Toelichtingen.
Reglement voor de Burgeravondschool te Leeuwarden,
Art, 2',
lie cursus duurt twee jaren,
Bijlage tot liet verslag van de handelingen van don gemeenteraad van Leeuwarden, 1004.
Algemeene toelichting behoeven de hiernevens aangeboden ontwerpen, na het bovenstaande zeker niet;
voor zooveel dit noodig scheen, is evenwel tegenover de artikelen, die daarvoor in aanmerking kwamen, de
strekking van het daarin bepaalde kortelijk uiteengezet.
LEEUWARDEN, 12 Juli 1904.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
A. ROELL, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
Artt. 1 en 2.
Zjjn conform het bepaalde bij het Koninklijk Besluit
van 28 October 1903, no. 52, juncto artikel 14 dei-
wet tot regeling van het M. O.
ONTWERP I.
De Raad der gemeente Leeuwarden;
Gezien de resolutie van Ileeren Gedeputeerde Staten
van Friesland d.d°. 12 November 1903, 2e afdeeling,
no. 16, houdende mededeeling van het Koninklijk
Besluit van 28 October t. v. no. 52, waarbij
lo. aan de gemeente Leeuwarden tot 1 September
1908 vrijstelling wordt verleend van de verplichting
tot het instandhouden eener burgerdagschool
2°. is bepaald, dat aan de burgeravondschool aldaar
onderwijs zal worden gegeven in de wiskunde, de
beginselen der Nederlandsche taal en hand- en recht
lijnig teekenen, mede in toepassing op het ambacht;
Gelet op zijn besluit van 13 October 1903, houden
de bereidverklaring om, met ingang van 1 September
1904, de bestaande burgeravondschool te reorganiseercn
tot eene inrichting met tweejarigen cursus en een leer
plan, zooals werd aangegeven bij schrijven van den
Minister van Binnenlandsche Zaken d.d. 8 Mei 1903
no. 3507, afdeeling O.;
Mede gelet op de betrekkelijke bepalingen der wet
houdende regeling van het Middelbaar Onderwijs;
Besluit
met intrekking van het „Reglement voor de Burger-
dagschool en de Burgeravondschool te Leeuwarden"
(gemeentebladen nos. 8 van 1867, 15 van 1868, 10
van 1870, 7 van 1871, 7 van 1881 en 11 van 1901)
vast te stellen het navolgende
Art. 1,
Aan de burgeravondschool Wordt onderwijs gegeven lm
a. de wiskunde
Ik de beginselen der Nederlandsche taal j
c,i het hand en reehtljjnig teekenen, mede in toe*
passing op het ambacht,
Bijlage tot hqt verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1904. Bijl.no. 21,
Artt. 3 en 4.
Art. 3.
Nu krachtens de met den Minister van Binnenlandsche
Zaken gevoerde briefwisseling, het getal wekeljjksche
lesuren tot 12 beperkt moet blijven, wordt voorgesteld
den duur van den cursus op circa acht in plaats van
zes maanden te stellen. Tot dusverre werd per cursus
24 weken X 17 uren per week 408 lesuren
onderwijs gegevens; volgens dit artikel zal dit cijfer
32 X 12 384 bedragen. De Commissie van
Toezicht zou liever de oude verdeeling gehandhaafd
zien, daar zij vreest, dat de school in de maanden
Septemper' en April slecht zal zijn bezocht, terwijl
de jongens in die maanden niet om zes uur op
school zullen zijn te krijgen. Voldoening aan den
wensch der Commissie is echter slechts te verkrijgen
door af te wijken van de door den Minister gestelde
en dezerzijds aanvaarde voorwaarde, hetgeen niet raad
zaam voorkomt. Er is trouwens geen bezwaar tegen
om, in de maanden September en April de lessen om
7 uur te doen aanvangen, wat bij een getal van slechts
12 uren per week, geen moeilijkheden met zich
brengen zal. Artikel 4,2° lid geeft hiertoe de gelegenheid.
Opgemerkt wordt nog,dat in de meeste nieuwere regle
menten van burgeravondscholen de aanvang van den
cursus óók in het begin of in den loop van September is
bepaald en deze bijna overal tot einde April althans
tot Paschen voortduurt.
Art. 5.
Het schooljaar vangt aan den eersten Dinsdag in
September en eindigt den laatsten Vrijdag in April,
of, indien Paschen invalt na 15 April, den Donder
dag vóór Paschen. Omstreeks Kerstmis tot na nieuw
jaar wordt eene vacantie gehouden van ten hoogste
tien dagen, waarvan aanvang en einde door don Direc
teur worden vastgesteld.
Op den 5den December en op den Goeden Vrijdag
wordt geen school gehouden.
In bijzondere gevallen kan de Directeur, behoudens
goedkeuring van den Voorzitter der Commissie van
Toezicht op het Middelbaar Onderwijs, voor één avond
of voor deel daarvan vacantie geven.
Art. 4.
Het onderwijs wordt gegeven op alle werkdagen,
uitgezonderd des Zaterdags, gedurende twaalf uren per
week.
De regeling der schooluren wordt op voorstel van
den Directeur, do Commissie van Toezicht gehoord,
door Burgemeester en Wethouders vastgesteld.
Art. 5.
Is n overeenstemming niet het door de Minister bij
schrijven van 3 Mei 1903 aangegeven en bj dat van
14 Juli d. a. v. als voorwaarde voor de ontheffing der
burgerdagschool gestelde leerplan.
Het onderwijs wordt over het getal wekeljjksche
lesuren verdeeld als volgt
a. EERSTE KLASSE:
Rechtlijnig teekenen
Handteekenen
Rekenen
Wiskunde
Nederlandsche taal
b. TWEEDE KLASSE:
Rechtlijnig teekenen toegepast
op het ambacht
Handteekenen toegepast op het ambacht
Rekenen en Wiskunde
Nederlandsche taal
Met inachtneming van het bovenstaande wordt jaar
lijks in de maand Mei door den Directeiy iii overleg
met de leeraren een progamma der lessen voor het
schooljaar met een lijst van de te gebruiken leerboeken
ontworpen, welke telkens vóór 15 Juli door de Com
missie van Toezicht worden vastgesteld en aan de
goedkeuring van Burgemeester en Wethouders worden
onderworpen.
4 uren,
2
2
2
2
4
2
4
9
Art. 6.
Art. 6.
Het eerste lid handhaaft d.en bestaanden toestand.
De beide laatste bepalen voor de burgeravondschool
liet onderwijs wordt kosteloos gegeven.
De leermiddelen worden door de gemeente verstrekt