Bijlage iVo. 22, O Bijlage tot liet verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903. hongeren rang één van commies, drie van adjunct commies open en in deze rangen komt slechts uiterst zelden eene vacature. De nadoelen van dezen toestand hebben zich reeds doen gevoelen herhaaldelijk hebben jonge ambtenaren, die het diploma van candidaat-secrefaris bezaten en al hier als klerk waren aangesteld, na korten tijd de secre tarie verlaten, omdat zij elders eene positie met beter vooruitzicht en hoogere bezoldiging konden krijgen. Want ook de jaarwedden, die de ambtenaren in de verschillende rangen kunnen krijgen, zijn, de geringe kans op promotie mede in aanmerking genomen, te laag en niet meer in overeenstemming met de werkzaamheden De tegen- en de kennis, die van hen worden gevorderd, woordige salarisregeling dagteekent van 1879 daarin is sedert alleen deze wijziging gebracht, dat in 1881 de maximum-bezoldiging der klerken van ƒ700 op 800 is gebracht, terwijl in 1891 aan den heer Menkema, com mies met het maximum van J 1500, eene jaarlijkscbe personeele toelage van ƒ200 is toegekend. Blijkt reeds uit dit laatste, dat de salaris-regeling reeds in 1891 niet aan alle eischen voldeed, het is duidelijk, dat eene rege ling, die voor vijfentwintig jaren wellicht voldoende mocht heeten, thans bezwaarlijk meer op dien naam kan aanspraak maken. In bijgaand voorstel is op tweeërlei wijze getracht aan de bestaande bezwaren te gemoet te komen: le door liet scheppen van een nieuwen rang, dien van adjunct-commies der 2e klasse, (waardoor niet klerk behoeven te blijven, zij die in werkelijkheid méér dan klerk zijn) en het meer rejrelmatijr verdeden van de ambtenaren over de ver- o schillende rangen; 2e door eene verhooging met 100 a ƒ200 van de onderscheiden maxima. In bet bij het j voorstel aangenomen stelsel behoeven in den regel geen klerken van buitenaf' te worden betrokken, maar kunnen j hiervoor ontwikkelde jongelieden uit de stad in aanmer king komen: een maximum van ƒ000 voor dezulken wordt voldoende geacht. Voor het indienen van ons voorstel bestaat op dit oogenblik eene tweeledige aanleidingten eerste heeft de heer Menkema ons zijn voornemen te kennen gege ven, om met 1 Januari 1904 wegens gevorderden leef- tjjd zijn eervol ontslag aan te vragen, waardoor tegen genoemden datum nieuwe voorzieningen dienen te wor den getroffenen in de tweede plaats heeft ons college, de juistheid erkennende van het door den heer Middel koop in de raadsvergadering van 10 Maart jl. aange voerde, toen hij de kasverificatie aan de gasfabriek ter sprake bracht, het voornemen aan de afdeeling „finan- tiën" op het hoofdbureau ieder jaar door een speciaal daartoe aangewezen ambtenaar de grondige verificatie der administratie van alle comptabele gemeenteambtenaren met uitzondering van den gemeente-ontvanger te doen geschieden. Met zoodanigen ambtenaar zal het secretarie-personeel dienen te worden vermeerderd overigens kan o.i. in de plaats van den heer Menkema evenals in alle nieuwe rangen door opklimming worden voorzien, zoodat ten slotte slechts een plaats van klerk door nieuwe aanstel ling zal zijn te vervullen. Dientengevolge zal aanvankelijk de beoogde reorgani satie geen belangrijke kosten met zich sleepen. Op de ontwerp-begrooting voor 1904 is voor jaarwedden van de ambtenaren op het hoofdbureau (twaalf in plaats van, zooals tot dusverre, elf) slechts een bedrag van f (100 méér uitgetrokken dan voor 1903 is toegestaan. De aanneming van ons voorstel zal, zooals wij zeiden te bedoelen, ook leiden tot eene meer systematische in deeling van de werkzaamheden, liet ligt namelijk in de bedoeling, om op het hoofdbureau, dat thans in te veel onderafdeelingen is versnipperd, de werkzaamheden te verdeelen over drie afdeelingen, elk met een commies als chef, een adjunct-commies der eerste en een der tweede klasse, zoomede een klerk. Alléén aan de afdeeling „financiën en belastingen" zullen twee adjunct-commiezen der eerste klasse worden verbonden, omdat het ons noodig voorkomt, dat de spe ciale ambtenaar, die in hoofdzaak met de controle over de comptabele ambtenaren zal worden belast, dien rang en bet daaraan verbonden salaris bezitte. Op één afdeeling zal voorshands de klerk kunnen wor den gemist, deze is dan ook in de toelichting op volgno. 81 der gemeentebegrooting voor memorie uitgetrokken. Ariikel I sub b. Hoewel eene wijziging van Ie ge meentewet aanhangig is, hoofdzakelijk den burgerlijken stand betreffende, die de benoeming van een secretarie- beambte tot ambtenaar van den burgerlijken stand zal met zich brengen, hebben wij toch gemeend, dat eene herziening van deze bepaling op die wetswijziging niet behoefde te wachten. De eischen eener voor de geheele secretarie uniforme regeling brengen mede, dat bet Bu reau van den burgerlijken stand met het daaraan ver bonden bevolkings-bnreau op denzelfden voet wordt in gericht als de afdeelingen van het hoofdbureau, terwijl de billijkheid vordert, dat aan de op dit bureau werk zame ambtenaren geen betere vooruitzichten worden ge opend dan aan hunne collega's van burgerlijken stand en bevolking, die een zelfstandiger en dus nog verantwoor- deljjker positie bekleeden. Artikel 1 sub c. Toen bij raadsbesluit van 13 Maart 19U0 de archivaris, als zijnde ambtenaar ter secretarie, in de onderwerpelijke verordening werd opgenomen, be sliste de Raad, dat de grenzen van het aan die betrek king verbonden tractement zouden overeenkomen met die van de bezoldiging der adjunct-commiezen. liet is rationeel die gelijkstelling te handhaven en dus die grenzen nader te bepalen op ƒ900 tot ƒ1300, de bedragen, waartusschen zich volgens het ontwerp de jaar wedden van de adjunct-commiezen der eerste klasse op liet hoofdbureau en op dat van den burgelijken stand zullen bewetjen. -S3 Stoomdrukkerij, C. Jongbloed Az., Leeuwarden. Bijlage tót het verslag van de handelingen va;i den gemeenteraad van Leeuwarden, 1903. 1 Aan den Gemeenteraad. Mijne Heer en Blijkens de hierbij overgelegde missive van de commissie voor openbare werken van den 18 Maart j.l. is door een lid van ons college bet voorstel gedaan, om een breede strook van het als „grasveld" op de situatiekaart van de bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal aangeduide perceel, mede als bouwterrein beschikbaar te stellen. Hij was van meening, dat liet overschietende gedeelte ten beele zou kunnen worden getrokken bij blok Y, met verlegging van de Vredeman de Vriesstraat en dat dit aldus vergrootte blok V, althans gedurende de eerst volgende jaren, als sportterrein en exercitieveld zou kunnen worden aangewezen. Als motief werd door hem aangevoerd, dat men, in verband ook met de gemeentefinanciën, niet verantwoord was, met een zoo groote oppervlakte (ongeveer 22000 meter) van het meest kostbare terrein te doen gebrüiken voor sport en militaire oefeningen. A Verb een strook van ongeveer 45 a 50 meter breedte, gemeten van uit de noordzijde der straat aan de Emmakade, voor bouwterrein aangewezen, dan zou die strook alleen reeds ƒ50,000 a ƒ60,000 kunnen opbrengen, terwijl het verrijzen van flinke huizen ook op dit gedeelte langs de Emmakade den welstand eerder zou bevorderen dan scha den en de levendigheid in die buurt ongetwijfeld zou vergrooten. Daar dit denkbeeld over het geheel instemming bij ons vond, werd de nota, waarin het nader was uitgewerkt, door ons gesteld in handen van den Directeur der ge meentewerken, met opdracht om dienovereenkomstig eene teekening te maken van het betrekkelijk terrein met eene begrooting van kosten van inrichting, verlegging van straten en riolen, wijziging in de beplanting enz. De Directeur voldeed hieraan bij missive van 23 Januari j.l. no. 78/10. AVij stelden bedoelde nota met 's Directeurs missive nu in handen der commissie voor openbare werken, met verzoek ons te dienen van advies. Uit hare hiervoren aangehaalde missive blijkt, dat zij kon meegaan met het hoofddenkbeeldeen gedeelte van het grasveld, en wel dat hetwelk grenst aan de straat van de Emmakade, als bouwterrein uit te geven, maar dat zij het verdere plan, zooals dat op de teekening van den Directeur was uitgewerkt, niet kon goedkeuren. Zij adviseerde o.a. dan ook, den Directeur der gemeen tewerken op te dragen, eene schets te ontwerpen, waaruit kon blijken op welke wijze het bestaande grasveld als bouwterrein zou kunnen worden ingedeeld. Dit gaf ons aanleiding de stukken, met bijvoeging van de missive der commissie, opnieuw in handen van den Directeur te stellen, met verzoek, in verband met de op merkingen der commissie, eene nieuw e teekening omtrent de indeeling van bet bewuste terrein met nadere begrooting van kosten aan ons in te zenden. Hieraan voldeed de Directeur bij missive van 30 April j.l. no. 410/10. Ook die missive, met de daarbij gevoegde begrooting van kosten, leggen wij hier bij over. Naar ons oordeel is de Directeur in de uitvoering dezer opdracht gelukkig geslaagd. Ook de commissie voor openbare werken kan zich, blijkens haar mede hierbij gevoegd schrijven van 15 Juli j.l., met de geprojecteerde indeeling van „het grasveld" zeer wel vereenigen. Waar wij u dus de hiernevens overgelegde situatiekaart ter goedkeuring en vaststelling zullen aanbieden, meenen wij er op te moeten wijzen, dat blok Y blanco is gelaten en niet is geprijsd. Zooals bekend is was dit blok bestemd voor villa terrein, terwijl de minimumprijs was bepaald op 2 per centiare. Nu echter „het grasveld" waarschijnlijk binnen be trekkelijk korten tijd niet meer als sportterrein zal kunnen worden gebruikt, meenen wij dat blok V, althans voor- loopig, niet als bouwterrein beschikbaar moet worden gesteld. Tiet beslaat eene oppervlakte van ruim 90UÜ centiare; is dus voor sportterrein zeer geschikt en onge hinderd zal het, in elk geval nog vele jaren, die bestem ming kunnen behouden, daar er buiten dit terrein een zeer groote oppervlakte aan weerszijden van het Kanaal voor bebouwing beschikbaar blijft. Mocht te eenigcr tijd de Raad besluiten, ook blok V als bouwterrein uit te geven, dan kan dit geschieden zonder dat eenige andere wijziging in de situatiekaart noodig zal zijn dan aanduiding der indeeling van dat terrein. Blok Y staat in dit opzicht geheel op zich zelf, en waar nu de gemeente geheel vrij blijft later aan dit terrein eene andere bestemming te geven, zoo schijnt het aan beveling te verdienen het zoo lang mogelijk voor sport beschikbaar te houden, wat, naar wij mogen aannemen, door zeer velen op prijs zal worden gesteld. Vindt men dus blok V op de situatiekaart in blanco gelaten; evenzoo is het terrein, gemerkt letter c van blok VII, niet gearceerd. 7 O Wij zijn n.l. met de commissie voor openbare werken van oordeel, dat dit terrein voorloopig mede kan worden gereserveerd, om de gelegenheid te behouden, dat liet later zou kunnen worden afgestaan voor het bouwen van arbeiderswoningen, waaraan ook in deze gemeente groote behoefte schijnt te bestaan. Het advies der commissie, om den aanleg voorloopig te beperken tot blok XIX met omliggende straten, lacht ons niet toe. Slechts zou dan overblijven liet leggen van straat FR, en dit kau zulke groote kosten niet veroor zaken en ook niet het aanleggen van het plantsoen. De commissie spreekt van besparing van kosten, doch het zou slechts zijn uitstel van uitgaven; de besparing, zou zich bepalen tot het betalen van eenige mindere rente, indien die uitgaven in eene leening zouden moeten worden begrepen, .doch vrij zeker zal dit niet noodig zijn. De totale uitgaven voor aanleg, die door den Directeur der gemeentewerken worden geraamd op 21,600, zullen, evenals de 5400 die later nog successievelijk besteed zullen moeten worden, hoogst waarschijnlijk wel gekweten kunnen worden uit de opbrengst van bouwterrein. Juist wanneer bet plantsoen is aangelegd en de straat aan de zuidzijde daarvan geheel is doorgetrokken, zal dit terrein te meer de aandacht trekken. Intusschen zijn wij met de commissie van meening, dat de aanleg van straat D E voorloopig achterwege kan worden gelaten. Zjjn wij van oordeel, dat, wordt ons voorstel, om dade lijk over te gaan tot den aanleg van het plantsoen en liet leggen der straten om de blokken XVIII en XIX, gevolgd, mag worden verwacht dat het nieuwe bouwter rein spoedig gegadigden zal vinden, zoo meenen wij toch dat de door de commissie voor blok XIX voorgestelde minimum-prijzen te hoog zijn. Moge elders soms nog hooger prijzen worden besteed, zoo dient niet uit het oog te worden verloren, dat daar vaak weinig terrein beschik baar is, terwijl op blok XIX tal van huizen gesticht kunnen worden en de gemeente overigens nog zoo veel bouwterrein heeft aan te bieden. In de prijslijst, die gevoegd is bij de „Nadere bepa lingen betreffende de uitgifte van bouwterreinen, gelegen aan de noordzijde van het Nieuwe Kanaal" hebben wij de door.de commissie bedoelde gedeelten van blok XIX dan ook bepaald op 5,50, 6 en 7. In verband hiermede is het nog onverkochte gedeelte van blok II ook op 7 per centiare gesteld. De voorgestelde nadere indeeling van het bouwterrein maakt ook een nadere wijziging van de bepalingen be treffende de uitgifte van bouwterreinen, gelegen aan het

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1903 | | pagina 115