I Volg-
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden.
VRAGEN.
ANTWOORDEN.
Inummer.
Hoe de regeling is bij
de vaste werklieden.
Bij die aan werken in
eigen beheer.
Bij de aanbestede
werken.
7.
Stukwerk.
I Wordt weinig toege
past.
J
Wordt zooveel moge
lijk toegepast met pre
mie voor goed werk.
Wordt hier in Leeu
warden zeer tot nadeel
van de werkgevers en
werknemers door deaan-
nemers zeer weinig toe
gepast, althans bij ge
meentewerken.
8.
Toepasselijkheid op
onderaannemers.
Zie de bestekken.
9.
Toepasselijkheid der
bepalingen op werklie
den der Hoofdaannemers
buiten het werk.
Zie de bestekken.
10.
Onderdeelen van het
werk binnen de gemeen
te uit te voeren.
Is niet voorgeschre
ven.
11.
Omschrijving van het
werk.
Is niet geleverd.
12.
Controle op de nale-
ving.
Zie de bestekken en
de lijsten.
13.
Gevolgen van over
treding.
Boete van één tot 25
gulden voor elk feit.
14.
Bepalingen in onder-
houdsbestekken.
Komen niet voor. De
moeilijkheid van toe
passing bij deze werken
zit voornamelijk in den
zeer korten tijd, die een
werkman bij de daarvoor
gevolgde wijze van on
derhoud der gemeente
gebouwen werkzaam is.
a.
Op de inschrijvings
prijzen.
Zij zijn verhoogd door
de toepassing, maar daar
zij alleen de loonen be
treffen en deze meestal
ten hoogste gedeelte
aannemingssommen be
dragen, is de verhooging
daarvan slechts gering.
h.
Invloed op het gehal
te van het werk.
Door de wering van
goedkoope en van slechte
arbeiders, zal theoretisch
het gehalte van het
werk beter moeten wor
den. 't Is evenwel niet
merkbaar geweest.
c.
Invloed op den alge-
meenen plaatselijken
loonstandaard.
Mij onbekend.
d.
Algemeen oordeel over
de werking der bepa
lingen.
Mij onbekend.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden.
33
Nu de Directeur zijne antwoorden niet alleen bepaald
heeft tot de werklieden in indirecten dienst der gemeente,
schijnt het de commissie wel wenschelijk, het overzicht
omtrent werktijd en loon, enz., ten opzichte der werklieden
in directen dienst nog wat uit te breiden door aan het
rapport van den Directeur nog toe te voegen de staten
van den werktijd per dag voor de werklieden aan den
stadstimmerwinkel, en voor de plantsoenarbeiders en de
wegwerkers, gelijk die voorkomen in de instructie voor
die werklieden. Èn het verband, dat tusschen beide soor
ten bestaat, èn de nuttigheid van een geheel overzicht
omtrent werktijd en loon enz. van alle werklieden in dienst
der gemeente achtte de commissie wel van zooveel belang,
dat zij ten opzichte van Leeuwarden zich die toevoeging
veroorloofde.
INSTRUCTIE van de vaste werklieden bij de
gemeentewerken te Leeuwardenbe
doeld in art. 2 van het besluit van bur
gemeester en wethouders van 18 Augus
tus 1900 (Gem. blad No. 23).
Art. 1.
De werklieden houden zich stipt aan de regeling hunner
werkzaamheden, zooals deze door den Directeur is of zal
worden gemaakt en voldoen steeds aan de verdere op
drachten, die hun door hem of in zijn naam door den
hoofdopzichter of de opzichters worden verstrekt.
Art. 2.
Zij zullen steeds tijdig aanwezig zijn op de plaatsen,
waar en de tijdstippen waarop zij volgens de vast
gestelde regeling of de nader te geven orders met de hun
opgedragen werkzaamheden een aanvang moeten maken.
Ingeval zij door ziekte of ander lichamelijk letsel ver
hinderd worden hunne werkzaamheden te verrichten, geven
zij daarvan dadelijk en zoo mogelijk vóór den aanvang van
den arbeidsdag kennis aan den Directeur en aan den met
hunne leiding belasten opzichter.
Gedurende den werktijd mogen zij zich niet zonder toe
stemming van den directeur of evenbedoelden opzichter
van het hun opgedragen werk verwijderen.
Art. 3.
Do gewone arbeidsdag is voor de verschillende werklieden
geregeld bij de aan deze instructie gehechte staten gemerkt
A-D.
Art. 4.
Wanneer de Directeur dit noodig oordeelt, moeten de
werklieden ook buiten de voor hen vastgestelde werkdagen
en werkuren hunnen gewonen arbeid verrichten tegen de
daarvoor door burgemeester en wethouders vastgestelde
vergoeding.
Ook kunnen door den Directeur aan de werklieden zoo
wel in als buiten hun gewonen werktijd werkzaamheden
ten behoeve der Gemeentewerken worden opgedragen, welke
niet tot hun gewone werk behooren.
Moeten die werkzaamheden buiten hun gewonen werk
tijd wordeu verricht, dan geschiedt dit tegen het daarvoor
door burgemeester en wethouders vastgestelde loon.
Art. 5.
Ter verkrijging van de door de werklieden te verwerken
materialen, vervoegen zij zich tijdig bij den hun aangewezen
opzichter.
Zij zijn in het gebruik daarvan zoo zuinig mogelijk en
geven zonder bepaalde orders of voorkennis van den Direc
teur of den hun aangewezen opzichter geene bouwstoffen
of voorwerpen af.
Art. 6.
De werklieden moeten het hun vanwege de gemeente
verstrekte gereedschap met zorgvuldigheid gebruiken en
van elk gebrek daaraan kennis geven aan den daarmede
belasten hoofdopzichter.
Art. 7.
Het is den werklieden uitdrukkelijk verboden, iets wat
aan de gemeente behoort, ten eigen bate, te gebruiken of
aan anderen af te staan, noch ter leen noch in eigendom.
Art. 8.
Het is hun mede verboden middellijk of onmiddellijk
deel te nemen aan pachten, leveringen en aannemingen,
rechtstreeks of zijdelings ten behoeve van de gemeente
of van gemeentelijke instellingen, alsmede om geschenken,
in welken vorm ookdie hun wegens hunne bediening
worden aangeboden, aan te nemen.
Gedurende den voor hen vastgestelden werktijd mogen
zij geene andere betrekking of bediening waarnemen of
voor anderen werkzaamheden verrichten.
Deze bepaling is niet van toepassing op de thans in
dienst zijnde werklieden aan wie door burgemeester en
wethouders is vergund tevens een andere betrekking of
bediening waar te nemen.
Art. 9.
De werklieden zijn verplicht hunne taak met ijver en
nauwgezetheid te vervullen.
Gedurende den werktijd zullen zij zich hebben te ont
houden van het gebruik van sterken drank, ook al wordt
die hun als' geschenk aangeboden.
Dronkenschap, en in het algemeen misbruik maken van
sterken drank buiten dienst, zal mede aanleiding geven
tot schorsing of tot een voorstel tot ontslag.
Art. 10.
In de maand Januari van elk jaar zal door den Direc
teur omtrent het gedrag, den ijver en de geschiktheid
van eiken werkman een schriftelijk rapport aan burge
meester en wethouders worden uitgebracht.
Art. 11.
Een uittreksel uit het besluit van burgemeester en wet
houders van 18 Augustus 1900 (Gem. blad. no. 23.) wordt
ter kennisneming en, voor zoover betrekkelijk, tot naleving
door de werklieden bij deze instructie gevoegd.
Art. 12.
Deze instructie kan ten alle tijde worden gewijzigd.
Een exemplaar dezer instructie en van de eventueel
daarin te brengen wijzigingen zal aan eiken vasten werk
man worden uitgereikt.
Vastgesteld door mij, Directeur der Gemeentewerken, te
Leeuwarden den 9 October 1900.
W. C. A. HOEKAMP.
Goedgekeurd door ons, burgemeester en wethouders van
Leeuwarden, bij besluit van den 20 October 1900 No. 9.
A. RÖELL, Burgemeester.
P. A. BERGSMA Secretaris.