Bijlage IXo. 16.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden.
Aan den Raad.
Door den voorzitter onzer commissie werd bij ons aan
gebracht een door een tiental ingezetenen van Stiens
onderteekend, aan U gericht verzoekschrift van IJ. IJ.
Elsinga aldaar, strekkende om hem vrijstelling te verleenen
van de naleving van het voorschrift van art. 86 der ver
ordening, houdende algemeene bepalingen van politie
(Gemeenteblad No. 18 van 1896), waarbij, onder anderen,
straf is gesteld tegen den bestuurder van een door of
met behulp van één of meer honden getrokken of voort
bewogen kar of ander voertuig, die niet nevens of achter
dit voertuig loopt.
Als reden van het verzoek geeft de adressant op, dat hij
sedert jaren niet in staat is, den kost te verdienen, daar hij,
hoewel geheel gezond, zoo weinig kracht in de beenen
heeft, dat hij slechts over een kleinen afstand kan loopen.
Nu is hem aangeboden, iets te verdienen met het over
brengen van de Leeuwarder Courant van Leeuwarden
naar Stiens, waarvoor hij een klein hondenkarretje zou
wenschen te gebruiken, dat hij, er op zittende, dan zou
bestieren.
Al dadeljjk meenen wij uwe aandacht er op te moeten
vestigen, dat het verleenen van vrijstellingen, inge
volge de voormelde verordening, krachtens haar art. 101,
behoort niet aan den raad, maar aan burgemeester en
wethouders. Vrijstelling van de bepaling van art. 86 is
echter bij genoemd artikel niet toegelaten.
Hieraan ware nu wel tegemoet te komen, door art. 86
in genoemd artikel op te nemen. Wij vreezen echter,
dat burgemeester en wethouders dan zóóveel verzoeken
om vrijstelling van de bepaling van dit artikel zouden
ontvangen, dat het inderdaad voor hen moeilijk zou kun
nen worden, telkens een goed gemotiveerde beschikking,
hetzij tot toewijzing, hetzij tot afwijzing, te nemen.
Er is evenwel een ander middel, om aan adressants
bezwaar, waarvoor wij wel iets voelen, tegemoet te komen.
Het zou dan tevens ook den bestuurders van andere
hondenkarren ten goede komen.
De bepaling van art. 86 is gemaakt in het belang van
de openbare orde (openbare veiligheid), krachtens art. 135
der gemeentewet.
Sedert echter de Noord-Friesche lokaalspoorweg, van
Leeuwarden af, in exploitatie is, wordt ook het gedeelte
gedeelte gemeente-weg, dat van de „Groote Bontekoe"
tot Leeuwarden, dat adressant in zijn verzoekschrift
noemt, veel minder dan vroeger met rijtuigen be
reden. Het gevaar, dat hondenkarren voor paarden
en dus ook voor de in de rijtuigen gezeten menschen
opleveren, is hierdoor niet weinig verminderd.
Hetzelfde geldt voor den straatweg van Leeuwarden
naar Marssum, sedert het bestaan van den stoomtramweg,
misschien voor meer buiten de grachten gelegen wegen
of gedeelten van wegen.
Naar ons voorkomt, zou er daarom geen bezwaar tegen
bestaan, art. 86 aan te vullen met een bepaling, waarbij
aan burgemeester en wethouders, die uit den aard der
zaak geheel op de hoogte van de plaatselijke toestanden
zijn, de bevoegdheid wordt toegekend, wegen of gedeelten
van wegen aan te wijzen, waarop art. 86 niet van toe
passing is.
Wij brengen in herinnering, dat voor burgemeester en
wethouders soortgelijke bevoegdheid reeds in andere
artikelen der verordening is opgenomen, onder anderen
in art. 67 (aanwijzing van terreinen voor het plaatsen
van rij- en voertuigen) en in art. 82 (het geven van
voorschriften omtrent het in- en uitrijden van straten).
Wij hebben daarom de eer U voor te stellen, te nemen
het volgende besluit
De raad der gemeente Leeuwarden,
Overwegende, dat er wenschelijkheid bestaat tot aan
vulling van art. 86 der verordening, houdende algemeene
bepalingen van politie voor de gemeente Leeuwarden
(Gemeenteblad No. 18 van 1896);
Gezien art. 135 der Gemeentewet
Besluit
Aan voormeld art. 86 toe te voegen het volgende
tweede lid
Burgemeester en wethouders kunnen wegen of gedeelten
van wegen, gelegen buiten de grachten, aanwijzen, waarop
de bepaling van het eerste lid van dit artikel niet van
toepassing is.
Aldus vastgesteld den 1901.
Leeuwarden, 9 Juli 1901.
De commissie voor het ontwerpen
van strafverordeningen
A. RÖELL.
A. DU PARC.
Van KETWICH VERSCHUUR,
C. BEEKHUIS.
A MENALDA Hz.
Stoom ISoek- en Steendrukkerij van N. MIEDEMA Co. Leeuwarden,