Bijlage No. 26. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1896. 1 VERSLAG van de Commissie van rapporteurs uit de sectiën van den gemeenteraad, omtrent het onderzoek van de gemeente- begrooting voor 1897. Aan hei onderzoek werd, behalve door den burgemeester als voorzitter van de le sectie, door 17 van de 23 leden deelge nomen. In de le sectie werd door een lid aangevoerd, dat, waar hij een vorig jaar een woord van lof heeft gesproken over de uit stekende wijzewaarop de begrooting toen sloothij dien lof aan deze begrooting moet onthouden, daar ze, naar 't hem voor komt sluit met een tekort van ongeveer ƒ24,000.hoofdza kelijk voortvloeiende uit den post van 20,000.— (art. 62 verkoop van bouwterreinen), die zijns inziens zou moeten wor den uitgetrokken pro memorie. Door hetzelfde lid werd er op gewezen, dat bij de behande ling der begrooting voor 1895 het denkbeeld omtrent eene betere financiëele verhouding tusschen gemeente en gasfabriek was besprokendat in het afgeloopen jaar door burgemeester en wethouders voorstellen te dien opzichte aan den Raad waren ingediend, welke echter door dezen waren verworpen, tengevolge waarvan nog altijd een te hoog cijfer als opbrengst der exploi tatie van de gasfabriek in de gemeenterekening voorkomt, het geen bij eene betere financiëele regeling tusschen gemeente en gasfabriek niet het geval zou zijn, en wordt naar aanleiding daarvan de vraag gesteld, of er van burgemeester en wethou ders nadere voorstellen te wachten zijn, die eene betere finan ciëele regeling in 't leven kunnen roepen. In de 3e sectie werd door een lid opgemerkt, dat z. i. de post „verkoop van bouwterreinen ad 20,000.—" te hoog was geraamd. Twee andere leden hadden meer principiëele be zwaren tegen dezen post. Een hunner wees daarbij op de eigenaardige twee laatste regels der in het begrootings-ont- ontwerp voorkomende toelichting betreffende de uitgetrokken 20,000.— luidende „wat met het oog op den stand der abegrooting wenschelijk wordt geacht." Ook meende dit lid, dat, wat hier wel het geval is, de ge wone uitgaven niet door buitengewone ontvangsten mogen wor den gedekt. En eindelijk, zoo beweerde hij, was er niet op ge let, dat de terreinen niet alleen in koop, maar ook in erfpacht mogen worden genomen, tengevolge waarvan de opbrengst wel eens ver beneden de raming zou kunnen blijven. Ook in de 2e sectie was de bewuste post van ƒ20,000.— een steen des aanstoots, die echter o. i. meer correct door haar niet behandeld werd bij de algemeene beschouwingen doch bleef rusten, totdat zijn volgnummer aan de beurt kwam. Ter wille der eenheid echter, plaatsen rapporteurs de in deze sectie daarover gehouden besprekingen naast de in de le en 3e gehouden algemeene beschouwingen." Een paar leden dezer sectie waagden de opmerking te maken, dat deze handelwijze eigenlijk wel iets heeft van een .opeten van 't kapitaal." Daartegenover staat echter, dat, als men wel rente en aflos sing onder de gewone uitgaven plaatst, zonder de, of een deel der opbrengstenvoortvloeiende uit den verkoop van bedoelde terreinen, onder de gewone ontvangsten te rangschikkenmen op billijke wijze het nageslacht ontlast, ten koste der tegen woordige en in de naaste toekomst levende belastingplichtigen. Ook hier werd de vraag gesteld, of het bedrag van 20,000.— niet te hoog is geraamd vooral indien vele koopers eene erf pacht boven koop mochten verkiezen. Als naar gewoonte werden in al de sectiën eerst behandeld de UITGAVEN. Volgno. 69. Jaarwedden van de ambtenaren ter secretarie en bedienden bij het gemeentebestuur. In de 2e sectie werd door een der leden betoogd, dat de bezoldiging van 750.— en ƒ800.— uitgetrokken voor 2 kler ken, een te gering loon is met het oog op de twee uitne mende werkkrachten, die deze betrekkingen gedurende tal van jaren vervullen. Die spreker zou gaarne zien, dat de gelegenheid aan burge meester en wethouders werd geopend, deze belooningen te ver- hoogen Door anderen werd dit denkbeeld bestreden men achtte de bezoldigingen van 750.— en 800.— over 't algemeen voor deze betrekkingen voldoende, ook met het oog op de tegen woordige goedkoope levensomstandigheden. Rapporteurs deelen deze zienswijze en stellen derhalve geen wijziging voor. Volgno. 77. Onderhoud van het gemeentehuis én van de daaraan verbonden lokalen. Op eene vraag van een lid in de 3e sectie, „waarom voor onderhoud van het gemeentehuis en de daaraan verbonden lokalen, een veel hooger bedrag is uitgetrokken dan het vorige jaar", ontving hij ten antwoord, dat hieronder uitgaven zijn ge raamd voor werken, die al veel eerder moesten zijn uitgevoerd en nu geen verder uitstel dulden. Volgno. 91. Abonnement voor telephonische verbindingen. Bij dit volgnummer werd in de le sectie de mededeeling ge daan dat particulieren en firma's, die twee of meer aanslui tingen hebben, een verlaagd tarief betalen en de vraag gesteld, of ook de gemeente voor hare talrijke aansluitingen geen ver laagd tarief zou kunnen bedingen. Rapporteurs vertrouwen, dat burgemeester en wethouders daartoe wel pogingen zullen willen aanwenden. Volgno. 100. Onderhoud van puin-, grint-, schil- en straat wegen. In de 3e sectie wees een lid op den post van ƒ1300.— voor onderhoud van den Harlingertrekweg, van welke uitgave hij de doelmatigheid betwijfelde. Volgno. 101. Onderhoud van straten,pleinen, kaden, kolken, riolen, leuningen, sluitboomen, palen, banken, boomkokers enz. In de le sectie werd de vraag gedaan, of de zitbanken in de plantsoenen niet iets netter kunnen worden gemaaktten gevolge waarvan zij misschien minder te lijden zouden hebben van de schendende hand van het straatpubliek. Volgno. 109. Daggelden aan werklieden der gemeentewerken. Tien plantsoenarbeiders, vroeg een lid der 2e sectie wat hebben die 's winters te doen De overtolligen afdanken gaat bezwaarlijkdoch hij zou in enkele eventueele vacatures niet willen voorzienom dan 's zomers indien noodigtijdelijke hulp te vragen. Rapporteurs zijn van dezelfde opinie en bevelen de gewenschte regeling bij burgemeester en wethouders aan. Volgno. 124. Bezoldiging van het personeel der gasfabriek. Een lid der 1 e sectie wees er op dat aan tractementen voor de boekhouding aan de gasfabriek is uitgetrokken 4027.—en deed de vraag, of bij voorkomende gelegenheid die kosten niet verminderd zouden kunnen worden. Rapporteurs zijn eveneens van oordeeldat de boekhouding aan de gasfabriek eene dure is en brengen derhalve dien wenk gaarne aan burgemeester en wethouders over.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1896 | | pagina 97