a. De beschikbaar gebleven som voor nog uit te voeren werken aan het Nieuwe Kanaal /"8685.— b. De som voor het eventueel maken van een dam in de Potmarge ad. 4000. Opcenten op de hoofdsom der grondbelasting. Opcenten op de hoofdsom der rijks personeels belasting. x mm- f 207000.- Belasting op de honden. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1902. Hooedst k s i- S Hoofdstuk II. 4° Afdeeling i I en II. OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN. Ontvangen BED R A G in 1901. GERAAMD BEDRAG YOOR 1902. 1903. HOOFDSTUK I. ontvangsten wegens vroegere diensten. 1 Art. 1. Batig slot der door den gemeenteraad geslotene rekening over het dienstjaar 1901 (zoover daaraan niet reeds een bepaalde bestemming is gegeven) De gemeenterekening over 1901 sluit met een saldo van f 60638 92. Het is wenschelijk hiervan op de begrooting voor het dienstjaar 1902 over te brengen: c. Het nog niet uitgegeven bedrag der schenking van de onderlinge brand waarborgmaatschappij te Leeuwarden voor aankoop van brandbluschmidde- lenf 14186 10. I- Samen f 26871.10. Het resteerend bedrag ad f 33767,82 is als eerste post op de begrooting uitgetrokken. Totaal van het Ie hoofdstuk f HOOFDSTUK II. opbrengst van de plaatselijke belastingen. 33657 65 33657 65 24497 101 s Art. 1. 2. AFDEELING I. 40 opcenten op de hoofdsom der belasting op de gebouwde eigendommenf 10 opcenten op de hoofdsom der belasting op de 21778 95 ongebouwde eigendommenf Volgens het kohier dienst 1902 bedragen de ge- meente-opcenten op de grondbelasting over dat jaar, wat de gebouwde eigendommen betreft, f 21293,65 en die der ongebouwde eigendommen, f 926,35 De raming is, gelijk vroeger, gebaseerd op de opbrengst over het loopende jaar. De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van 7 November 1865, goedgekeurd bij Koninklijk be sluit van 12 December d.a.v. 33767 82 20852 75 926 Art, 1. Totaal der Ie afdeeling f AFDEELING II. 50 tot 70 opcenten op de hoofdsom der personeele belasting f De gemeente-opcenten bedragen volgens de vast gestelde kohieren van 1902 tot nu toe f 55870.19 In verband hiermede en in aanmerking nemende het vermoedelijke bedrag der suppletoire kohieren zoomede de opbrengst over 1901, is voor 1903 uit getrokken eene som vanf 57000.— De raming voor 1902 was niet jutét. De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van 13 November 1897, goedgekeurd bij Koningklijk be sluit van den 29 December 1897 No. 38. Totaal der Ilde afdeeling f 21778 25 21293 926 65 35 95 21779 - 22220 - 56149 32 56149 59500 - 57000 32 59500 - 57000 .v# - -VH' Wts>A ./AP Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1902. OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN. Ontvangen B E I) R A G in 1901. GERAAMD BEDRAG voor 1902. 1903. AFDEELING III. Hoofdelijken omslag naar het inkomen, berekend naar 3.5 ten honderd van het totaal der cijfers van aanslag als: Primitief kohierf 212376.66 Vermoedelijk bedrag der aanslagen op de suppletoire kohieren3623B4 Samen f 216000.— Afgetrokken wegens ontheffingen, afschrijving en oninbare posten Gelijk het vorige jaar is een bedrag voor eventueele restitutiën ingevolge aanschrijving (provinciaal blad No. 80 van 1900) onder volgn. 234, in uitgaaf gesteld. 9000.- 204923 6067904 68 212376.66 3623.34 216000.- 9000.- Het primitief kohier over 1902 is vastgesteld op een totaal cijfer van aanslag van Bij eene gelijke heffing als over 1902 naar 3.5 ten honderd kan mitsdien eene onzuivere opbrengst worden ge raamd van Hierbij het vermoedelijk bedrag der suppletoire kohieren, gesteld op Maakt samen Deze som moet worden verminderd met het vermoedelijk bedrag wegens ontheffingen, afschrijvingen en onin bare posten, waarvan echter moeielijk vooiaf een juist cijfer is te ramen. In 1899 was het bedrag daarvan f 7801,35, in 1900 f 5340.94 en in 1901 f 9699,281,2- Met het oog hierop is het raadzaam voorgekomen omeven- als voor 1902, in mindering te bren gen eene som van Rest Het bedrag der Suppletoire kohieren is lager ge raamd dan voor 1902. In 1899 werden die opge maakt tot een bedrag van f 4703.23 en in 1901 tot een bedrag van f 4734,66. Uithoofde volgens de nieuwe verordening, niet meer gelijk vroeger, aan- ten name van erfgenamen voor hun aandeel de nalatenschap van overleden belastingschul digen op het kohier worden gebracht, heelt men gemeend het bedrag voor 1903 niet hooger dan de hierboven aangeduide som te moeten ramen. De heffing geschiedt krachtens verordening van 2 April 1901 goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 23 September 1901 No. 11. Totaal der llldo afdeeling f AFDEELING IV. Opbrengst der belasting op het houden van honden f De kohieren dezer belasting werden in 1901 opge maakt tot een gezamenlijk bedrag van f 2280, Hiervan werd ontheffing verleend en oninbaar ver klaard te zamen eene som van f 335,25, bleef alzoo te ontvangen f 1944,75. Met het oog hierop is ge lijk het vorige jaar als vermoedelijke opbrengst geraamd f 1980, Het bedrag der restitutiën is, naar aanleiding der hiervoren aangehaalde aan schrijving van Gedeputeerde Staten, uitgetrokken onder volgn. 235. De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van 27 Februari 1877, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 10 Juni d.a v. Totaal der IVde afdeeling f 1944 21.1 203700 207000 204923 214 1944 75 203700 - 1980 - 207000 - 1980 - 75 1980 - 1980

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1902 | | pagina 57