4
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1895.
Art. 5.
TOELICHTING.
Hij is belast met de zorg voor den aanleg en het plaatsen
van alle tot de gasverlichting noodige toestellen, die van wege
de gemeente geleverd worden, zoowel voor straatverlichting als
voor de verlichting bij particulieren en ten behoeve van de bij
de gemeente in gebruik zijnde gebouwen.
Zie art. 6 oud.
Art. 6.
Hij mag geene gastoestellen bij particulieren plaatsen of aan
brengen, dan na ontvangst van de aangiftebedoeld bij art. 1
der voorwaarden, waarop het gas door de gemeentelijke gasfa
briek wordt geleverd.
Hij draagt zorgdat daaraan ten spoedigste gevolg worde
gegeven en stelt na de uitvoering den boekhouder de opgaven
ter hand van de toestellen,Mie geplaatst en de werkzaamheden,
die verricht zijn.
Zie art. 7 oud.
Art. 7.
Hij zorgt, dat de stand der gasmeters maandelijks worde op- Het bestuur der geheele fabriek is toevertrouwd aan den
genomen en doet uit de ontvangen opgaven een staat opma- directeurhet geldelijk beheer alleen uitgezonderdalle ge-
ken, die, door hem geverifieerd en geteekend, aan denboekhou- gevens moeten dus door hem op zijne verantwoordelijkheid wor-
der wordt ter hand gesteld ter boekingberekening en invor- den verstrekt. Daarom is deze bepaling hier overgenomen uit
dering. de instructie van den boekhouder. (Zie art. 6 oud dier in
structie).
(Zie mede art. 21, le lid (oud) van de instructie van den
directeur.)
Art. 8.
Indien het onderzoek dier opgaven mocht leiden tot het ver- \s conform 2e lid van art. 21 oud.
moeden, dat hetzij de opname niet juist is geschied hetzij de
aanwijzing van den meter onjuist is, dan zorgt hij, dat dade
lijk een nader onderzoek ingesteld en de noodige verbetering
aangebracht worden.
Art. 9.
Hij is belast met den dagelijkschen verkoop van cokes, teer Dit artikel is eene combinatie van art. 8 oud en de laatste
en verdere nevenproducten, alsmede van die artikelen, die, alinea van art. 9 oud. Ook hier is, in plaats van de goedkeu
voor de fabriek van geen waarde, verkocht kunnen worden. ring van burgemeester en wethouders, de regeling aan de com-
Hij regelt den verkoopsprijs dier artikelen onder goedkeuring missie opgedragen,
van de raadscommissie.
Andere overeenkomsten tot verkoop van de in dit artikel ge
noemde artikelen mogen door hem niet worden aangegaan zon
der machtiging der raadscommissie.
Van de gesloten overeenkomsten doet hij mededeeling aan
den boekhouder, die voor de invordering der gelden zorgt.
Art. 10.
Hij zorgtdat tijdig ten behoeve der fabriek worden aange
kocht alle materialen en werktuigen, welke voor den richtigen
gang der fabriek gevorderd worden.
Hij doet aan de raadscommissie de noodige voorstellen tot
aankoop dier voorwerpen en is verplicht, zorgvuldig te waken,
dat, zoover de levering daarvan is aanbesteed, zij met de voor
waarden van aanbesteding en met de daarvoor gestelde mon
sters overeenkomen.
Hij zorgt, dat de ter levering aangeboden artikelen, die met
de voorwaarden en het monster niet overeenstemmen, niet in
ontvang genomen maar dadelijk van de plaats waar zij zijn
aangevoerd, verwijderd worden.
Art. 11.
Hij zorgtdat de verschillende materialen en werktuigen
na goedgekeurd te zijn terstond op de daarvoor bestemde
plaatsen worden geborgen en dat van alle ontvangen en uitge
geven materialen en werktuigen behoorlijke boeking geschiede
en gaat daartoe, zooveel mogelijk, dagelijks de bergplaatsen na.
Dit artikel is ter vervanging van art. 14 oud.
In de 2e alinea is overleg met de commissie voorgeschreven
en het woord „afschaffing" vervangen door „aankoop."
Zie art. 15 oud.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad to Loeuwardon, 1895.
Art. 12. TOELICHTING.
Hij is bevoegd, kleine benoodigheden ten behoeve der fabriek, Zie art. 11 oud.
waaromtrent hem dit door de raadscommissie wordt toegelaten,
zonder nadere machtiging aan te koopen.
Art. 13.
Hij onderzoekt alle declaration en rekeningen, het beheer Zie art. 12 oud.
der gasfabriek betreffende, en teekent die ten blijke van wei
bevinding voor gezien.
Art. 14.
Voorstellen, betreffende het gewoon onderhoud der gasfabriek Zie art. 16 oud.
en daaraan of in de gasfabricage te brengen verbeteringen,
worden door hem aan de raadscommissie ingediend.
Art. 15.
Hij stelt wekelijks aan den boekhouder eene lijst ter hand van de Zie art. 18 oud.
door de bedienden en werklieden der fabriek over de afgeloo-
pen week verdiende arbeidsloonen, ter uitbetaling.
Art. 16.
Hij ziet nauwkeurig toe op de straatverlichting, zorgt, dat Zie art. 19 oud.
alle daartoe betrekkelijke toestellen in behoorlijken staat ge
houden worden en de lichten overeenkomstig den daarvoor
door ol van wege burgemeester en wethouders aan hem verstrek
ten lastop de daarvoor gestelde uren worden ontstoken en
gebluscht.
Art. 17.
Hij is gehouden, van tijd tot tijd de leidingen en meters bij 2ie art. 20 oud.
particulieren of ten dienste der gemeente in gebruik, te onder
zoeken, ten einde zich te overtuigen, of alles in orde is.
Art. 18.
Ieder jaarop den laatsten werkdag der maand December,
maakt de directeur een inventaris op van alles,'wat zich in de
gasfabriek, in gemeentegebouwen of bij particulieren als eigen
dom der gemeente bevindtingericht volgens het hem door
burgemeester en wethouders te verstrekken model.
Hij vergelijkt dezen inventaiis met de magazijnboekendoor
den boekhouder gehouden en stelt hem geteekend en met zijne
opmerkingen voorzien den boekhouder ter hand, om bij de re
kening te worden overgelegd.
Zie art. 22 oud.
De wijziging, in de 2e alinea aangebracht, stemt beterover-
een met de geheele volgorde van behandelinghet afzonder
lijk inzenden van den inventaris aan burgemeester en wethou
ders is niet doelmatig.
Art. 19.
Hij maakt jaarlijks in de maand Juni eene begrooting op e ar{ ou(j
voor het eerstvolgende dienstjaar en zendt deze met eene me- j)e jnzending aan de raadscommissie is conform de voorge-
morie van toelichting aan de raadscommissie in. steide njeuwe regeling.
Art. 20.
Hij voegt bij de van den boekhouder ontvangen rekening
eene verantwoording en zendt die met de rekening en een ver
slag over den toestand en de werking der fabriek over hetaf-
geloopen dienstjaar vóór 15 Maart aan de raadscommissie in.
Art. 21.
Dit artikel stemt overeen met de concept-instructie voorden
boekhoudermede is hier het indienen van een verslag ver
plichtend gesteld. De datum van inzending is ook hier een 14
dagen later gesteld.
De directeur regelt de werkzaamheden van den opzichter en zie art. 25 oud.
van alle bij de fabriek dienstdoende vaste en tijdelijke bedien
den en werklieden.
Hij ziet toe, dat allen hunne verplichtingen getrouw na
komen.