Bijlage No. 4.
4
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1895.
den van werkvooral ook in bouw- en aanverwante vakken
vermindert en de werkloosheid nog grooter en algemeener
wordt, of dat door den te duur betaalden arbeid de dagelijksche
levensproducten in prijs stijgen zoodat dan menig werkman
ondanks hooger uurloon over een geheel jaar gerekend nog
in mindere althans in geen betere conditie zou zijn gebracht
dan vroeger.
Het zal uwe vergadering uit het voorafgaande zijn gebleken,
dal wij van de door adressanten gevraagde maatregelen wei
nig vrucht voor de werklieden in deze gemeente verwachten
maar tevens, dat wij togen die maatregelen in beginsel, en voor
zoover werkelijk uitvoerbaar, geen bezwaar hebben.
Wij meenen u echter in overweging te moeten geven om,
althans voorshands voor de; toepassing van die maatregelen
geene verordening vast te stellen. Vooral de vaststelling van
een minimum loon, wat in deze zaak wel het voornaamste is,
kan voor de verschillende ambachten moeilijk bij verordening
geschieden, te minder, waar deze aan eenige wisseling onder
hevig zijn.
Naar ons oordeel zou het dus aanbeveling verdienenom,
het maken van bepalingen voor het toepassen van bedoelde
maatregelen aan ons over te laten.
Naar aanleiding van het voorafgaande hebben wij alzoo de
eer u voor te stellen, te besluiten: aan de adressanten te be
richten
I. dat met de tot dusverre genomen proeven ten aanzien
van het opnemen van bepalingen omtrent minimum loon in
bestekken en voorwaarden van aanbesteding van gemeente
werken zal worden voortgegaan voor zooverre de aard dier
werken daartoe geschikt zal worden geoordeeld.
II. dat, wanneer voor misbruik van de werkkrachten der
werklieden gevreesd wordt, ook met het bepalen van maxi
mum werktijd proeven zullen worden genomen.
Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den 12 Maait
1895 door
Burgemeester en weihouders van Leeuwarden,
VAN HARINXMA Burgemeester.
P. A. BERGSMASecretaris.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1895.
REGLEMENT van orde voor do ccm
missie van beheer over het Stads
Ziekenhuis te Leeuwarden.
Leeuwarden, den 20 Maart 1895.
No. 1560.
1 Bijlage.
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 7 der verorde
ning op het beheer van het Stads Ziekenhuis (gemeenteblad
1894 no. 13) hebben wij de eer, U hiernevens ter goedkeu
ring aan te bieden het door ons vastgestelde reglement van
orde voor onze commissie
De commissie van beheer over het
Stads Ziekenhuis,
VAN HARINXMA, Voorzitter.
R. BLOEMBERGEN Ez, Secretaris-Penningm.
Aan
den ltaad der gemeente
Leeuwarden.
REGLEMENT van orde voor de com
missie van beheer over het Stads
Ziekenhuis te Leeuwarden.
Artikel 1.
De commissie vergadert in den regel éénmaal in de maand,
op eencn door haar bij den aanvang van het dienstjaar te be
palen en aan burgemeester en wethouders mede te deelen
dag.
Artikel 2.
De voorzitter belegt en leidt de vergaderingen. Indien hij
het noodig oordeelt, worden op de oproepingsbriefjes de voor
naamste punten van behandeling vermeld.
Hij opent alle aan het bestuur gerichte stukken.
Artikel 3.
De secretaris-penningmeester houdt de notulen van elke ver
gadering. Hij stelt alle van het bestuur uitgaande stukken.
Hij dient in de gewone vergadering van iedere maand een
overzicht in van den stand der uitgaven over het loopende jaar.
Jaarlijks vóór 1 Juli dient hij, den geneesheer-directeur ge
hoord, eene concept-begrooting voor het volgende jaar in.
Jaarlijks, in de eerste week van Maart, zendt hij een ontwerp
verslag als bedoeld bij art. 11 der verordening op het beheer
van het Stads Ziekenhuis (gemeenteblad 1894 no. 13) aan de
commissie en in de gewone vergadering dier maand zendt hij
de concept-rekening en verantwoording over het afgeloopen
dienstjaar in.
Artikel 4.
De beide, niet met eene speciale functie belaste leden der
commissie zorgen voor de uitvoering van artikel 12 van de
verordening op het beheer van het Stads Ziekenhuis (gemeen
teblad no. 13 van 1894
Artikel 5.
De commissie houdt toezicht op den geregelden gang van
zaken in het Stads Ziekenhuis en wat daartoe behoort en op
de naleving der daartoe betrekkelijke verordeningen en instruc-
tiën.
Artikel 6.
De geneesheer-directeur woont in den regel de vergaderin
gen der commissie bij.
De directrice staat in den regel in de vergadering binnen.
Artikel 7.
De leden der commissie fungeeren bij beurten als maand-
commissaris.
Ingeval van tijdelijke verhindering, doen zij zich als zoodanig
door een der andere leden vervangen.
De maand-commissaris bezoekt minstens éénmaal per week
het Stads Ziekenhuis, met uitzondering van het hulp-ziekenhuis.
Hij vertoont zich alsdan op alle in gebruik zijnde zalen.
Bovendien vergewist hij zich dan zooveel mogelijk omtrent
alles wat in artikel 5 is bedoeld.
Vastgesteld door de commissie van beheer over het Stads
Ziekenhuis te Leeuwarden, den 14 Maart 1895.
VAN HARINXMA, Voorzitter.
R. BLOEMBERGEN Ez., Secretaris-Penningm.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.