. Naar aanleiding van vorenstaande opmerkingen en beschou wingen hebben wij, zonder overigens aan het stelsel van hef fing te raken eene klassen-verdeeling ontworpen die wij hier laten volgen en die tevens een overzicht geeft van de vermoe delijke uitkomstenindien onze voorstellen door u worden aan genomen. De eerste kolom geeft aan de klassenverdeelingde tweede het middencijfer van iedere klasse de derde den percentsge- wijzen aftrekde vierde het bedrag van den aftrek de vijfde het cijfer waarover de belasting zal worden berekend; de zesde het vermoedelijk getal aangeslagenen waarbij rekening is ge houden met het getal aangeslagenen thans in iedere klasse van de bestaande tabel voorkomende terwijl de laatste kolom het vermoedelijk belastbaar inkomen van iedere klasse aanwijst. le 2e. 3e. 4e 5e. 6e. le van f 450 tot beneden f 500 475 85 pet. 403.75 71.25 600 2e a 500 g a 550 525 80 4ï0. - 105.— 230 3e a 550 a 000 575 74 425 50 149.50 230 4e 600 a 700 650 68 442.- 208.— 300 5e 700 rt a 800 750 62 tt 465.— 285 200 6e 800 rt a 900 850 56 476.— 374.— 200 7e 900 a a 1000 950 50 a 475.— 475.- 150 8e a 1000 tt 1200 1100 44 a 484.— 616. 170 9e a IkOO a a 1400 1300 38 494.— 806. 150 10e 1400 a 1600 1500 3 J 480.— 1020. - 100 lie it 1600 a a 1900 1750 X6 455 1295.— 100 12e n 1900 a a 2200 2050 20 410.— 1640.— 80 13e a 2200 a a 2500 2350 14 329.— 2021.— 70 14e a 2500 a a 2800 2650 8 212 2438.- 60 15e a 2800 a a 8200 31)1111 4 120.- 2880.- 55 16e a 3203 a a 8600 3400 3400.— 55 17e a 3600 it n 4000 3800 3800.— 50 18e a 4000 a a 4500 4250 4250 25 19e n 4500 a a 5000 4750 4750.— 25 20e a 5000 a 5u00 5250 5250.— 20 21e a 5500 a D 6000 5750 5750.— 20 22e a 6000 a a 6750 6375 6375.— 20 23e a 6750 a a 7500 7125 7125.— 18 24e a 7500 a a 8250 7875 7875.— 17 25e a 8250 a 11 9000 8625 8625.— 16 26e ft 9000 17 a 10000 9500 9500.— 15 27e 10000 11000 10500 10500.— 10 28e a 11000 tt a 12000 11500 11500.- 9 29e 12000 a ft 13000 12500 12500. 3 30e n 13ÜOO it 14000 13500 13500.— 3 31e 71 14000 it V 15000 14500 14500— 3 32e It 15000 16000 15500 15500.— 3 83e a 16000 a a 17000 16500 16500.— 2 34e 17000 a 18000 17500 17500.— 1 35e 18000 ft a 19000 18500 18500.— 2 S6e a 19000 it tt 2000 J 19500 19500.— 2 37e 20000 22000 21000 21000.— 2 38e 22000 it n 24000 23000 23000.— 4 39e a 24000 it 26000 25000 25000.— 1 40e a 26000 it tt 28000 27000 27000.— 3 41e a 28000 a 30000 29000 29000.— 3 44c it 34000 a tt 36000 35000 35000.— 2 45e a 36000 n a 38000 37000 37000.— 2 46c 38000 a ft 40000 39000 39000.— 2 57e 73000 a it 77000 75000 75000.— 1 72e a 141000 rt tt 146000 143500 143500 1 7e. 42,700 24,150 34,385 62,400 71,250 74,800 71,250 104,720 120,900 102,000 129,500 131,200 141,470 146,280 158,400 187,000 190,000 106,250 118,750 105,000 115,000 127,500 128,250 133,875 138,000 142,500 105,000 103,500 37,500 40,500 4ó,500 4G,500 33,000 17,500 37,000 39,000 42,000 92,000 25,000 81,000 87,000 70,000 74,000 78,000 75,000 143,500 Totaal 4,178,030 Daar het belastbaar inkomen volgens het primitief kohier voor 1890 bedraagt ƒ4,324,545.20, zou bij toepassing van deze tabel en met afschaffing van den aftrek wegens kinderen het belastbaar inkomen verminderen met 146,515 20 terwijl bij eene heffing van 4,45 °/o aan belasting een bedrag zou wor den verkregen van ƒ185,922.331 en dus nagenoeg gelijk aan dat van gemeld primitief kohier, bedragende ƒ185,955.351. Wij merken opdat uit vorenstaande tabel onze bedoeling blijktom den aftrek volgens art. 6 der verordening te doen eindigen bij een inkomen van 2800 3200thans eindigt die bij een inkomen van 2501 ƒ3000; daarin wordt dus weinig verandering gebracht. Ook volgt uit die tabel, dat wij bij een inkomen boven ƒ20,000 de bestaande klassificatie wenschen te behouden. De wijziging, welke de toepassing van vorenstaande tabel in de aanslagen zou brengenblijkt uit de volgende opgavedie wij tot een inkomen van 10,000 hier laten volgen. Wij stel len hierbij het heffingscijfer op 4,5 °/o«

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1890 | | pagina 42