Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1904. vervolgde spreker „is liet begin gemaakt van oen rijweg van de 2e Kanaalbrug naar een punt inden „Groninger straatweg. Komt de weg later tot stand, dan zal het verkeer langs de bouwterreinen aan merkelijk vermeerderen." Op eene opmerking van den heer Van Sloterdijck (die eene andere richting voor den tramweg voor stelde) „dat de nieuwe verkeersweg er nog niet was", wees de heer Wolff' op art. 5 der concessievoor waarden, waarbij uitdrukkelijk het onteigenen en afstaan van den benoodigden grond was bedongen en de gemeente den weg alleen had te bestraten. I it het medegedeelde blijkt, dat aan bedoelden verbindingsweg grootc waarde werd gehecht. De Raad bevestigde die meening, door niet alleen de voorgestelde richting vast te stellen, maar ook art. 5 onver anderd aan te nemen. De treurige geschiedenis der tramconcessie is bekend. Zoo de ontworpen tramlijn LeeuwardenVeen- woudenDrachten al ooit tot stand mocht komen, dan zal daarop ongetwijfeld toch nog jaren lang kun nen worden gewacht. liet adres van den heer o. Meij c.s. heeft echter op nieuw de aandacht op deze zaak doen vestigen en den Directeur der Gemeentewerken gebracht tot het indienen van een plan, dat naar ons oordeel als zeer gelukkig geslaagd moet worden beschouwd. Volgens de teekening wordt van de 2e Kanaalbrug af van den bestaanden weg gebruik gemaaktde weg loopt verder achter l'oppebuurt langs, vervolgens over een rijbrug, om verder in nagenoeg rechte lijn aan het Kalverdijkje te eindigen, van waar aan weerszijden de Groninger straatweg kan worden bereikt. Wij kunnen nog mededcelen, dat het niet geheel onwaarschijnlijk is, dat op den duur tot stand komt een verbindingsweg tusschen het dorp Huizum en Achter de Hoven, op de wijze als op een mede hierbij gevoegde teekening is aangewezen, liet land, waarover de weg zou moeten loopen, behoort voor een groot deel aan de Pastorie van Huizum en wij meenen, dat de kerkvoogden over dergelijke verbinding wel eens ernstig hebben gedachtalthans een hunner is daarvoor warm gestemd. Van te meer belang zou dergelijke verbinding worden, indien van uit het dorp Huizum ook rcchtstreeksche communicatie mot den Groninger straatweg bestond. Het adres met het rapport van den Directeur en de teekening zijn in handen gesteld van de commissie voor openbare werken, en nu hadden wij ons gevleid, dat het [dan van den Directeur bij haar even gun stig zou zijn ontvangen als bij ons. l ot zekere hoogte is dit ook het geval. Zij toch schrijft in hare hierbij gevoegde missive van 11 Nov. j.l., „dat de voorgestelde verbinding ook haar in het algemeen gewenscht voorkomt", maar zij meent tevens do vraag te moeten stellen, of deh nanciëele toestand der gemeente de daarmede gepaard gaande uitgaven wel toelaat. De Directeur schrijft in zijne missive, dat de door hem geraamde 22UU0 zonder bezwaar gebracht kan worden op de rekening der aan t Nieuwe Kanaal nog beschikbare bouwterreinen. „Deze" zoo schrijft hij „zullen immers daardoor veel beter van de hand gaan en derhalve een hoogeren prijs kuu- „nen gelden". Nu meent de commissie, dat wanneer de weg is tot stand gekomen, anderen daarvan meer direct voor deel zullen genieten dan de gemeente. Wel waarschijnlijk, maar als men de bedoelde verbinding in het algemeen belang wenscheljjk acht, dan kan de omstandigheid, dat enkele particulieren daarvan financieel rechtstreeks meer zullen protiteeren dan de gemeente, geen gewicht in de schaal leggen. Toch erkent ook de commissie, dat deze verbinding eenigen invloed ten goede zal hebben op den prijs der aangrenzende terreinen, terwijl zij tevens aanneemt, dat, wanneer het land van de gemeente aan den geprojecteerden weg komt te liggen, wegens het daardoor ontstane meerder gerief, op den duur de huurwaarde van dat land zal stijgen. Waar de commissie aanhaalt, dat de Directeur der Gemeentewerken meent dat de kosten van het werk zonder bezwaar verhaald kunnen worden op de nog beschikbare bouwterreinen langs het Kanaal, komt het ons voor, dat hij, waar hij aanneemt dat de verbinding gunstig zal werken op den prijs en den ver koop dezer terreinen, daarmede niet zoozeer wil zeggen dat de kosten geheel zullen kunnen worden ge dekt uit een homjere opbrengst, maar gevonden zullen kunnen worden uit de opbrengst der bouwterreinen, zonder dus rechtstreeks de gomecntefiuaneiün te bezwaren. W ij althans achten dit niet onwaarschijnlijk. Verder observeert de commissie, dat het kostenbedrag hooger zal komen dan door den Directeur is geraamd, vooral omdat niets is gerekend voor den grond, zoo min voor dien van Mej. Beekhuis als voor dien van de gemeente. Wat het eerste betreft kunnen wij niededeelen, dut ons, namens de eigenares, schriftelijk is te kennen gegeven, dat zij genegen is den benoodigden grond voor den aanleg van de geprojecteerde wegen gratis aan de gemeente ai te staan. Alleen wenscht zij dat de weg, voor zoo ver die over haar eigendom zal Bijlage tot het verslag van de hankelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1904. li Ijl. 110, 38. loopen, iets oostelijker worde aangelegd, alsmede dat de gemeente de betrekkelijke huurders schadeloos stelle. Beide voorwaarden leveren geen bezwaar op. Wat de schadeloosstelling aan de huurders betreft, deze zal gering behoeven te zijn. Slechts twee huurders zijn er bij betrokken, maar het contract met den een loopt af met .Maart 1005 en dat met den ander met Maart 1006. Te dezen opzichte verkeert men dus in de meest gunstige omstandigheden. En nu wat den gemeentegrond betreft. Wanneer men de teekening inziet, dan zal de weg het stuk land no. 2830 doorsnijden, doch slechts een kleine oppervlakte zal begrensd worden door den weg en de oostelijke sloot, en dit zal nog kleiner kunnen worden als het eerste gedeelte van den weg, gerekend van de te maken brug af, iets oostelijker wordt aangelegd voorts zal de weg loopen langs de slooten van de perceclen no. 2864, 2853 en 2860, zoodat de afsnijding zoo gunstig mogelijk zal zijn, terwijl er is reeds door de commissie gewezen op het meerdere gerief dat de weg zal aanbrengen mag worden aangenomen dat de huurwaarde van deze perceclen land er in het minst niet door zal verminderen. Dan het onderhoud van den weg. De commissie wijst op de zware wagens van den heer v. <1. Meij en op de dagelijksche melkwagens van de omwonende boeren, door wie ook van den weg gebruik zal worden gemaakt. M ij merken echter op, dat omtrent het gebruik van de kunstwegen een provinciaal politiereglemeut bestaat, dat nog in de laatst gehouden wintel-zitting van de Provinciale Staten is uitgebreid en verscherpt en ten doel heeft, grootc beschadiging der wegen te voorkomen. De commissie is van oordeel, dat de tijd nog niet gekomen is om de Poppebrug te vervangen dooreen rijbrug. Wij gaan verder en beweren dat daaraan niet licht gedacht zal worden, daar wij ons niet kun nen voorstellen, dat het leggen van zoodanige brug zal kunnen plaats hebben zonder een belangrijke op ruiming en verbetering aan de zuidzijde van het liet daar ter plaatse, waarvan de kosten nog al belang rijk zouden zijn. Wij vinden het juist een gelukkig denkbeeld van den Directeur, dat hij die bezwaren heeft meenen te moeten ontgaan, door de nieuwe brug oostelijker, achter l'oppebuurt, te projecteeieu. Daurdooi zal de Poppebrug kunnen vervallen. En geschiedt dit niet, dan zal binnen korten tijd deze brug vernieuwd moeten worden, want, wat adressanten omtrent den toestand daarvan zeggen, is geenszins overdreven. Dit dient bij de beoordeeling van het kosten-bedrag van den nieuwen weg in aanmerking te worden genomen. Dan meent de commissie dat rekening moet worden gehouden met het vroeger ontworpen plan tot dem ping van het Keetwaltje en het maken van een rijbrug over het Vliet, ter verbinding van de op het gedempte water te maken straat met de Noordvlietstraat en ter vervanging van de enkele meters meer westelijk gelegen voetbrug. De commissie oordeelt, dat de daardoor te verkrijgen verbinding der bouwterreinen langs de Noordvliet- straat, den weg naar Catnbuur, Schoppershof en den weg naar de Schietbaan, die vlak bij de stad op den Groninger straatweg uitkomt, als verbindingsweg is te verkiezen boven den geprojecteerden weg. Wij veroorloven ons in dit opzicht met de commissie in meeuing te verschillen. Met den door ons voorgestanen weg wordt de oostelijke grens van de stad (Achter de Hoven) doorge trokken tot aan het Kalverdijkje, terwijl aan de toekomst wordt overgelaten, dien weg door te trekken tot aan den Groninger straatweg. Die weg zal voorts als wandel- en rijweg beter en geschikter zijn dan een weg Noordvlietstraat—Schoppershof— Kalverdijkje en roialer kunnen worden aangelegd. Gok zij ge wezen op hetgeen de Directeur der Gemeentewerken aan t slot zijner missive opmerkt, lijj wijst er op, dat de geprojecteerde verbinding de drie bruggetjes in het Noordvlict belangrijk zal ontlasten van het daarover rijden met zware vrachten, wat hij zeer weiischelijk acht, omdat die bruggetjes of harten niet versterkt kunnen worden. Bij het volgen van het advies der commissie zou dit bezwaar blijven bestaan. Ten slotte zij nog herinnerd aan het op 14 Juni j.l. genomen besluit ten aanzien van de verbetering van den weg naar (Jambuur. De Directeur der Gemeentewerken gaf twee wijzen van verbetering aan dc hand een meer radicale, waarvan de kosten werden geraamd op 10,200 en een waarbij aan de voornaamste bezwaren zou worden tegemoet gekomen, maar die toch voldoende werd geoordeeld en waarvan de kosten werden geraamd op ƒ520. Eu nu is door U, overeenkomstig ons voorstel, besloten tot de laatstbedoelde verbetering ovei te gaan. Bij de beoordeeling van de financiëele zijde van het U voorgelegde plan dient dus in aanmerking te worden genomen lo. dat de Poppebrug, wil men die behouden, noodzakelijk door een nieuwe dient te worden vervangen; 2o. dat wanneer men den weg van de Noordvlietstraat at tot aan het Kalverdijkje tot een goeden rjjweg wil inrichten, dit inedo oen vrij belangrijk bedrag zal kosten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1904 | | pagina 89