sc. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1896. 1 Bijlage J\o2. VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot wijziging van de verordening tot uitvoering van de nieuwe regeling van het openbaar lager onderwijs. Mijne Heeren De commissie van toezicht op het lager onderwijs heeft bij missive dd 27 December 1895 no. 7601, ons als haar gevoelen te kennen gegeven, dat de openbare les, die ingevolge het be paalde bij art. 11 der verordening (gemeenteblad no. 5. van 1889) aan het eind van elk schooljaar in de scholen voor openbaar lager onderwijs wordt gehouden niet aan het doel beantwoordt en zij geeft, onder opgaaf harer motieven, in over weging, die lessen af te schaffen. Met dit voorstel en de daarvoor aangevoerde motieven kun nen wij ons vereenigen. De vervanging der openbare les door eene plechtige samen komst van autoriteitenouders en belangstellenden waarin getuigschriften uitgereikt, de leerlingen tot hoogere klassen be vorderd en hun werk tentoongesteld zal worden schijnt ons toe weinig aanbeveling te verdienenin elk geval achten wij het niet raadzaam die plechtigheid bij verordening voor te schrijven. Wij zijn van oordeel, dat de regeling van de wijze, waaro p de getuigschriften uitgereiktde leerlingen bevorderd en hun werk tentoongesteld zal worden behoort te worden overge laten aan de hoofden der scholen willen zij dit op eenigzins plechtige wijze doen daartoe autoriteiten, ouders en belang stellenden uitnoodigendan zal dat ook zonder voorschrift in de verordening kunnen geschieden. Het denkbeeld van een deel der commissie, om ouders het recht te geven, in overleg met en onder toestemming van het hoofd der school gedurende ten hoogste twee schooltijden in het jaar het onderwijs in de schoolwaarin hunne kinderen als leerlingen zijn geplaatstbij te wonen vindt evenmin bij ons instemming. Indien deze maatregel bij de ouders bijval mocht vinden en velen van hen van dat recht gebruik maakten zou dit naar onze meening niet bevorderlijk zijn voor het onderwijs daar de aandacht van de leerlingen er te veel onder zou lijden. Bovendien zou de regeling dier bezoeken tot vele bemoeiin gen voor de hoofden der scholen aanleiding geven. Ook dit punt meenen wij geheel te moeten overlaten aan het beleid van de hoofden der scholen. Onder mededeeling van het bovenstaandehebben wij de eer U voor te stellen te besluiten de verordening ter uitvoering van de nieuwe regeling van het openbaar lager onderwijs, vastgesteld den 16 Maart 1889 (gemeenteblad no. 5 van 1889), gewijzigd bij raadsbesluit van 4 September 1894 (gemeenteblad no. 16 van 1894), nader te wijzigen, door art. 11 te doen vervallen. Voorgesteld ter raadsvergadering van den 14n Januari 1896 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden VAN HARINXMABurgemeester. P. A. BEKGSMA, Secretaris. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1896 | | pagina 25