Bijlage No. 3. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1896. 1 VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot vaststelling van een grondplan voor de bebou wing langs het Nieuwe Kanaal. Aan den Raad der gemeente Leeuwarden. Mijne Heeren Reeds in de maand Maart j 1. droegen wij aan den directeur Her gemeentewerken op, een plan te ontwerpen voor den aan leg en de indeeling voor bouwterrein van de gronden gele gen ter weerszijden van het Nieuwe Kanaal. Wegens zijn nog kort verblijf in deze gemeente was deze ambtenaar toen nog niet voldoende op de hoogte, om te kun nen beoordeelen, aan welke eischen die indeeling, met het oog op den aard der gebouwen voor welker stichting de meeste aanvraag te verwachten was, behoort te voldoen. Dit gaf aanleiding dat eerst bij brief van 29 October j.l. het gevraagde plan aan ons werd ingezonden. Dien brief leggen wij hierbij over. De beoordeeling van dit plan zoo hoogst belangrijk voor de gemeentevereischte uit den aard der zaak een vrij geruimen tijdte meeromdat wij meenden niet alleen de commissie voor de openbare werken maar ook de Kamer van Koophandel in de gelegenheid te moeten stellen, daarom trent haar oordeel te kunnen uitspreken. Gemelde commissie deed dit in eene met ons college ge houden vergadering de Kamer van Koophandel diende ons van advies bij brief van 22 dezer, welke wij mede hierbij over leggen, zoodat wij thans in de gelegenheid zijn, bedoeld plan met onze bemerkingen aan Uw oordeel en goedkeuring te onderwerpen. Allereerst moeten wij verklaren dat het planzooals het daar ligt, op ons een zeer aangenamen indruk maakte. Wij meenen, dat den directeur der gemeentewerken een woord van lof toekomtniet alleen voor de teekening als zoodanig maar bovenal voor de opvatting en de uitwerking van het plan. Naar ons oordeel heeft hij terecht begrepen dat aan dit ge deelte der gemeente datzooals wij hopen, binnen niet al te langen tijd voor het grootste gedeelte bebouwd zal zijn een behagelijk en riant aanzien behoorde te worden gegeven. De binnenstad zal blijven het centrum van kleinhandel en bedrijf. Het getal winkels neemt er steeds toe vele nemen de plaats in van vroegere woonhuizen. De nieuw te stichten buitenwijken zullen dus meer uitslui tend bestaan uit woon- en pakhuizen en fabrieken. En om nu het wonen aldaar meer aantrekkelijk te maken, moet het ge heel een behagelijk aanzien hebben en niet worden ingenomen door aanééngebouwde panden aan rechteeentoonige, dood- sche straten. Wij kunnen mededeelen dat de commissie voor de openbare werken denzelfden indruk van het plan heeft ontvangen als wij. Wij kunnen nog verder gaan en verklarendat die com missie met ons van oordeel is dat de geprojecteerde aanleg en indeeling van het terrein aan de Noordzijde wat het eerste kanaalpand betreft, onveranderd door U kan worden goedge keurd. Evenmin als wij, kan de commissie medegaan met de meening van de Kamer van Koophandel, dat, ter wille van de exercitiën van militairen en schuttel s zou moeten worden af geweken van de geprojecteerde indeeling. Het als excercitie- veld aangeduide terrein heeft eene oppervlakte van 24.781 Ma, welke oppervlakte voor de militaire oefeningen toch wel vol doende mag worden geacht. Door het voor dat doel te be stemmen en het, zoo noodig, tevens aan te wijzen voor sport terrein en er, naar 's directeurs denkbeeld, een harddraversbaan aan te leggen, brengt men niet alleen eenig leven en beweging aan die zijde der stad die niet anders dan gunstig kunnen werken op de aanvraag om bouwterrein in het algemeen aan die zijde van het kanaalmaar vooral op dat gedeeltedat om het geprojecteerde exercitieveld is gelegen. In strijd met het gevoelen van de Kamer van Koophandel meenen wij dal ook op 's directeurs denkbeeld, om daar ter plaatse een harddraversbaan aan te leggen moet worden in gegaan. Wij deelen in geenen deele de door haar geuite vrees, dat door de harddraverijen derwaarts over te brengen, de belangstelling daarin zou verminderen en er indirect schade door geleden zou worden. Ten aanzien der in de missive van de Kamer van Koophan del voorkomende cijfers moeten wij opmerkendat er wel jaarlijks slechts ééne harddraverij van wege de gemeente wordt gehouden, maar dat zij ook heeft te dragen de helft der kos ten verbonden aan de harddraverij om de prijzendie van wege H. M. de Koningin worden uitgeloofd. Er is echter nog eene reden waarom wij meenen, dat op bedoeld terrein ook een harddraversbaan behoort te worden aangelegd. De landen gelegen aan de tegenwoordige hard draversbaan behooren aan particulieren het gebruik dier landen is bij harddraverijen onmisbaar en de gemeente is dus als met gebonden handen overgeleverd aan de eigenaren en gebruikers dier landen en zou aan alle eischendie voor dat gebruik gesteld mochten worden moeten toegeven. Ten aanzien van de geprojecteerde indeeling van het ter rein aan de Zuidzijde van het eerste kanaalpandbestond bij een deel der commissie voor de openbare werken bedenkin gen. Men herinnerdedat indertijd was besloten walmuren van zware capaciteit te maken, met het oog op het verrijzen van pakhuizen en fabrieken langs die zijde van het kanaal. Nu was op het plan aan het oostelijk gedeelte van dat ter rein wel een gedeelte ter lengte van ongeveer 200 meter voor pakhuizen gereserveerdterwijl de directeur der gemeente werken blijkens zijne missive de gronden ter weerszijden van het kanaal ten oosten van de brug in den weg van Achter de Hoven voor fabrieken wenschte te zien aangewezen, maar ontegenzeggelijk zou daarvoor op het zuidelijk terrein aan het eerste gedeelte van het kanaal eene betere gelegen heid worden gevondenook omdat het vaarwater daar 10 meter breeder is. In elk geval was men van oordeeldat met het oog op aanvragen die in de toekomst zouden kun nen worden gedaan een veel grootere lengte, dan was voor gesteld voor fabrieken en pakhuizen diende te worden gere serveerd. Hiertegen scheen ook geen bezwaar te bestaan zelfs bij zeer ruime aanvraag om bouwterrein voor woonhui zen omdat aan het tegenoverliggende terrein aan de noord zijde van het kanaal daarvoor grond in overvloed beschikbaar is. Het denkbeeld, door een lid der commissie voor de open bare werken geopperd, dat overeenstemt met het advies van de Kamer van Koophandel, om de geheele lengte van af blok VIII bepaald voor fabrieken en pakhuizen aan te wijzen, vond bij ons geene ondersteuning, eerstens omdat het niet te verwach ten is dat zelfs in een vrij verre toekomst dit uitgestrekte terrein door dergelijke panden zal worden ingenomen maar ook omdat het niet zou zijn aan te raden voor elke soort fabriek de gelegenheid te openen, om zoo nabij de woonhui zen aan de overzijde, en die ten westen en noorden (Grachts- wal, Achter de Hoven enz.) grond aan te koopen. Ten einde echter zooveel mogelijk tot eenstemmigheid te kunnen gerakenzullen wij ons neerleggen bij eene bepaling, de strekking hebbende om aan het terrein ter zuidzijde van het eerste kanaalpand, ten oosten van blok VIIIvooralsnog geene bepaalde bestemming te gevenwat betreft de daar te stichten soort van gebouwen. Aanvragen om bouwterrein üaar

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1896 | | pagina 26