Bijlage No. 15. i! ijl By'lage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1896. VOORSTEL der commissie voor het ont werpen van strafverordeningen tot wijziging der verordening, houden de algemeene bepalingen van politie voor de gemeente Leeuwarden. Herhaaldelijk zijn van onderscheidene ingezetenen klachten ingekomen over de rustverstoring en overlast, die worden on dervonden door het herhaald gehuil, gejank of geblaf van hon den die zich op een erf, buiten bewoonde gebouwen of sche pen of op de openbare straat ophouden. Niet alleen des nachts is dergelijk rumoer voor een ieder zeer hinderlijk en dikwijls slaapwerend voor henwie na zware dagtaak een on gestoorde nachtrust onontbeerlijk is maar ook des daags is hetvooral voor zieken hoogst agiteerend en daardoor reeds in vele gevallen gevaarlijk en zeer storend voor hen, die met arbeid op bureau of kantoor zijn belast. Binnen een bewoond huis zich bevindende honden janken niet voortdurend en maken in ieder geval geen, voor de om wonenden hinderlijk gerucht. Evenmin doen dit waakhonden die slechts aanslaan, als ze onraad vermoeden. Het gehuil vindt in den regel zijne oorzaak in de omstan digheid, dat de eigenaar het dier op straat of buiten de eigen lijke woning op zijn erf laat verblijvenhetzij uit achteloos heid, hetzij ter bestraffing, hetzij uit gemakzucht. Het is in den regel een bewijs, dat het dier van de hem door zijn mees ter of de omstandigheden aangewezen verblijfplaats wenscht weg te komen de houder van den hond nu kan daaraan ten allen tijde voldoen, als hij slechts wil. In onderscheidene gemeenten is dan ook bij verordening straf bedreigd op het niet verhinderen van dezen overlast o. a. te Zalt-Bommel 's Gravenhage en nog onlangs te Rot terdam. Naar aanleiding van een en anderhebben wij de eer u voor te stellen te besluiten De verordening, houdende algemeene bepalingen van politie voor de gemeente Leeuwarden, vastgesteld den 8 Januari 1895 (Gemeenteblad no. 5), gewijzigd bij raadsbesluiten van 24 December 1895 (Gemeenteblad no. 2 van 1896), van 31 Maart 1896 (Gemeenteblad no. 7 van 1896) en van 31 Maart 1896 (Gemeenteblad no. 10 van 1896), nader te wijzigen door in te voegen een nieuw artikel 89bis, luidende De eigenaar of houder van een of meer hondendiebin nen een bebouwde kom der gemeente op de openbare straat of buiten het bewoonde gedeelte van een gebouw of vaartuig verblijvende, door herhaald huilen, janken of blaffen hinderlijk zijn, wordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijf gulden. Voorgesteld ter raadsvergadering van den 9 Juni 1896. De commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen VAN HAR1NXMA. A. DUPARG. J. L. VAN SLOTERDIJCK. J. C. MEIJER. VAN KETW1GH VERSCHUUR. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1896 | | pagina 47