Bijlage No. 10. I Bijlage tot het verslag der handelingen van don gemeenteraad te Leeuwarden, 1895. VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot wijziging van de voorwaarden voor de con cessie van de Leeuwarder Wa terleiding. Mijne Heeren Naar aanleiding van een bij ons ingekomen adres van de Vereeniging tot bevordering van Volksgezondheid is op onzen aandrang, in de maand Augustus van het vorige jaar het bui zennet der drinkwaterleiding op het Nooidvliet uitgebreid tot aan de olieslagerij van den heer van der Meij. Daarna gaven wij den concessionaris in overweging in ver band met deze uitbreiding over te gaan tot het plaatsen van twee standpijpenter voorziening in de behoefte van on- en minvermogenden aan goed drinkwater. De concessionaris maakte tegen die uitbreiding van het ge tal standpijpen bezwaar, waarop wij aan de Maatschappij te kennen gaven, dat burgemeester en wethouders krachtens arti kel 16 der concessie de beslissing hadden over het getal stand pijpen, dat de plaatsing van nog twee standpijpen ons nood zakelijk voorkwam en dat dus nu na gehouden overleg met den concessionaris, tot die plaatsing moest worden overgegaan. Tegen deze opvatting is de Directeur der Maatschappij in onze vergadering van 6 October j.l., zijne zienswijze breedvoe rig komen toelichtenmet dit gevolg, dat wij nadere overwe ging der zaak in uitzicht stelden. Het resultaat van dat onderzoek deelden wij aan de Maat schappij mede bij onze missive van 3 November no. 27/1523, die wij hierbij overleggen met het antwoord van de Maatschappij, vergezeld van een advies van Mr. L. J. van Gelein Vitringa, advocaat te Arnhem, d.d. 3 December en 19 November 1894, ons antwoord daarop van 8 Januari 1895 no. 27/45 en einde lijk met den brief van 20 Februari 1895 van gemelde Maat schappij. Uit die stukken zal voldoende duidelijk zijn, dat slechts met groote moeite tusschen ons en de Maatschappij eenstemmigheid is verkregen omtrent eene regeling van de plaatsing der stand pijpen maar tevens, dat de thans voorgestelde regeling eens deels schijnt te kunnen voldoen aan de behoefte van goed drink water bij on- en minvermogenden ook door de opname van een nieuw tarief voor woningen van geringe huurwaarde, ander deels opheft eene dubbelzinnigheid in artikel 16 der concessie. Het voorstel tot wijziging der concessie-voorwaarden en de opname van een nieuw tarief bij artikel 17 onder 4 is door de jongste vergadering van aandeelhouders reeds goedgekeurd. Wij achten ons door de overlegging der gevoerde corres pondentie, dan ook ontslagen de zaak nader toe te lichten en hebben de eer U voor te stellen te besluiten: Burgemeester en Wethouders te machtigenmet de Leeu warder Waterleiding-Maatschappij eene overeenkomst aan te gaan waarbij lo. artikel 16 der voorwaarden van de concessieoorspron kelijk vastgesteld bij raadsbesluit van 11 October 1884 no. 2, wordt vervangen door de volgende bepalingen Artikel 16. „De concessionaris is verplicht, water te leveren aan de ge beente uit ten hoogste zeven standpijpen. „Bij toeneming der bevolking tot 34,000 zielen zal het ge- wtal standpijpen door burgemeester en wethouders met één „kunnen worden vermeerderd en verder telkens met één bij „elke vermeerdering der bevolking met 4000 zielen. „De standpijpen worden door de gemeente geleverd en on- „onderhouden en door den concessionaris voor rekening der „gemeente tegen den kostenden prijs aan de buizenleiding „aangesloten ter plaatsedoor burgemeester en wethouders „aan te wijzen. „Het verplaatsen van standpijpen geschiedt eveneens op aan wijzing van burgemeester en wethoudersdoor den concessi onaris tegen kostenden prijs voor rekening der gemeente." 2°. aan artikel 17 wordt toegevoegd de navolgende 4 „Woningen aangeslagen in de personeele belasting naar eene „huurwaarde beneden f 100. „Voor de in deze afdeeling. bedoelde woningen zal het abon nement per jaar worden berekend als volgt „Voor woningen, aangeslagen in de personeele belasting, naar „eene huurwaarde van f 60 tot 100 op f 12 per jaar. „Voor woningen, aangeslagen in de personeele belasting, naar „eene huurwaarde beneden de 60 op 9 per jaar. „Voor woningen, in die belasting met aangeslagen, op 6 „per jaar. „Onder deze prijzen zijn begrepen de huur der dienstleiding „en de kosten van het aanleggen der binnenleidingen, wor dende de dienst- en binnenleiding kosteloos door de Maat schappij aangebracht. „Als woningen worden voor de toepassing van dit tarief aan gemerkt alle perceelen of gedeelten daarvandie door één „gezin worden bewoond ook al hebben die verschillende wo nningen in één perceel slechts één gemeenschappelijken ingang. „In de hierbedoelde woningen of gedeelten daarvan wordt „slechts één tapkraan aangebracht in de nabijheid van den in- „gang; onder die tapkraan mag geene gelegenheid tot waterloo- „zing worden aangebrachtnoch ook buiten schriftelijke toe- Stemming van de Directie der Maatschappij eenige uitbreiding „of wijziging van de binnenleiding worden aangebracht. „Alle abonnementenvolgens dit tarief geslotenworden „alleen met den eigenaar aangegaan. „Voor een gedeelte van een aaneengesloten blok woningen „aan denzelfden eigenaar toebehoorende kan niet worden ge- „contracteerd. „In dit geval moet èen abonnement voor alle woningen tot „dit blok behoorendeworden genomen. „Het water mag alleen voor gewoon huiselijk gebruik en „reiniging worden gebezigd en in geen geval in de woningen „die volgens dit tarief zijn aangesloten, een water- en vuurne- „rmg zijn of worden gevestigd. „Indien behoudens de hierboven gemaakte uitzondering ten „aanzien van water- en vuurneringen in eene woning, ove- „rigens in de termen vallende om volgens dit tarief te worden „aangesloteneen bedrijf of nering wordt uitgeoefendwaar door aanleiding bestaat tot een meer dan gewoon huiselijk „gebruik, dan wordt de abonnementsprijs voor die woning met „de helft verhoogd en in dat geval voor een paardezel of „rund per drie maanden 30 cents betaald. „De algemeene voorwaarden vastgesteld in het reglement, „zijn ook toepasselijk op de volgens dit tarief gesloten abonne menten voor zoover daarvan hierbij niet uitdrukkelijk is af geweken." Voorgesteld ter raadsvergadering van den 11 Juni 1895 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden VAN HARINXMA, Burgemeester. P. A. BERGSMA, Secretaris. Boekdrukkerij van A, Jongbloed le Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1895 | | pagina 40