tg
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1893.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1893.
13
BEGROOTING 1894.
H
VOORGEDRAGEN
SOMMEN.
SOMMEN
voor 1893
GERAAMD.
TOELICHTINGEN.
INKOMSTEN.
I N KOMST E N.
Hiervan de helft als bijdrage ad ƒ11795 is op Ie be
60
y
I
2
11000
grooting uitgetrokken.
49
IV
15
25507
37
25507
37
Krachtens het bepaalde bij art. 5 der Wet van 8 Decembei
1889 (Staatsblad No. 175) is op dezen begrootingspost een
gelijk bedrag uitgetrokken als het vorige jaar.
50
55
16
6
-
6
-
Gelijk geraamd als het vorige jaar.
51
n
17
160
160
De ontvangsten over 1892 bedroegen 163.50. In verbam
61
>5
II
1
Memorie.
Memorie.
daarmede is de raming gelijk als het vorige jaar.
62
5?
n
2
100
-
100
63
55
5?
3
Memorie.
Memorie.
52
n
18
200
100
De opbrengst over 1892 was 192.
Men heeft gemeend met het oog daarop 200.— te kun
nen ramen. Deze som stemt overeen met de uitgaaf ondei
volgno. 220.
53
19
150
150
Op dit artikel hadden in 1892 geene ontvangsten plaats
In het onzekere of dit ook in 1894 het geval zal zijn, ii
het raadzaam voorgekomen een gelijk bedrag als het vorigt
jaar op de begrooting uit te trekken.
De op dit artikel vermelde som stemt overeen met d<
post van uitgaaf op volgno. 221.
54
V
20
100
-
100
-
Geraamd naar de opbrengst over 1892 ad 103.80.
55
n
21
70
300
Op dit artikel werd in 1892 ontvangen 73.22'/!. In vel
band hiermede is 70.— op de begrooting uitgetrokken.
56
n j
22
5000
5000
De voogdij van het Old-Burger Weeshuis alhier heeft ooi
voor 1894 de reeds eenige jaren genoten vrijwillige bijdragi
van ƒ5000.— voor subsidiën aan instellingen van Welda
digheid beschikbaar gesteld.
57
51
23
- 135000
In de veronderstelling dat de voorgenomen, op de begroo
ting uitgetrokken werken betredende het maken van hel
kanaal Grachtswal—Tijnjein 1894 worden uitgevoerd, i;
ook het bedrag der door de Provincie toegezegde subsidie tei
behoeve van die werkenop de begrooting aangebracht.
58
J5
24
Memorie.
Memorie.
Gelijk het vorige jaar voor Memorie gesteld.
59
y
I
1
- 357000
Het nog resteerend bedrag der leening vastgesteld bij raads
besluit van 28 Feb 1893, is op de begrooting uitgetrokkei
tot dekking der uitgaven voor buitengewone werken en aan
koop van vastigheden omschreven bij de artt. 23 en 4 vai
afdeeling IX Hoofdstuk III.
BEGROOTING 1894.
VOORGEDRAGEN
SOMMEN.
SOMMEN
voor 1893
GERAAMD.
TOELICHTINGEN.
Teneinde te voorzien in de buitengewone uitgaven om
schreven onder volgnummers 143 en 147 dezer begrooting is
aanvankelijk het bedrag eener tijdelijke geldopneming onder
de inkomsten opgenomen.
Wij vertrouwen dat in den loop van dit jaar gelegenheid
zal kunnen worden gevonden deze tijdelijke leening van de
begrooting te roijeren.
Allen gelijk het vorige jaar.