Bijlage tot het verslag van de handelingen v gemeend heeft zich hier vrij onomwonden te moeten uitlaten, althans een en ander vooraf ware nagelezen. Waar wel aan geen enkel Raadslid de bevoegdheid kan worden ontzegd om in openbare vergadering al- gemeene beschouwingen over de begrooting te houden, is de opmerking hier ter plaatse niet duidelijk, tenzij mocht worden bedoeld dat het betrokken lid er de voorkeur aan gegeven heeft zich in de sectievergade ring van die beschouwingen te onthouden. In dat geval moet eene dergelijke handelwijze niet in het belang eener goede afdoening van zaken geacht worden. UITGAVEN. No. 81. Burgemeester en Wethouders hebben als regel aangenomen de periodieke verhoogingen aan de ambtenaren 0111 de drie jaren toe te kennen. Na de organisatie der salarissen met ingang van 1904 was daarvoor dus thans aanleiding. Met het oog op den stand der begrooting meenden zij voor het tegenwoor dige de wedden der commiezen niet verder dan met 100.dus tot 1400.te mogen verhoogen, zon der dat zij geacht willen worden daarmede een voor altijd geldend precedent te hebben geschapen. Het is hun niet duidelijk waarom door Rapporteurs den chef der afdeeling Financiën alleen en met uitsluiting der andere afdeelingschefs voor verhooging tot ƒ1500. wordt aanbevolen. Burgemeester en Wethouders mee- nen toch nadrukkelijk te moeten doen opmerken, niet alleen dat de werkzaamheden der andere aan het hoofd der afdeelingen geplaatste commiezen in be langrijkheid en gewicht voor die van den chef der afdeeling Financiën geenszins onderdoendoch ook dat over den ijver en de toewijding van alle afdee lingschefs gelijk mede in het algemeen van het gansche secretarie-personeel volle tevredenheid mag worden betuigd. Er is dus geen reden den een boven de anderen te bevoordeelen, zoodat wordt vastgehouden aan de salarissen gelijk zij zijn voorgedragen No. 82. Burgemeester en Wethouders meenen zich van een oordeel ter zake het toekennen van presen tiegeld aan de leden van den Raad te moeten ont houden. Voor zoover noodig brengen zij in herin nering dat het sinds 18G9 niet meer wordt toegekend. Daarvóór was het voor 18 leden tot ƒ550.op de begrooting uitgetrokken. No 87. Het komt Burgemeester en Wethouders voor dat voor verhooging van den post „drukkosten" geen reden is. Ook thans wordt zooveel mogelijk tot het druk ken van voorstellen van meer algemeenen aard overge gaan en het voornemen bestaat daarmede in de inge slagen richting voort te gaan voorzichtigheid blijft evenwel geraden om de uitgaven voor drukwerk niet noodeloos op te voeren, hetgeen het geval zou zijn, indien besloten werd ook stukken van ondergeschikt an den gemeenteraad van Leeuwarden, 1906. belang, waarbij het nut der algemeene publiciteit niet wordt ingezien, in druk te doen verschijnen. Herhaaldelijk is reeds gewezen op het misverstand als zouden de voor den Raad bestemde stukken slechts gedurende een paar dagen ter visie liggen. Van het oogenblik af dat zij zijn aangebracht zjjn zij ter be schikking van de leden van den Raad, zoodat in den regel (uitzondering is in spoedeischende gevallen bij min belangrijke zaken toegelaten) de termijn ten min ste 14 dagen is. Gemakshalve worden zij evenwel drie dagen vóór de vergadering in de leeskamer neer gelegd; met de ter visie ligging heeft dit evenwel niets te maken. Op de secretarie worden steeds alle krachten in gespannen om den omvangrijken arbeid aan de op making van het jaarverslag verbonden zooveel mogelijk te bespoedigen. De andere werkzaamheden mogen daaronder evenwel niet lijden. Toegezegd kan dus niet worden dat de verschijning van het verslag voort aan vroeger zal zijn; bij andere gemeenten is Leeuwarden ten deze ook niet ten achter. Intussclien zal worden overwogen, in hoeverre in de aangegeven richting nog kan worden gewerkt. No. 80. Ten aanzien van de hulp van stenografen bij de opmaking van het raadsverslag vereenigen Burgemeester en Wethouders zich met de ter zake door Rapporteurs uitgesproken meening. No. 100. Door de hooge eischendie in den laatsten tijd aan de Directie der Gemeentewerken met het oog op aanhangige werken of weldra in te dienen plannen van grooteren omvang worden gesteld en door de geleidelijke uitbreiding die ook deze tak der administratie ondergaatmoet het aange vraagde bedrag voor bureaubehoeften noodzakelijk geacht worden. De tijdelijke kracht voor schrijfwerk is in dezen post terecht ondergebracht. Op volgno. 82 komt het vaste personeel, zooals de formatie luidt volgens de verordening, voor. No. 110. De onderhoudplichtigen van den Dok kumer trekweg zijn volgens den ligger aangewezen. Overwogen moet nog worden in hoeverre de eigen domsovergang van een gedeelte van dien wegdie Burgemeester en Wethouders onlangs ter oore is gekomenverandering dier liggers zal moeten mede brengen. De weg isvoor zoover hij onder behoor dezer gemeente ligt, in voldoenden staat van onder houd dank zij het toezicht dat dezerzijds op de na koming van de verplichtingen der betrokkenen wordt uitgeoefend. No. 120. Tot dusver is van gevaar dat zou zijn veroorzaakt door het oversteken van het Wilhelmina- plein met rijtuigen, nog weinig gebleken. Een voor schrift om dit te verbieden is daarom ook niet ge- v Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936. RÏjImO 27. geven en ook in de toekomst achten Burgemeester en Wethouders een zoodanige bepaling vooralsnog minder gewenscht. Bij verkoopingen van oude ma terialen die aldaar plegen te worden gehouden en bij het opbouwen en afbreken van kermistenten kan bovendien do gelegenheid om liet plein te berijden, bezwaarlijk worden ontnomen. De Kleine Kerkstraat is grootendeels van eene rioleering voorzien, liet lag in de bedoeling in dit jaar nog het resteerende uit te voeren. Nu de stand van den begrootingspost dit niet meer toelaatzal het volgend jaar daartoe zoo spoedig mogelijk worden overgegaan. De bestrating van de Korfmakersstraat zal in vier kante keien moeten worden vernieuwd doch voor 1907 is op deze belangrijke kosten niet gerekend. Het bestaande plaveisel zal het nog wel eenigen tijd kunnen uithoudentotdat de verbetering van andere straten die thans daarvoor meer in aanmerking ko men, zal zijn afgeloopen. Gebruik van klinkers voor de Korfmakersstraat zal moeten worden ontraden. Tot aanschaffing van meer banken in de plantsoe nen zouden Burgemeester en Wethouders vooralsnog niet wenschen over te gaan. No. 121. Het is wenschelijk voorstellen tot ver betering van het Noordvliet op te schorten totdat een doorgaande rijweg tot aan den nieuwen Poppe- weg mogelijk zal zijn geworden. Omtrent liet adres van de bewoners van liet Pieterselie- waltje is een voorstel van Burgemeester en Wethouders bij den Raad aanhangig. Zij meenen zich daarom er van te kunnen onthouden, thans nader op het hier ter sprake gebrachte punt der demping in te gaan. No 123. Naar aanleiding van een ten vorigen jare bij het sectieverslag kenbaar gemaakten wensch is reiniging van de sloot ten noorden van de broodfabriek „de Hoop" ondernomen. Burgemeester en Wethouders komt, met het oog op het betrekkelijk gering belang voor de volksgezondheid, demping nog altijd niet noodzakelijk voor. No 124. Naar Burgemeester en Wethouders ter oore is gekomen, bestaat bij de Commissie voor het ont werpen van strafverordeningen het voornemen in ver- eeniging met de Commissie voor de openbare werken eene herziening der Bouwverordening bij den Raad aanhangig te maken. De kwestie der uriueloozing zal daarbij een punt van overweging uitmaken. Voorstellen tot aanschaffing van olieurinoirs zjjn tot dusver afgestuit op de betrekkelijk hooge kosten; per stuk zijn zij pl.m. 80.duurder dan de thans gebruikte. Bovendien eischen zij wekelijks, zoo mo gelijk dagelijks, uitgaven voor olie en voor maatregelen om ze stankvrij te houden. No. 120. De verzekering kan worden aanvaard dat de kosten van het aanschaffen en onderhouden van eleetrische uurwerken zeker niet lager zullen zijn dan wat thans voor de tijdregeling der zes openbare klokken wordt uitgegeven. Men vergete niet, dat ook bij invoering van het hierbedoelde stelsel toch nog altijd voor de andere dan openbare gemeentelijke uur werken, 39 van de 45, kosten zullen moeten wor den gemaakt en bovendien dat niet alle zich aan publieke gebouwen bevindende klokken bij de ge meente in eigendom of beheer zijn. No. 120. Een overzichtskaart der in de stad ge plaatste lantaarns met indeeling van de verschillende wijken dor lantaarnopstekers is gereed gekomen. In verband daarmede zal nader op de behoefte aan betere verlichting van enkele stadsgedeelten en op het blus- sclien der lichten 's nachts worden gelet. No. 132. Met ingang van 19(32 is de wedde van den oudsten doodgraver van ƒ400.op ƒ475.— gebracht ingevolge de toen pas gewijzigde verordening; de jongste staat op de minimum-wedde, doch heeft nog slechts een zeer luttel aantal dienstjaren. Boven dien genieten beiden vrije woning en een extra ver goeding van f 25.voor het openen en sluiten van het hek, terwijl, naar Burgemeester en Wethouders meenen te weten, emolumenten een niet onaanzien lijke bijverdienste opleveren. Zij vinden dus geeno vrijheid verhooging der wedden voor te dragen en refereeren zich aan 's Raads besluit van verleden jaar, toen een desbetrelfend voorstel van den lieer Koop- mans met 13 tegen 5 stemmen werd verworpen. No. 141. Wat het loon der klerken aan de Gas fabriek betreft meenen Burgemeester en Wethouders te kunnen verwijzen naar hetgeen door den Voorzit ter der gascommissie in de raadsvergadering van den 9 October 1.1. is medegedeeld inzake de nieuwe regeling dor loonen en werktijden. Zij vestigen er verder de aandacht op dat op de begrooting een post van ƒ112.— is uitgetrokken voor eventucele ver- hooging der jaarwedden van het kantoorpersoneel. Bjj de volgende begrooting kan op de opmerking betreffende de pensioenen nader worden gelet, mede in verband met wat ten aanzien van volgno. 66 zal worden besloten. Men verlieze overigens niet uit het oog dat de hier bedoelde uitgaven worden veroorzaakt door pensioenen, waarvoor geone bijdragen zjjn betaald. In de op de gespecificeerde lijst voorkomende loonen zijn geene overuren begrepen. Onder den post „Graai en andere loonen" is daarmede evenwel rekening ge houden, in verband met de uitgaven ter zake van het voorafgaande jaar. Daar nog vele dienstleidingen oud en versleten zjjn en vernieuwing behoeven, moet en kan hierin slechts langzamerhand verbetering worden gebracht. De voor komende klachten zjjn toch meest van plaatselijken

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1906 | | pagina 122