4
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1902.
genot der inkomsten niet kan worden toegepast,
naar dien korteren duur of naar het vermoedelijk
bedrag der inkomsten.
Art. 8.
Voordeelen, die niet in geld worden genoten, als
vrije woning, vrije kost en dergelijke, worden voor
het berekenen van het inkomen op hunne gelds
waarde geschat.
Winsten of verliezen ontstaan enkel uit belegging
van kapitalen in fondsen of goederen, anders dan
in de uitoefening van beroep of bedrijf, komen voor
de berekening van het inkomen niet in aanmerking.
Art. 9.
Van het totaal bedrag van het overeenkomstig
art. 6 berekend inkomen kunnen worden afgetrokken',
de interessen van opgenomen kapitalen
de grondbelasting, daaronder de opcenten begrepen,
de polder-, waterschaps- en dergelijke lasten op de
onroerende goederen rustende, benevens de kosten
van gewoon onderhoud en brandassurantie van ge
bouwde eigendommen
dat gedeelte van de personeele belasting en opcen
ten, dat wordt geheven van perceelen of perceels
gedeelten, uitsluitend dienende tot de uitoefening van
het beroep, met uitzondering van kantoren, die bij
de wet op de personeele belasting niet zijn vrijgesteld
de bureaukosten en andere noodzakelijke uitgaven
verbonden aan de betrekking, voor zoover die be
streden moeten worden uit en begrepen zijn in de
bezoldigingen, tractementen en salarissen
verschuldigde lijfrenten
de verplichte korting op de tractementen, inge
houden ter bekoming van eigen pensioen en weduwen-
en weezenpensioen
de premiën voor levensverzekering, voor pensioen,
ot voor lijfrenten, tot een bedrag van ten hoogste
5 o|0 van hot totaal zuiver inkomen van den belasting
plichtige, doch in geen geval rneer dan f 100;
de krachtens rechterlijk vonnis of testamentaire
bepaling verschuldigde periodieke uitkeeringen
de periodieke uitkeeringen of giften aan uitwonende
meerderjarige bloedverwanten of aangehuwden in de
rechte lijn en de uitgaven ten behoeve van de echt.
genoot of kinderen, ten laste van den belasting
plichtige zijnde, die wegens krankzinnigheid of ten
gevolge eener chronische ziekte buiten de gemeente
verpleegd \vorden, doch gezamenlijk ten hoogste tot
een derde van het totaal zuiver inkomen van den
belastingplichtige.
Art 10.
De rangschikking in eene der bij art. 4 vastge
stelde klassen geschiedt naar den toestand op 1
Januari van het betrekkelijk dienstjaar ten aanzien
van hen, die op dat tijdstip belastingplichtig zijn
en ten aanzien der overige belastingplichtigen naai
den toestand op het tijdstip, waarop zij belasting
plicbtig zijn geworden.
Art. 11.
Jaarlijks vóór den 15 Februari wordt door burge
meester en wethouders een kohier opgemaakt en aan
den raad ingediend, waarop zijn gebracht de per.
sonen, die met 1 Januari van het dienstjaar volgens
art. 3 belastingplichtig zijn.
Personen, die, ofschoon met 1 Januari belasting,
plichtig, door eenig verzuim niet op dat kohier
mochten voorkomen en zij, die in den loop van het
dienstjaar belastingplichtig worden, worden op sup-
pletoire kohieren gebracht.
Art. 12.
Het primitief kohier wordt, na indiening bij den
raad in de afdeelingen, waarin de raad is verdeeld,
onderzocht, en na ontvangst van het verslag van
het onderzoek door hem vastgesteld.
Art. 13.
Bezwaarschriften tegen den aanslag, als zijn be
doeld bij art. 265 der gemeentewet, worden in han
den gesteld van eene commissie van drie leden, door
den raad telkens voor één jaar te benoemen, en wel
uit elke der drie afdeelingen één ten einde die te
onderzoeken en daarover advies uit te brengen.
Is het bezwaarschrift gericht tegen een beweerden
te hoogen aanslag en bevat dit naar het oordeel der
commissie geene of geene duidelijke of volledige op
gaven voor de beoordeeling van de gegrondheid der
reclame, dan heeft de commissie de bevoegdheid aan
den reclamant te zenden een formulier ter invulling
van de opgaven voor het berekenen van het zuiver
inkomen, volgens de bepalingen van de artt. 7, 8 en 9.
Dit formulier wordt door den raad vastgesteld.
Indien de reclamant daartoe bij zijne reclame of
bij de terugzending van het formulier het verlangen
heeft te kennen gegeven, wordt hij door de com
missie mondeling gehoord.
Ook kan de commissie den reclamant uitnoodigen,
zijne bezwaren of de bij voormeld formulier gedane
opgaven nader mondeling toe te lichten.
Art. 14.
Op de aanslagen van hen, die in den loop van het
dienstjaar komen te overlijden, wordt afschrijving
verleend voor zooveel twaalfde gedeelten als na de
maand, waarin het overlijden heeft plaats gehad
nog maanden van het dienstjaar over zijn.
De afschrijvingen van belasting deswege, alsmede
van die van personen, welke in den loop van het
dienstjaar hun hoofdverblijf elders vestigen, of na
afloop van het dienstjaar blijken niet te vallen onder
art. 245, 2e, Se of 4e lid der gemeentewet, geschie
den door burgemeester en wethouders, behoudens
beroep op den raad.
Bij de aanvragen om afschrijving moet door den
belanghebbenden worden overgelegd het betrekkelijk
aanslagbiljet of een duplicaat daarvan, waaruitmoet
blijken, dat het verschuldigde is aangezuiverd.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1902.
LIJST van de aapgeslagepep op bet I^olper van dep boofdelijkep orpslag
tep behoeve der gemeente Leeuwarden, over bet dienstjaar 1902,
WOONPLAATS.
NAMEN
WOONPLAATS.
NAMEN
d
r—i
bp
"o
Straat.
No.
StrEicVfc»
No.
1
Amelands
15
Dobma, C
48
Tuinen
15
Geubels, J. P.
13
2
straat.
17
Gerbens, H. E.
49
17
van der Veer, A.
3
29
Pool, M.
M., wed. van dei
4
45
Turksma, L M.
Steen
6
5
Baljeebuurt.
40
Kalma, J. K.
2
50
17
van der Steen, P. D.
2
6
50
Aukes, A. J.
15
51
19
Vossenberg, B.
10
7
50
de Wit, A. J.
5
52
19
Vossenberg, C. E.
2
8
50
de Roever, L. J. A.
5
53
19
Swart, J.
8
9
56
Sperling, F.
6
54
21
Jonger huis, G.
4
10
58
Sterk, Anna
1
55
23
Beintema, IJ.
12
11
58
Arends, H.
1
56
27
Rolf von den Bau-
12
Catharinabrt.
1
Wielenga, S.
2
men, F. W.
24
13
Hoekster
Achterom.
60
Bakker, J.
1
57
27
Rolf von den Bau-
men, F. H. J.
2
14
Hoeksterend.
370
de Ronde, J. C. W.
17
58
29
Pieterson, B.
17
15
372
Havekes, J. W.
1
59
29
Dijkstra, Reino
6
16
Hoekster-
9
Meisje, B.
5
60
29
Dijkstra, Janke
6
17
Kerkhof.
12
Kramer, A.
1
61
7)
31
Overdijk, T.
2
18
Hoeksterpad.
20«
Huizinga, B.
10
62
33
van der Zee, H. A.
6
19
4
Feenstra, K.
4
63
35
Jongbloed, C.
14
20
8
de Bruin, H. H.
2
64
37
Hommes, H.
12
21
12a
Sterk, W.
1
65
37
Hommes, G. H.
17
22
12a
Sterk, J.
5
66
39
Boswijk, H.
4
23
14a
Smid, A.
4
67
39
Dijkstra, Fockje
1
24
20
Jielof, C.
1
68
39
Dijkstra, IJpkje
9
25
Nieuwekade.
60
van Krugten, H.
6
69
39
Marwitz, Grietje
8
26
62
Minses, J.
6
70
41
Stienstra, D.
5
27
62
de Vries, D.
8
71
43
ten Brink, B. E.
14
28
64
van der Leeuw,
72
43
Feitz, J. L.
12
G. R.
4
73
Voorstreek.
278
Feteris, J.
14
29
70
Meere, R.
5
74
278
van der Maaten,
30
72
Spieksma, H.
2
Antje
1
31
72
van 'tHull, J. G. W.
8
75
280
van der Weide, J.
11
32
88
Arends, J.
3
76
71
280
van Valkenburg,
33
96
Swart, D. R.
5
Gosina P.
7
34
124
van der Weide,
77
H
282
Gratama, T.
40
A. 0.
3
78
282
Gratama, A.
10
35
Pijpbakkers-
steeg.
16
Dorenstouter, J.
3
79
284
Blauwstra, J. A. M.
C., wed. ten Brink
12
36
Tuinen.
1
van Erp, W.
8
80
304
Koopmans, G.
7
37
1
Hulscher, II.
5
81
304
Vermeulen, T,
9
38
3
Schroder, D. C.
10
82
306
Faas C. C.wed.
39
5
van der Veen, J.
12
van der Werff
3
40
7
Schuurhof, J.
5
83
308
van der Werff, J. J.
11
41
7
Gerritsma, S. T.
4
84
310
Bokma, F. K.
16
42
9
de Vries, C
6
85
310
Zeephat, H.
11
43
11
Niekus, C. J., wed.
86
312
van Wigcheren, P.
10
Geestman.
6
87
312
Veldkamp, J.
13
44
11
Geestman, P. C. G.
3
314
Hamers, C. A.
1
45
13
Wijnants, J. J.
10
89
320
Meijer, J. M.
4
46
13
Bosma, A.
9
90
322
Koolstra, P.
7
47
13 |Bosma, J.
6
91
i
324
Lautenbach, D.
1
6
W ij k A.
Klasse van
i
Klasse van
raugschikkiug
o
g
bp
o
rangschikking
DER
Belastingplichtigen.
door
DER
Belastingplichtigen.
door
B. en W-
den
Raad.
B. enW.
den
Raad.
77
p
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
7?
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
7?
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
77
79
77
i
77
i
77
77
77
77
I 88
77
7?
77
77
77
7?