al te veel moeite schijnt te kosten zichtot het voldoen aan eene natuurlijke behoefteaan wal te begeven zoodat het aangeprezen middel toch niet zou baten. Bij de moeielijke con trole voorts op het verontreinigen der openbare wateren zouden zelfs strenge straffen er niet toe leiden der schipperij hare slechte gewoonte af te leeren. De vraag was tevens waar de verlangde onoogelijke inrich tingen zouden zijn te plaatsen. Wat het tweede punt betreftwerd erkenddat beter toe zicht op de reinheid der waterplaatsen waarvan een voldoend getal in de stad aanwezig is, noodig was. In de 3e sectie werd het getal dezer inrichtingen zelfs te veel gevonden. Men had hierbij op het oog de Muggesteeg, aan wier beide uiteinden een is geplaatst. Die aan de zijde van de Kleine Hoogstraatvoor het overige vrij beperktkon naar men meendegerust worden opgeruimd. Daardoor zou tevens worden weggenomen de geenszins onbillijke klachtdie de bewoner van het hoekhuis deswege onlangs ter kennis van den raad bracht. Volgno. 108. Onderhoud van torens. In de 2e sectie werd de aandacht gevestigd op den post van 75.— dieblijkens de memorie van toelichtingals jaar wedde van den klokluider onder dit volgno. is opgenomen doch op vroegere begrootingen hier niet voorkwam. Door den voorzitter werd geantwoorddat de opmerking slechts gedeeltelijk juist was. Wel was de post in vroegere jaren onder hoofdstuk Iafd. Iart. 7gebrachtdoch reeds op de begrooting voor 1893 werd hij van dat hoofdstuk onder dit volgno. overgebracht. Intusschen bleek dat de jaarwedde van den vroegeren klok luider ƒ75.— bedroeg, doch de tegenwoordige titularis slechts 50.— geniet, zoodat het eindcijfer van dit volgno. met 25.— moet worden verminderd. Volgno. 111. Kosten der straatverlichting. Op eene vrij algemeen gedeelde klacht van een fid der 2e sectie over de lichtsterkte van het gaswerd door den voor zitter geantwoord, dat in behandeling is het plan tot aanbouw van een nieuw laboratorium in de gasfabriek waardoor in de zaak zal worden voorzien. De lichtsterkte wordt door een des kundige voortdurend onderzocht. In de 3e sectie werd genoegen betuigd over de vóór en na op onderscheidene plaatsen aangebrachte verbetering in de ver lichting, vooral ook door lantaarns met sugg-branders. Toch liet de verlichting hier en daar nog te wenschen overzooals in het Ruiterskwartierbij de voormalige veemarktwaar wei nig of geen winkels zijn en dus van uit de huizen ook geen licht op de straat uitstraalt. Gelijk de voorzitter mededeeldehad het punt ook de aan dacht van het dagelijksch bestuur getrokken en kon men eer lang de plaatsing van een lantaarn met sugg-brander bij de Oude Lombardsleeg tegemoet zien. Rapporteurs wijzen er op, dat dit een dezer dagen is geschied. Volgno. 118. Jaarwedde van den beursmeester. Daar het voorstel van burgemeester en wethouders tot ver- liooging van deze jaarwedde is verworpen moet het cijfer van ƒ300.— tot 200.— worden teruggebracht. Volgno. 124. Aankoop van grondstoffen voor de gasfabriek. In de le sectie werd geoordeeld, dat de prijs der steenkool te hoog was geraamd. Vergeleken bij dien van de laatst ge houden aanbesteding was zij 6 cent per H.L. hooger gesteld. Door den voorzitter werd hiertegen aangevoerddat de hoo- gere raming meer het gevolg was van de duurte der Cannel- kool en bij de raming ook was gerekend op de nog altoos voortdurende werkstakingen met het oog waarop eene speling van 9 pet. niet te hoog moest worden geacht. Rapporteurs kunnen zich met deze gronden van verhooging niet vereenigen. Wat de Gannel-kool betreft, doen zij opmerken, dat deze steenkoolsoortdie het vermogen heeft in betrekkelijk weinig tijd gas te kunnen voortbrengen in vroegere jarentoen erL niet genoeg gelegenheid tot gasberging was hoofdzakelijk, zool niet uitsluitend werd gebruikt om op dagen van buitengewoon groot gasverbruik spoedig in de behoefte te kunnen voorzien. De bedoelde gelegenheid is echter thans sedert lang in ruiine mate aanwezigzoodat de Gannel-koolalthans tot het vroe gere doeleindeniet meer noodig is. Bovendien heeft deze koolsoort nog eene schaduwzijdezij levert n.l. geen bruikbare cokes. Het motief der werkstakingen kan volgens rapporteurs al heel weinig of liever geen gewicht in de schaal leggen. Stuud men spoedig voor de aanbesteding der steenkolenhet ware wat anders. Er zal echter nog wel meer dan een halfjaar ver- loopeneer het tijdstip der aanbesteding daar is en er is alle grond te verwachten dat het kwaad der werkstakingen dan wel geheel zal zijn verdwenen. Op deze gronden stellen rapporteurs voorden onderwerpe- lijken post te verminderen met 6000.—, als het product eener verlaging van 100,000 H.L. met 6 cent per H.L. Volgno. 125. Bezoldiging van het personeel der gasfabriek. In de 2e en in de 3e sectie werd verklaard, dat men bezwaar zou moeten maken tegen de verhooging van de jaarwedde van den directeur, indien deze, gelijk het in de memorie van toe lichting luidtmoest geschieden „hooldzakelijk uit overweging, I dat deze ambtenaar, wiens patenl-aanslag door de gemeente wordt betaald, het volgend jaar bij afschaffing dier belasting een evenredig bedrag in de bedrijfsbelasting uit eigenJ'ondsen zal moeten bijdragen." Men achtte eene verhooging op dezen grond een zeer verkeerd antecedent. Al de andere gemeente- ambtenaren, voor zoover deze in de bedrijfsbelasting zullen worden aangeslagen, zouden dan met evenveel grond eene ge lijke aanspraak kunnen doen gelden. De voorzitters der sectiën antwoordden, dat het motief voor de verhooging minder juist was opgegeven. Burgemeester en wethouders wenschen de jaarwedden van de drie „eerste" amb tenaren der gasfabriek (den directeurden boekhouder en den opzichter) binnen de perken der betrekkelijke verordening voor ieder met f 1UÜ te zien verhoogd, alléén met het oog op dienst ijver en langdurigen diensttijd. Volgno. 126. Onderhoud van gebouwen en lasten der gas fabriek. Door het vervallen der patentwet op 1 Mei 1894, kan deze post met 366, het bedrag der door de gemeente voor den di recteur steeds betaalde patentbelasting (zie volgno. 125), wor den verminderd. Volgno. 145. Kanaal stadsgracht—Tijnje. Rapporteurs veroorloven zich, tol burgemeester en wethou ders de vraag te richtenof eerlang altfians in het begin van 1894, de aanbesteding van dit werk kan worden tegemoet ge- I zien. Volgno. 150a. Onderhoud van huizen en andere aan de ge meente behoorende gebouwen. In de le en in de 3e sectie werd er op gewezen, dat dc kosten van onderhoud van onderscheidene eigendommen niet in evenredigheid stonden tot de huuropbrengst. Voor zoover het bouwvallige woningen betrof, zou het, volgens onderscheidene leden, alleszins overweging verdienen, die te doen afbreken andere panden waarop de opmerking van toepassing was, zou den dienen te worden verkocht. Met name werden hierbij ge noemd de huizen in de Bagijncstraat in de Groote Hoogstraat en in de Kruisstraat. Ook de aan den Singel en den Groninger Straatweg gelegen „Linnenbleekerij" werd genoemd. Dit land c.a. werd jaren ge leden door de gemeente aangekocht met het doel, daar ter plaatse een nieuw ziekenhuis op te richten. Nu om meer dan één reden hiervan niets is gekomen en dit land zeer zeker ook verder niet voor dit doel zal moeten worden behouden, meende men, dat gerust tot verkoop kan worden overgegaan. Rapporteurs vereenigen zich geheel met het uitgedrukte twee Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1893. ledige verlangen en stellen voor, burgemeester en wethouders uit te noodigen, een nauwkeurig onderzoek in te stellen r aar de eigendommen, die, hetzij afgebroken, hetzij verkocht kunnen worden, en den uitslag daarvan den raad mede te deelen vergezeld, casu quo, van de noodige voorstellen. Onderhoud van de gebouwen in den Stads- of Volgno. 1505. Prinsentuin. In de 2e en in de 3e sectie werd groot bezwaar gemaakt tegen den post van 475.voor vernieuwing van de toegangs deuren in het Tournooiveld. Herinnerd werd aan de verwer ping van denzelfden post ten vorigen jare na uitvoerig debat. Oordeelden burgemeester en wethouders, dat die vernieuwing, nu een jaar later inderdaad niet langer kon worden uitgesteld, zij hadden dit althans in de memorie van toelichting dienen te vermelden. Met geen enkel woord wordt nochtans de post toe gelicht. In de 3e sectie werd bovendien betoogd dat de nood zakelijkheid der vernieuwing ook nu nog niet bestond. Rap porteurs vereenigen zich geheel met het gemaakte bezwaar en stellen daarom voor, den post te verminderen met f 475.—. Volgno. 188. Jaarwedden der onderwijzers. In de 2e sectie werd door een lid de wensch uitgesproken van milde toepassing door burgemeester en wethouders van de facultatieve bepaling in de verordening, Gemeenteblad no. 15 van 1892, tot verhooging der onderwijzers-jaarweddenopdat niet üe beste krachten naar elders worden getrokken, 't geen natuurlijk zeer ten nadeele van het onderwijs te Leeuwarden i f 5UUO.— worden verhoogd, zou zijn. De voorzitter hoopte, tot het bevredigen van genoemden wensch mede te werken. Rapporteurs wenschen een ronde som te nemen en stellen mitsdien voor, de ontvangst op ƒ15,000.— uit te trekken, zoodat de post met 1000.— kan worden verhoogd. Volgno. 35. Opbrengst der exploitatie van de gasfabriek. Gelijk de ondervinding heeft doen zien, werd bijna ieder jaar uit de exploitatie meer, dikwijls zelfs belangrijk meer verkregen dan de raming bedroeg. Zonder nu iets te willen afdingen op dc in de memorie van toelichting voorkomende berekening der ontvangsten op dit middelzijn rapporteurs van gevoelen, dat, met het oog op de vermeerdering van het gasverbruik in de laatste vijf jaren (in 1888 bij een gasprijs van 7 cent l\°/o\ in 1889 bij 6 cent o\?6 in 1890 bij 6 cent in het eerste halljaar en bij 7 cent in het tweede halfjaar 9\°/o\ in 1891 bij 7 cent 1.39é; en in 1892 bij 7 cent p. m. 4°/o), thans, nu de prijs van 7 op 6 cent is teruggebrachtongetwijfeld op eene niet onbelangrijke vermeerdering van het gasverbruik mag worden gerekend. Voor 1894 is het gasverbruik bij een gasprijs van 7 cent per stère door de commissie voor de gemeentelijke gasfabriek geraamd op 1,593.500 stère. Neemt men nu voor de ver meerdering van het verbruik, als gevolg van de verlaging van den gasprijs, slechts b°/odan zou dit geven eene meerdere opbrengst van omstreeks ƒ6400.terwijl burgemeester en wethouders hiervoor slechts 1045.hebben gesteld. De opbrengst kan dus, naar de commissie voorkomt, gerust met Volgno. 193. Kosten van het instandhouden van schoolloka len en onderwijzerswoningen. Door een lid van de le sectie werd gewezen op het gevaar van omvallen, waaraan het hek bij de gemeenteschool no. 11 blootstaat, door de bij het omgelegen terrein gehouden wordende militaire oefeningen (pionieren.) Volgno. 210. Toelage ten behoeve der dienstdoende schutterij Door een paar leden van de le sectie werden bedenkingen gemaakt tegen de thans gevolgd wordende wijze van aanbeste ding der benoodigdheden voor de uniformen der schutters. Zij Volgno. 5. Plaatselijke directe belasting naar het belastbaar inkomen. Volgno. 20. Opbrengst van straatgelden. Daar deze twee volgnummers (sluitposten) in het nauwste verband met elkander staan, hebben rapporteurs ze samengevat. Rapporteurs behoeven zeker met uiteen te zetten datwat volgno. 20 betreftalles afhangt van het besluitdat de raad daaromtrent zal nemen. Mocht het voorstel tol invoering van een straatgeld worden verworpen dan oordeelen rapporteurs dat het tekortdat intusschen bij goedkeuring van de voorge stelde verminderingen Dp de uitgaven en van de voorgedragen vermeerderingen op de inkomsten niet onbelangrijk zal worden verminderdzal belmoren te worden gevonden door verhooging van den hoofdelijken omslag. Zij geven hieraan verre de voor zouden die benoodigdheden niet in afzonderlijke onderdeelen j^ur boven verhooging van het getal opcenten op de personeele maar lieve* in haar geheel wenschen te zien aanbesteed. Volgno. 226. Pensioenen. In de le sectie werd gevraagd, of bij de vaststelling van dezen post geen rekening moest worden gehouden met de on- langs ingevoerde regeling der pensioneering van gemeenteamb- I tenaren en bedienden. Door den voorzitter werd geantwoord dat hiervoor thans bezwaarlijk reeds een bedrag was te ramen. Casu quo zouden de benoodigde sommen uit hoofdstuk XI, On voorziene uitgavenkunnen worden gevonden. Daar het artikel echter niet in genoemd hoofdstuk is opge nomen, stellen rapporteurs voor, in dat hoofdstuk (volgno. 232) vóór 2 en 3 van hoofdstuk VIII nog te stellen „1". INKOMSTEN. Volgno. 18. Opbrengst van schoolgeldend. Scholen voor lager onderwijs. Volgens de memorie van toelichting is bij de raming de op brengst van 1892 tot grondslag genomen. In tic le sectie werd, naar aanleiding hiervan, de opmerking gemaakt, dat met 1 Juli 1892 in werking is gelreden de ver hooging van schoolgelden voor de gemeentescholen nos. 2, 3 en 4. De opbrengst over 1892 was daarom geenszins een juiste maatstaf. Rapporteurs hebben dientengevolge inlichtingen ingewonnen. Daaruit is hun gebleken, dat, indien tot grondslag worden ge nomen de thans bekende bedragen van de vastgestelde school- geldlijsten over het loopende jaar en daarvan wordt afgetrok ken het gemiddeld bedrag der over de laatste jaren veileei.de ontheffingen en oninbaar verklaarde posten, voor dit onderwerp kan worden gerekend op eene ontvangst van ƒ15,060.— belasting, omdat de hoofdelijke omslag wordt geheven tot een maximum en de raad dus in het volgend jaar, indien de finan- cieele toestand der gemeente het gedoogtterstond in de ge legenheid zal zijnde percentage te verminderen. Met de op centen op de personeele belasting zou dit echter niet zoo ge makkelijk kunnen geschiedendaar de heffing daarvangelijk men weetdoor de Hooge regeering slechts tot een fixum wordt goedgekeurd. Ook bij de bespreking van dit punt in de 2e sectie ver klaarde de meerderheid zich in denzelfden zin. Rapporteurs stellen daarom voor, bij verwerping van het voor stel tot invoering van een straatgeldden hoofdelijken omslag te verhoogen. Met welk bedrag dit noodig zou zijn hangt af van 's raads beslissingen omtrent de door rapporteurs voorgestelde vermin deringen der uitgaven en verhoogingen der ontvangsten. Worden de daartoe gedane voorstellen aangenomen, dan zul len worden verminderd de volgende posten van uitgaaf: Volgno. 108 met 118 „....- 124 12C 1504 25.- 100.— 0000.— 366. 475.— en de volgende posten van ontvang worden verhoogd: Volgno. 18 motf 1000. 35 - 5000.— f 6966 f 6000.- f 12966.- of om eene ronde som te nemen f 13000.-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1893 | | pagina 122