II ;i Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1898. 1 Bijlar/e No. 8. VOORSTEL der commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen, naar aanleiding van een adres van de leden der afdeeling Leeuwarden van den Nederlandschen Vrouwenbond tot verhooging van het zedelijk bewustzijn en van andere vrouwelijke ingezetenen, om het houden van bordeelen strafbaar te stellen zoomede van adressen tot ondersteuning van dat verzoek. Aan den gemeenteraad. Het adres van de loden der afdeeling Leeuwarden van den Nederlandschen Vrouwenbond tot verhooging van het zedelijk bewustzijn en van andere vrouwelijke ingezetenen, om het honden van bordeelen strafbaar te stellen en de tot ondersteuning van dit verzoek ingekomen adressen van kerkelijke en andere besturen, hebben bij onze com missie, in wier handen al deze adressen door u om prae-advies werden gesteld,een punt van ernstige overweging uitgemaakt. Allereerst wenschen wij in herinnering te brengen, dat do raad, in zijne vergaderingen van 11 October 1892 en 26 Juni 1894, telkens met overgroote meerderheid van stemmen een verzoek van gelijke strekking heeft afgewezen. Wij zouden kunnen volstaan met te verwijzen naar de destijds door burgemeester en wethouders gedane voor stellen tot afwijzing van de gedane verzoekennaar het in 1894 door de Vereeniging ter bevordering van volks gezondheid daarover uitgebracht ongunstig advies en naar de in beide jaren gehouden beraadslagingenware het niet, dat in het inleidend adres en ook in een enkel der andere adressen beschouwingen voorkomenwaarvan wederlegging door ons noodig wordt geacht. De adressanten stellen zich eenig en alleen op het standpunt der zedelijkheid. Gelijk intusschen de Vereeniging ter bevordering van volksgezondheid in haar advies van 1894 terecht schreef, kan men het bestaan der prostitutie en hare gevolgen voor do zedelijkheid en gezondheid dor burgers betreuren, maar mogen niet uit het oog worden verloren de maat schappelijke verhoudingen die daartoe aanleiding geven. Bij de hier bestaande verordening nu wordt niets anders gedaan dan rekening houden met die verhoudingen het eenige doel der verordening is, te waken, dat het gevaar van besmetting door prostituóes tot een minimum worde teruggebracht. Juist op dit laatsto komt liet hier aan. Nog op geen enkele plaats, zoowel in Nederland als in het buitenland, waar het houden van bordeelen werd verboden, is daar door de prostitutie zelve verminderd. Integendeel heeft de ondervinding overal doen ziendat het kwaad slechts verplaatstja door het verbod zelfs tegennatuurlijke ge slachtsgemeenschap in de band gewerkt werd. Door het vaststellen der verlangde verbodsbepaling zou ongetwijfeld ook te Leeuwarden do niet te bereiken clandestine prosti tutie niet alleen blijven bestaan, maar zelfs eene uitbreiding verkrijgenwaaruit de noodlottigste gevolgen voor de openbare gezondheid zouden voortvloeien. Het geldt hier toch de snelle verbreiding van eene vreeselijke ziekte, die eene smetstof in het bloed van de generatie achterlaat en eene erfenis van ellende op duizende onschuldige kinderen legt. De zaak moot vooral worden beschouwd uit het oogpunt van de vrouwen en kinderen die niet bij machte zijn ziehzelven voor schade in dit opzicht te hoeden. De ge volgen van de bedoelde besmetting kunnen juist d&arom zoo vreeselijk zijnzooals zelfs voorstanders van het verlangde verbod zullen moeten erkennen, omdat hier zoo vaak, wegens miskenning van den waren aard der ziekte, van het begin af en vervolgens, constitutioneele syphilis en vergiftiging van geheele familiëu het einde zijn. De in den laatsten tijd meer dan vroeger hier voorkomende venerische ziekten hebben, zooals aan een ons bekend geneeskundige bij onderzoek is gebleken, allen, zoover door hem behandeld, haar broil in de clandestinedus niet te bereiken, prostitutie. Het optreden tegen do bordeelen zou daarom slechts zijn eene prtncipieele beslissing, die echter geenszins zou leiden tot de niet minder door ons, dan door adressanten, gewenschte verbetering van den algenieenen zedelijken toestand. Er zouden danwel is waargeen openlijke huizen van ontucht meer zijn, wel echter huizen van ontucht, en er zou dus niets zijn gewonnen. Door den eenen vorm van het kwaad te keeren en don anderen vorm daarvan vrij te laten den laatste te keeren zal wel onmogelijk zijn, zal het kwaad slechts den vrijgelaten vorm kiezen, te meer naarmate de beteugeling van den anderen vorm afdoende zal zijn. Zeer juist werd het korten tijd geleden bij de behandeling der quaestie in den Amsterdaiuschen gemeenteraad door een der leden aldus uitgedrukt„Er zijn twee stelsels het eene brengt de publieke vrouwen op straat, het andere houdt ze in huis." En verder: „Het mindere, (de bordeelen), willen de voorstanders van het verbod opheffen, on het meerdere, (de clande stine prostitutie), laten bestaan." Het zou daarom slechts in schijn eene daad van moraliteit zijn want de ontucht met hare voor de openbare gezondheid zoo vreeselijke gevolgen zou, wij herhalen het, zich slechts te meer uit breiden zonder door de overheid te kunnen worden gecontroleerd. Zeer opmerkelijk is ook wat de Minister van Justitie bij de algemeene beraadslagingen over hoofdstuk IV van de staatsbegrooting voor 1898 in de Tweede Kamer sprak naar aanleiding van do quaestie der bordeelen en der andere vormen van openlijke prostitutie. „Nu zijn bijna overalzei de Minister„die andere vormen voor de meeste personen verleidelijker dan de bordeelen. Of zij ook gevaarlijker zijn, zal, dunkt mij. van de omstandigheden afhangen. Maar ik durf wel vol te houden, dat er tal va.n plaatsen zijnwaar het bordeel verreweg de minst ge vaarlijke is. Vooreerst omdat de infectie van de ontucht bij het bordeel veel meer gclocaliseerd blijft enbij den anderen vorm van ontucht, deze in aanraking komt met kinderendienstboden en andere lmisgonooten.; maar in de tweede plaats, omdat het groote kwaad van de souteneurs zich veel meor voordoet bij de vrije prostitutie, en in de derde plaats, omdat de aanraking met allerlei soort van misdaden veel ernstiger verhoudingen aanneemt bij de vrije prostitutie dan bij diewelke huist in bordeelen. Dit is niet alleen do ondervinding overal elders, maar ook hier te lande. Misdrijven tegen de zedenlegen den eigendom en legen de personen komen in bordeelen bijna niet uoor, maar in betrekkelijk korten tijd zijn bij de vrije prostitutie en in de clandestine huizen in Amsterdam tussehen de 800 en.400 gevallen van misdaad geconstateerd. Ik geloof inderdaad, dat onder sommige omstandigheden die vorm veel ernstiger is dan de vorm van bordeelen en nu meen ik, dat men zich wel driemaal mag bedenken, vóór wij de bordeelen sluiten. Het eerste gevolg daarvan toch zal zijndat de vrije prostitutie toeneemt" (Hande lingen, bladz. 351 en 352). Enkele uitdrukkingen hebben wij gemeend te moeten cursiveeren, omdat zij in bijzondere mate kenmerkend zijn. Doch ook de overige woorden vau den Minister geven veel te denken. Nu moge Leeuwarden misschien niet zijn te begrijpen onder do „groote" steden, die de Minister op het oog had, en hier zich noch eene groote arbeidersbevolking bevinden, noch veel zeevolk komentoch zijn de lokale omstandig heden hier van dien aarddatnaar onze meening 's Ministers woorden ook op onze stad van toepassing zijn. De Minister erkent trouwens ten slottedat de regeling van deze materie moet worden overgelaten aan den lokalen wetgever. Met andere woorden: niet de algemeene, maar

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1898 | | pagina 33