Bijlage No. 19. 5G Bijlage tot het verslag dor handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1900. O s S Hoofdstuk XI. bp C OMSCHRIJVING DER UITGAVEN. Uitgegeven BEDRAG in 1899. 239 HOOFDSTUK XI. onvoorziene uitgaven. Art. 1. Fonds waaruit zoo noodig zullen kunnen worden aangevuld de sommen aangebracht bij Hoofdstuk II Afd. 1 Art. 1-3. II 1-4. III J> 1-3. V I -4. VII t> 1. VIII 1 en 2. IX 2. X 1-8 en 11-13. III I 1-12. II 1 en 3. III 2, 3, 5 en 6. IV 1-7. V 1-5. VI 2> 2-4. VII 1. VIII geheel. IV 2> 1 en 2. V 1-9. VI II 3, 5 en 7. III 1. IV 1-3 en 6-9. VII I 1, 3, 4-9. 11 1-5, 8, 10-20. III 1-3. 2> IV 1-4. V 1-3. VII 1-3. VIII I 1 en 4. III 1 en 2. IX III 1 en 2. Zoomede ter bestrijding van onvoorziene uitgaven GERAAMD BEDRAG voor 1900. 1901. 7 w v» MWfcu Mvyi uui'iiy £- ij 11 omschreven, onder inachtneming van het bepaalde bij artt. 2!4 en 215 der gemeentewet De stand der begrooting laat voor onvoorziene uit gaven de uitgetrokken som beschikbaar. Totaal van het Xlde Hoofdstuk VERZAMELING. 6710 6710 7030 7030 Totaal van het Iste Hoofdstuk Ilde lilde IVde Vde Vide Vilde VlIIste IXde Xde Xlde Totaal der Uitgaven BALANS. 32300 18121 352878 7127 8150 48310 280089 237463 5300 7030 996769 Gemeente inkomsten uitgaven. Waarschijnlijk saldo 996769 54 996769 15 39 50 65 15 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot wijziging van het plan van aanleg en indeeling van bouwterreinen gelegen aan het Nieuwe Kanaaltot wijziging van de bepalingen betreffende de uit gifte, tot aanleg en rioleering van stra len, en tot pubiieken verkoop van Blok IV. Aan den Raad der gemeente Leeuwarden. Mijne Heeren In uwe vergadering van 11 October 1898 werd beslo ten tot den aankoop van twee perceelen weiland gelegen ten noorden van Blok I der bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal. Door deze eigendomsverkrijging is de gemeente in staat gesteld aan dat bouwblok een betoren vorm tegeven. Nu toch kan de grenssloot getrokken worden van af de noord oosthoek van het reeds verkochte gedeelte van Blok I oostwaarts evenwijdig aan de Emmakade, waardoor eene gelijkmatige diepte voor die terreinen wordt verkregen. Het komt ons voor, dat het tijdstip om tot deze wijzi ging van het in 1896 vastgestelde grondplan over te gaan, thans is aangebroken vooreerst omdat de huurtijd van het bedoelde weiland op 12 November 1900 zal zijn ver streken en ten anderen omdat met vreugde kan worden geconstateerd dat de aanvragen om bouwterrein daar ter plaatse in den laatsten tijd vrij talrijk bij ons inkomen. Bij wijziging van het grondplan moet echter niet uit sluitend liet oog worden gericht op eene verbetering van den vorm van Blok Idoch moet tevens worden gelet op de omstandigheid, dat het ten noorden van het bouw blok gelegen weiland mettertijd wellicht mede als bouw terrein zal kunnen worden geëxploiteerd. Daartoe is hot noodig een stratenplan op dat weiland te projecteeren. Naar onze meening moet ten opzichte hiervan worden gehandeld, zooals met het terrein ten oosten van Blok X is geschied bij uw besluit van 14 November 1899 n. 1. in beginsel moet worden besloten welke de richting zal zijn van den op dat terrein geprojecteerden wegterwijl in elk geval de uitvoering wordt uitgesteld totdat te zijner tijd de Raad besluit ook hier terrein uit te geven en alsdan door verkoop van meerdere bouwperceelen de wegenaanleg noodzakelijk zal zijn geworden. Door den op de hierbij overgelegde teekening aangege ven weg A, B, C, D, E, meenen wij eene goede verdee ling van dat terrein te hebben gekregen, terwijl bovendien Blok II een voor de bebouwing veel gunstiger vorm zal ontvangen. Moet om de aangevoerde redenen het grondplan voor de bebouwing van terreinen aan het Nieuwe Kanaal wor den gewijzigdvoor zooveel Blok I betreftzoo achten wij het dienstig ook op andere punten veranderingen aan te brengen. Zoo meenen wij, dat de terreinen van Blok VI veel meer gegadigd zullen worden indien de op de overgelegde tee kening geprojecteerde wegen K, L, N, en M, L, worden aangebracht op het grondplan. Ook van deze straten gelde echter hetgeen boven is gezegd, n. 1. dat slechts in beginsel tot den aanleg moet worden besloten, terwijl de uitvoering eerst zal geschieden indien de behoefte daaraan zal zijn gebleken. Het U voorgelegde plan tot wijziging van het grondplan bracht mede, dat „de bepalingen omtrent de wijze, waarop en voorwaarden, onder welke ter bebouwing worden uit gegeven de terreinen uitmakende de blokken I—IX van het grondplan voor de uitbreiding van het bebouwd ge deelte der gemeente Leeuwarden, gelegen ten noorden en ten zuiden van het Nieuwe Kanaal tusschen de beide daarover leggende bruggen" op menig punt tevens moeten worden herzien. Dit gaf ons aanleiding die bepalingen en voorwaarden in hun geheel aan eene rivisie te onderwerpen, waarbij het ons doelmatig voorkwam in hoofdzaak de bestaande voorschriften te behoudenzij het met hier en daar ge wijzigde redactie en met eene andere groepeering der artikelen. Wij hebben de eer het desbetreffend ontwerp hierbij aan Uwe goedkeuring te onderwerpen. Eindelijk komen wij nog tot U met een voorstel tot publieke verkooping der terreinen op de teekening aange duid als Blok IV. Reeds vroeger zijn er in den Raad stemmen opgegaan om zoo nu en dan eens eenige terreinen in publieke vei ling te brengen. Waar nu de ten vorigen jare met Blok X genomen proef een niet ongunstig resultaat heeft gehad, daar zijn wij van oordeel dat het thans goed zoude zijn het aan de Noordzijde van het Nieuwe Kanaal gelegen Blok IV thans ten verkoop aan te bieden. Mocht het blijken dat een zoodanige prijs kon worden verkregen, dat gunning der perceelen kan volgen, dan zul len de op de teekening aangewezen straten F, G en F, H door de gemeente moeten worden aangelegd. In het ontwerp der voorwaarden van veiling zijn bijna woordelijk overgenomen die van de verkooping van Blok X. Al deze voorstellen met bijlagen zijn in handen gesteld uwer commissie voor openbare werken. Bij missive van 1 October 1900 heeft die commissie ons gerapporteerd dat zij tegen de verschillende voorstel len geen bedenkingen heeft. Onder overlegging van en verwijzing naar de op deze voorstellen betrekkelijke stukken hebben wij derhalve de eer u voor te stellen te besluiten 1. met intrekking van het bij Raadsbesluit van 2 Maart 1896 goedgekeurde plan van aanleg en indeeling van bouwterreinen voor zooverre die zijn gelegen aan de noordzijde van het Nieuwe Kanaal voor deze terreinen een nieuw grondplan vast te stellen overeenkomstig de overgelegde teekening; 2. met intrekking van de bij besluiten van den Raad van 14 April 1896, van 28 December 1897 en van 11 April 1899 vastgestelde bepalingen en voorwaarden voor de uitgifte van de Blokken IIX dier bouwterreinen, vast te stellen de hierbij overgelegde „Bepalingen be treffende de uitgifte van bouwterreinen gelegen aan het Nieuwe Kanaal en toebehoorende aan de gemeente Leeu warden" 3. tot het aanleggen en rioleeren van de op het grond plan aangeduide straat A, B, waarvan de kosten zijn ge raamd op ƒ1900; 4. tot den pubiieken verkoop van de op het grondplan in Blok IV gelegen terreinen op de hierbij overgelegde voorwaarden 5. bij gunning der in publieke veiling gebrachtte sub 4 bedoelde perceelen, tot aanleg en rioleering op kosten der gemeente van de op het grondplan aangeduide straten F, G en F, H waarvan de kosten zijn geraamd op ƒ2912.— 6. in beginsel te besluiten tot den aanleg en rioleering van de op het grondplan aangeduide straten B, C, D, E; K, L, N en M, L. Leeuwarden 9 October 1900. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden A. RÖELLBurgemeester. P. A. BERGSMA Secretaris. Stoom Boek- en Steendrukkerij van N. MIEDEMA Co. Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1900 | | pagina 81