Bijlage No. 8. 4 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. begrooting van uitgaven ten behoeve harer administratie voor het volgend dienstjaar, naar de voorschriften van burgemeester en wethouders opgemaakt. De posten dezer begrooting mogen zonder machtiging van den gemeenteraad niet worden overschreden. Geene uitgaven mogen plaats hebben voor zaken, welke hare omschrijving in de begroeting niet vinden. Art. 16. De commissie van administratie draagt zorg voor ver zekering tegen brand van de gebouwen en de aanwezige panden, in verhouding tot de geschatte waarde daarvan, bij eene soliede maatschappij. De polissen worden aan burgemeester en wethouders ingezonden. Art. 17. Het bedrijfskapitaal bestaat uit a. het eigen fonds der bank, voortgesproten uit ma kingen en batige sloten der jaarlijksche rekeningen, voor zoover deze niet strekken tot aflossing van opgenomen gelden b. fondsen opgenomen van de gemeente, van andere instellingen of particulieren c borgtochten door ambtenaren in contant geld gesteld en in de kas der bank gestort. Van het bedrag der sub c vermelde sommen wordt aan de rechthebbenden eene jaarlijksche rente van 4 percent vergoed. Art. 18. De bank beoogt geen winst. Mocht over eenig jaar winst zijn gemaakt en deze niet moeten worden aangewend overeenkomstig het bepaalde bij artikel 20 van het Koninklijk Besluit van 31 October 1826, dan bepaalt de gemeenteraad, tenzij de omstandig heden toepassing mochten vorderen van artikel 19, 2e lid van genoemd besluit, welke bestemming daaraan zal worden gegeven ten bate der instelling. Art. 19. De inkomsten bestaan uit 1. de interesten door de pandgevers te betalen 2. het in het hulpkantoor te betalen administratieloon 3. de winsten, die de verkochte panden opleveren, voor zoover die niet door de rechthebbenden worden opgevorderd 4. de bij den verkoop te betalen verhooging van 5 °/0 voor onkosten. Art. 20. De interesten, door de pandgevers te betalen, bestaan uit a een bewaarloon van 2 cent per pand, bij vooruit betaling te voldoen b. eene rente bedragende per jaar voor panden: van 0.50 tot 50.—12 - 50.— - 100.—10 - 100.— - 150.—8 - 150.en daarboven6 °/0 De rente wordt voor alle panden berekend bij maanden en dagen, van den dag der beleening tot en met dien der lossing, volgens de daarvan op te maken interest-tabel. Indien de rente, voor eene beleening verschuldigd, min der bedraagt dan ééne cent, zoo wordt deze voluit aan de bank betaaltde breuken zijn wijders altijd ten voordeele van de bank, wanneer zij een vierde cent te boven gaan. Art. 21. Zij, die van het hulpkantoor gebruik maken, hetzij voor beleening, hetzij voor lossing, betalen een administratie- loon, bedragende voor ieder pand beneden een gulden waarde 0.02'/, en boven die waarde 0.05. Stoom Boek- en Steendrukkerij van Art. 22. De bank is voor het publiek op alle werkdagen geopend, met uitzondering van den dag, waarop de verkooping der niet afgeloste panden gehouden wordt en den daaraan voorafgaanden dag. De uren van opening en sluiting worden in de instruc tie voor de ambtenaren en beambten geregeld. Deze uren worden op voor het publiek zichtbare wijze aan de buitenzijde van het gebouw aangekondigd. Art. 23. De boeken en registers, in het belang der goede ad ministratie noodig, worden in de instructie voor de amb tenaren en beambten omschreven. Art. 24. De tot pand aangeboden voorwerpen worden voor de beleening door de daartoe aangewezen ambtenaren ge schat naar de wezenlijke waarde. Art 25. Aan den pandgever wordt een beleenbriefje uitgereikt, waarop vermeld worden de aard van het pand, de voor geschoten som, de dag der beleening en de geschatte waarde, voor het geval een minder bedrag genomen wordt, dan waarop het pand recht geeft. Een duplicaat-beleenbriefje, daarvan afgeknipt, wordt aan het pand vastgehecht. Art. 26. Het aan de pandgevers te verstrekken voorschot be draagt hoogstens voor goud en zilver 4/5, voor alle andere voorwerpen 2/3 der geschatte waarde. De pandgever zal evenwel een minder bedrag in voorschot kunnen ontvangen. Art. 27. De panden worden met de meest mogelijke zorg be waard, ten einde alle bederf of vermindering te voor komen. De bank is in geen geval verplicht, hooger bedrag dan de geschatte waarde der panden uit te keeren bij geheel verlies of beschadiging. Art. 28. Alle aanspraak op schadevergoeding is verloren, zoodra het pand, na gelost te zijn, buiten de kantoren der bank is vervoerd. Art. 29. Hij, die een beleend pand wil lossen, moet het be leenbriefje inleveren met betaling van het verstrekte voor schot en de verloopen rente. Art. 30. Ingeval van aangifte, dat een beleenbriefje is verloren of ontvreemd, zal de lossing aan den houder van dat briefje kunnen worden geweigerd. Indien aangever en hoi der zich niet tot eene minne lijke schikking kunnen verstaan, zal de eerste gehouden zijn, zich binnen vijf dagen na de aanvrage tot lossing bij gerechtelijke akte tegen de afgifte van het pand te verzetten, bij gebreke waarvan die afgifte aan den hou der van het briefje zal geschielen. Art 31. De veilingen van niet afgeloste of opnieuw belegde pan den worden iedere drie maanden in het openbaar, ten overstaan van een der leden van de commissie, gehouden. In de veilingconditiën wordt de bepaling opgenomen, dat de kooper boven den koopprijs 5 °/0 daarvan voor onkosten betaalt. Art. 32. Indien een geveild pand niet opbrengt de beleeningssom en verschenen rente, benevens, voor zooveel verschuldigd, het keurloon, kan het worden opgehouden, teneinde in de volgende veiling weder te worden aangeboden. Art. 33. Dit reglement treedt in werking op den In Juli 1900. N. Miedema Co. Leeuwarden. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. VOORSTEL van burgemeester en wethouders, naar aanleiding van een adres van de AlgemeeneTelephoon-Maatschappij voor heen Ribbink van Bork en Co. te Am sterdam tot wijziging van art. 5 sub II der concessievoorwaarden voor het nieuwe telephoonnet in deze gemeente, vastgesteld bij raadsbesluit van 10 Oc tober 1899. Aan den Raad der gemeente Leeuwarden. Mijne Heeren Bij ons is ingekomen een adres dd. 10 Maart 1900 van de Algemeene Telephoon-Maatschappij voorheen Ribbink van Bork en Co. te Amsterdam waarbij zij ons verzoekt aan den Raad der gemeente voor te stellen art. 5 sub II der concessievoorwaarden voor het nieuwe telephoonnet in deze gemeente, vastgesteld bij raadsbesluit van 10 October 1899te wijzigen zooals door haar met roode inkt is aangegeven nevens een door haar gemaakt afschrift van art. 5 sub II der bedoelde voorwaarden en welke wijziging betreft a. 't leggen der kabels op andere plaatsen b. het van meerdere draden voorzien der kabels r. het eenigszins wijzigen der constructiewaardoor de gewichten per meter lager worden. Deze wijziging staat gedeeltelijk in verband met de voorgenomene verplaatsing van het telephoonbureau van de voormalige hoofdwacht naar het huis aan de Eewal hoek Huijgensstraat door de maatschappij aangekocht van de weduwe de Vries. De Directeur der gemeentewerken heeft bij zijne mis sive dd. 26 Maart 1909 no. 246/48 hierop gunstig gead viseerd. Wij kunnen ons met het advies van den Directeur der gemeentewerken vereenigen en hebben alzoo de eer voor Ie stellen art. 5 sub II der concessievoorwaarden vastge steld bij Uw besluit van 10 October 1899 te wijzigen, en als volgt te doen luiden De verbindingen tusschen de abonnenten en de publieke spreekcellen eenerzijds en het centraalbureau anderzijds zoowel als tusschen dit en het rijkstelephoon- en telegraaf bureau moeten geschieden door dubbele geleidraden van brons of koper, ter dikte in diameter van 1.5 inM. voor de bovengrondsche geleidraden en van 0.9 mM. voor die in de ondergrondsche kabels, alle zonder grondverbindin- gen en zonder translatoren. Ondergrondsche kabels moeten worden aangelegd a. van het centraalbureau met 70 dubbeldraden; 1 naar de Korenmarkt met 63 dubbeldraden l naar de Nieuwe pijp met 49 dubbeldraden; 1 naar de Oude Waag met 35 dubbeldraden 1 naar de Gemeenteschool I met 28 dubbeldraden; 1 naar de Eebuurt1 naar de Oldehove. b van Gemeenteschool 1 met 14 dubbeldraden 1 naar het Stads Ziekenhuis. van de Korenmarkt met 49 dubbeldraden 1 naar het Amelandshuis. d. van het Amelandshuis met 21 dubbeldraden; 1 naar de Vlietsterbrug. e. van de Nieuwe pijp met 35 dubbeldraden 1 naai de Prins Hendrikbrug. van de Prins Hendrikbrug met 28 dubbeldraden 1 naar de Sophialaan. g. van de Oude Waag met 28 dubbeldraden 1 naar de Beurs. Waterkabels moeten worden gelegd in de navolgende grachten van 14 dubbeldraden 1 tusschen Camstraburen en Eebuurt1 tusschen Camstraburen en Eestraat1 dooi de gracht bij het Stads Ziekenhuis van 21 dubbeldraden 1 door de gracht bij de Vlietsterbrug1 door de gracht bij de Prins Hendrikbrug. De ondergrondsche kabels moeten zijn geconstrueerd als volgt De dubbele geleidingen bestaan uit één niet vertinde en één wèl vertinde koperdraad van 0.9 mM. dikte met /^Xvormig papier geïsoleerd dubbele katoenomspanning, een loodmantel van 3 mM. compound bewikkeling en dubbele armecring van bandijzer. De dikte van het gebezigde bandijzer moet zijn 1 mM., het gewicht der kabels zal ongeveer bedragen per 100 Meter voor de kabels met 14, 21, 28, 35, 49, 63 en 70 dubbeldraden respectievelijk 376, 437, 489, 550, 642, 723 en 774 kilogram waaraan voldoen de kabels geleverd door de firma Feiten en Guilleaume te Miihlheiin. De electrische constanten moeten zijn weerstand per kilometer bij 24° Celsius 30 Ohm. Isolatie weerstand per idem bij 24° Celsius 1000 megohm, minimaal-ladingscapaciteit bij 15° Celsius 0.045 microfarad. De waterkabels moeten naar verhouding ter beoordee ling van burgemeester en wethouders zwaarder geconstru eerd zijn. Leeuwarden, den 4 April 1900. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden A. RÖELL Voorzitter. P. A. BERGSMA Secretaris. Stoom Boek- en Steendrukkerij van N. Miedema Co. Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1900 | | pagina 33