UI i i RliKSEL uit het besluit tot heffing
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1901.
3
6e klasse
7e
van
11
800 tot beneden 900
900 1000
der belasting op het inkomen ten behoeve der ge
8e
11
1000
17
1200
meente Leeuwarden van den 14 September 1876
9e
17
1200
17
1400
goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 7 December
10e
77
1400
11
1600
1876 no. 16zooals dat laatstelijk is gewijzigd bij
lie
71
1600
77
1900
raadsbesluit van 23 Januari 1894 no. 12, goedgekeurd
12e
11
1900
77
2200
bij Koninklijk besluit van 19 Februari 1894 no. 24.
13e
77
2200
'7
2500
14e
17
2500
11
2800
Art. 1.
15e
77
2800
77
3200
Ten behoeve van de gemeente Leeuwarden wordt
16e
77
3200
77
3600
jaarlijks eene directe belasting op het inkomen ge
17e
77
3600
77
4000
heven.
18e
77
4000
77
4500
Art. 2;
19e
77
4500
77
5000
Deze belasting wordt geheven van alle mannen en
20e
77
5000
77
5500
vrouwen, gehuwden en ongehuwden, eigen inkomsten
21e
77
5500
77
6000
hebbende, die in deze gemeente hun hoofdverblijf hou
22e
77
6000
77
6750
den of verblijven en wier jaar lij ksch inkomen gerekend
23e
77
6750
77
7500
wordt vier honderd vijftig gulden of meer te bedragen.
24e
77
7500
77
8250
Art. 3.
25e
77
8250
77
9000
26e
11
9000
11
10000
Als grondslagen voor de berekening van het jaar-
27e
10000
11000
lijksch inkomen van elke belastingschuldige worden
28e
11
11000
77
12000
aangenomen
29e
12000
11
13000
a. de loonen of bezoldigingen wegens verstrekten
30e
13000
7 7
14000
arbeid of dienst genoten wordende
31e
14000
11
15000
b. de opkomsten van bezittingen en kapitalen
32e
15000
11
16000
c. de uitkeeringentoelagen of voordeelen van
33e
11
16000
11
17000
welken aard ook, onverschillig of die in geld of
34e
17000
18000
in natura worden genoten
35e
11
18000
1
19000
d. de winsten van handel of bedrijf.
36e
11
19000
11
20000
Een en ander onder aftrek der aan het bezit of
37e
11
20000
11
22000
het verkrijgen dier inkomsten verbondene periodieke
38e
22000
24000
uitgavenonderhoudskosten lasten en belastingen
39e
24000
11
26000
alsmede van de uitkeeringen aan meerderjarige uit
40e
26000
11
28000
wonende bloedverwanten in de op- en neergaande linie.
41e
28000
11
30000
Onder lasten en belastingenin de vorige alinea
42e
30000
32000
bedoeld, worden niet begrepen de aanslagen in de van
43e
7 7
32000
34000
rijkswege geheven wordende vermogensbelastingbe
44e
34000
36000
lasting op bedrijfs- en andere inkomsten en personeele
45e
7 7
36000
38000
belasting, wat de laatste betreft met uitzondering van
46e
11
38000
40000
dat gedeelte van den aanslagdat geheven wordt
47e
40000
43000
wegens voorwerpen, rechtstreeks bestemd en dienende
48e
43000
46000
voor de uitoefening van het beroep of bedrijf.
49e
46000
77
49000
Als vermoeden van belastbaarheid, onverminderd
50e
49000
11
52000
de bevoegdheid van den aangeslagene tot tegenbewijs,
51e
52000
55000
geldt het bewonen als eigenaar, huurder of gebruiker
52e
55000
11
58000
van eene woning, waarvan de werkelijke huurwaarde
53e
58000
11
61000
op minstens ƒ1.75 per week kan worden geschat.
54e
77
61000
77
65000
Art. 4.
55e
77
65000
77
69000
Ieder belastingschuldige wordt op het kohier naar
56e
77
69000
77
73000
zijn vermoedelijk inkomenin eene der navolgende
57e
77
73000
77
77000
klassen gerangschikt.
58e
77
77000
77
81000
Ie klasse van 450 tot beneden 500
59e
77
81000
77
85000
2e 500 550
60e
77
85000
77
89000
3e 550 600
61e
77
89000
77
93000
4e 600 700
62e
77
93000
77
97000
5e 700 800
63e
77
97000
77
101000