Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1891.
Bijlage no. 3.
ONTWERP VERORDENING tot vast-
stelling van het getal en de jaar
wedden der leeraren enz. aan
het gymnasium.
LEEUWARDEN, den 10 Februari 1891.
Mijne Heeren
Naar aanleiding van een brief van'H.H. Curatoren van het
gymnasium van 6 Juli van het vorig jaar is door ons college
eene herziening ontworpen van het besluitregelende het ge
tal en de bezoldiging van de leeraren enz. aan liet gymnasium.
(Gemeenteblad no. 16 van 1883).
De noodzakelijkheid der herziening is gelegen in de omstan
digheid dat het getal vaste leeraren met één is vermeerderd
door de aanstelling van den heer E. T. Kuiper.
Bovendien wordt die herziening wenschelijk geacht met het
oog op de mogelijkheid var. meerdere uitbreiding van het per
soneel door het toenemend getal leerlingen van het gymnasium.
Eene verbetering van de regeling der jaarwedden komt ons
mede raadzaam voor. De onderlinge verhouding der jaarwed
den is gebrekkig.
Nader wordt dit een en ander aangetoond in genoemd schrij
ven van heeren curatoren waarnaar wij de vrijheid nemen
te verwijzen
De aanvankelijk door ons college op grond van vorenstaande
overwegingen ontworpen verordeningwerd om bericht gesteld
in handen van curatorendie ons met hunne bezwaren in ken
nis stelden bij missive van 6 December 1890, hierbij over
gelegd.
De bepalingen der verordeningwelke voor deze aangelegen
heid te Amsterdam bestaat en in hoofdzaak door ons college
waren gevolgdschenen naar het oordeel van heeren curatoren-
minder doelmatig voor Leeuwarden.
Een tweede ontwerp door ons college aan heeren curatoren
gezonden ontmoette op nieuw bezwarenneörgelegd in het
schrijven van 23 Januari j.l.
Eindelijk is door ons het ontwerp vastgesteldzooals het
thans luidtwaarin rekening gehouden is met den bestaanden
toestand en waarin de verlangde verbeteringen zijn aangebracht.
Tot toelichting daarvan wordt de gevoerde correspondentie
met heeren curatoren ter lecture aanbevolen.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
P. LYCKLAMA a NIJEHOLT, Burgemeester.
P. A. BERGSMA Secretaris.
ONTWERP-VERORDENING tot vast
stelling van liet getal en de jaar
wedden der leeraren enz aan
het gymnasium te Leeuwarden
Art. 1.
Aan het gymnasium zijn verbonden
a. een rector met eene jaarwedde van 3500
b. zeven of acht leeraren bij voorkeur doctoren in de lette
renelk met eene jaarwedde van 2000 tot ƒ2500.
Aan eén dezer leeraren wordt het ambt van conrector opge
dragen waaraan eene jaarwedde is verbonden van ƒ300.
De sub a en b genoemde leeraren zijn belast met het onder
wijs in de oude talen en letterkundede Nederlandsche taal
en letterkundede geschiedenis en de aardrijkskunde
c. een leeraar in de Hebreeuwsche taal met eene jaarwedde
van 100 voor ieder uur, dat hij per week gedurende den ge-
heelen cursus feitelijk onderwijs geeft
d. twee of drie leeraren voor het onderwijs in de wis-
natuur- en scheikunde en de natuurlijke historie elk met eene
jaarwedde van ƒ2000 tot ƒ2500
e. twee of drie leeraren voor het onderwijs in de Fransche,
Duitsche en Engelsche talen waarvoor beschikbaar wordt ge
steld een bedrag van ten hoogste ƒ5000;
een leeraar in de gymnastiek met eene jaarwedde van
300 en
g. een concierge belast met de zorg voor het gebouw met
eene jaarwedde van ƒ500 en het genot van vrije woning of
eene jaarlijksche vergoeding van ƒ100, ter keuze van het ge
meentebestuur.
Art. 2.
De leeraren worden op het laagste bedrag der jaarwedden
aangesteld.
Na verloop van vijf dienstjaren aan het gymnasium alhier
kan de gemeenteraadop voordracht van curatoren of deze ge
hoord de jaarwedden der leerarensub b en d in art. 1 ge
noemd, van 2000 brengen op 2200, na verloop van tien
dienstjaren op 2500.
Art. 3.
Behalve de bovengenoemde vaste leeraren kunnen door den
raad op voorstel van curatoren tijdelijke leeraren voor één cur
sus worden aangesteld waarvan de bezoldiging alsdan wordt
berekend naar 100 per feitelijk lesuur per weekvoor zoover
hunne bezoldiging niet op andere wijze is geregeld.
Art. 4.
Zijdie thans eene hoogere bezoldiging hebbendan in deze
verordening is bepaaldbehouden die.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking den 1 September 1891
met welk tijdstip vervalt het besluit van 23 Augustus 1883
(gemeenteblad no. 16 van 1883) regelende het getal en de be
zoldiging van de leeraren enz. aan het gymnasium.
I
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.