ALPHABETISCH REGISTER VERSLAG DER HANDELINGEN VAN DEN GEMEENTERAAD LEEUWARDEN 1896. n 4 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leau warden, 1896. te doen opnemen in de verschillende instructiën. In de tegen woordige instructiën toch worden sommige bepalingen die in de verordening voorkomen herhaalden dit is overbodig. Zoo meenen wijdat de bepalingen der artt. 10—16 wat betreft de inrichting van het dienstpersoneel en de onderschei dingsteekenen, niet in de verordening behoeven te worden op genomen maar bij besluit van burgemeester en wethouders kunnen worden geregeld. Dit is ook aan te bevelen omdat allicht wijziging in de inrichting van het personeel der brand weer wenschelijk kon worden geacht. De bepalingen van de artt. 2528 der bestaande verorde- j ning vinden meer eigenaardig een plaats in de instructiën. Ten aanzien van de begrooting van uitgaven stellen wij mede eenigszins andere bepalingen voor, ofschoon feitelijk al les nagenoeg gelijk blijft. In art. 40 der vigeerende verordening worden de vaste ver goedingen vermeld die aan de verschillende dienstbetrekkin gen zijn verbonden. Zooals wij opmerkten, kan de inrichting van het personeel allicht verandering ondergaan, en dan zou van dit artikel moeten worden atgeweken. Art. 40 is bovendien in zoover onvolledig, dat onderscheidene belooningen bij de verschillende instructiën zijn vastgesteld. Nu meenen wijdat het aanbeveling verdientdat in de begrooting voor de brandweer niet alleen voorkomen de ge specificeerde vergoedingen, zooals die in art. 40 zijn opgeno men maar ook eene specificatie van de uurloonen en verdere vergoedingen van het bedienend personeel. Daar de begrooting der brandweer steeds door ons wordt overgelegd bij de gemeentebegrooting, zal de raad ook over die j vergoedingen en loonen kunnen oordeelen en ze dus telkens feitelijk zij het ook indirect (daar alleen het eindcijfer op de gemeentebegrooting wordt gebracht), goedkeuren. Dit komt ons meer regelmatig voor. Het zal misschien aanbeveling verdienen dat alle vergoe dingen en premiën uit de verschillende instructiën worden ge- ligt en in een afzonderlijk algemeen tarief worden opgenomen. Wijziging van dat tarief zal dan kunnen plaats hebben, zonder dat de instructiën behoeven te worden veranderd. Na deze algemeene opmerkingen nog het volgende ten aan zien der artikelen van de ontwerp-verordening. Art. 1. n.l. In dit artikel is de voornaamste wijziging aangebracht dat de slangenwagens in de eerste plaats worden aangewezen als bluschwerktuig. Art. 2. Stemt overeen met art. 2 der bestaande verordening. Wij meenen, dat de titel van rentmeester moet veranderd worden in den meer bescheiden titel van penningmeester. Ren ten vallen er niet te innen. Art. 7. Zie ait. 18 der bestaande verordening. Artt. 8 en 9. Deze algemeene bepalingen komen in de plaats van de artt. 10—18 en 25—28 der bestaande verordening. Art. 10. Vergelijk de artt. 19 en 20 der bestaande verordening. Art. 11. Zie art. 37 der bestaande verordening. Art. 12. Zie art. 32 der bestaande verordening. Art. 13. Is in overeenstemming met art. 2 der bestaande verordening. Art. 14. Zie art. 7 der bestaande verordening. Art. 15. Stemt overeen met art. 8 der bestaande verordening. Art. 16. Zie art. 6 der bestaande verordening. De uitzondering, in de 2e alinea gemaakt, acht men van be lang met het oog op de belangen der ingezetenen dezer ge meente, die in de onmiddellijke nabijheid der Schrans wonen speciaal ook op die van de stroocartonfabriek en het aschland. Bij eventueelen brand in de Schrans moet er vrijheid bestaan voor onze brandweer om, zoo noodigonmiddellijk krachtig te kunnen optreden. Artt. 17-19. Zie de artt. 21—24 der bestaande verordening. Art. 20. Art. 3. Stemt overeen met art. 4 der bestaande verordening. Art. 4. Zie de artt. 3 en 9 der bestaande verordening. Art. 5. Vergelijk de artt. 9,14,16 en 17 der bestaande verordening, j Art. 6. Vergelijk de artt. 9, 14 en 16 der bestaande verordening. Hierbij zij opgemerkt, dat het niet noodig is, ook den op- perbrandmeester als zoodanig voor een bepaalden tijd aan te stellen. Als lid van het college van brandmeesters wordt hij voor zes jaren benoemd. Treedt hij als brandmeester al, dan treedt hij per se ook al als opperbrandmeester. Vergelijk de artt. 26 en 29 der bestaande verordening. Art. 21. Stemt overeen met art. 30 der bestaande verordening. Art. 22. Stemt overeen met art. 31 der bestaande verordening. Art. 23-25. Vergelijk de artt. 3336 der bestaande verordening. Met het oog op het tijdstip van opmaking der geineente-begrooting is hel wenschelijk, dat de begrooting voor de brandweer reeds op 1 Augustus is ingekomen. Artt. 26-29. Stemmen overeen met de artt. 41 -43 der bestaande ver- ordening. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden. OP HET TE Aanbestedingen. in 1897 en 1898 Besluit Adres van J. S. de Jong e. a. c gelijk afzonderlijk aan te bestec 14 cents per uur Nader adres van J. S. de Jong e. Ambtenaren. Verlof van den secretaris der gemeente Voorstel van burgemeester en wethouders tot v den directeur der gemeentewerken Besluit Interpellatie van den heer R slag van voorstel 8 September 1896 Armenkamer. der Aanvraag om machtiging tot het doen begrooting voor 1895 Commissoriaal rapport Besluit De rekening en verantwoording over 1895 Commissoiiaal rapport Goedkeuring der rekening Aanbeveling voor de benoeming van een voogd Benoeming van den heer N. H. van der Meulen Aanbeveling ter benoeming van een secretaris-boekhoudei Benoeming van den heer A. Alberts De begrooting voor 1897 Commissoriaal rapport Goedkeuring Benoeming van de heeren Mr. A. Menalda en Lourens Dijkstra tot voogd Bank van leening. Aanbeveling voor de benoeming van een lid der commissie van admini stratie Benoeming van den heer N. T. Haverschmidt Overlijden van den directeur, den heer C. W. Pruis De rekening en verantwoording over 1895 Commissoriaal rapport Goedkeuring der rekening Voordracht voor de benoeming van een directeur der- Benoeming van den heer A. F. de Haan Begrooting voor 1897 Commissoriaal rapport en besluit Voorstel tot wijziging der verordeninghoudende bepalingen omtrent het ter leen verstrekken van gelden aan de stads bank van leening en tot vaststelling van de te vergoeden rente Besluit Aanbeveling voor de benoeming van een lid der commissie Benoeming van den heer K. E. Brunger DAG DER VERGADERING Afd 1 No. o Lette Bladzijde. 17 11 Februari. III. 11 15 25 IV. 2 27 1 12 Mei. II. G3 f 25 Augustus. P I 93 25 III. 1 93 13 October, e 105 24 n 7 131 21 Juli. ii. 4 85 25 Augustus. ui. 6 93 8 September. IV. 4 97 13 October. V. - 107 11 Februari. ui. 7 15 25 8 27 10 Maart. IV. 6 40 28 April. III. 4 59 12 Mei. 7 63 26 V. 6 66 12 III. 63 26 V. 3 65 7 Juli. 111. 77 21 IV. f 85 -1 - III. 85 25 Augustus. n 8 93 8 September. IV. 3 97 27 October. n 2 114 31 Maart. III. 5 43 14 April. IV. 2 47 14 II. 1 47 28 III. 5 59 12 Mei. 0 63 26 V. 5 66 26 IV. 8 65 9 Juni. 11 1 69 8 September. III. 2 97 13 October. IV. 3 105 22 September. 111. 1 5 101 13 October. IV. 12 107 27 HI. 2 109 10 November. IV. 3 120

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1896 | | pagina 108