Bijlage no. 25. Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907. Op grond van het voorafgaande hebben wij, onder verwijzing tevens naar hot alsnog bij de stukken gevoegde advies der Gezondheids-Commissie, de eer U in overweging te geven aan do bij meerge noemd Koninklijk Besluit van 12 Juli 1907 no. 17 gestelde eischen te voldoen en daartoe vast te stellen het hierna volgende ontwerp-besluit. Leeuwarden, 17 Augustus 1907. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden ZIMMERMAN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. ONTWERP. de Raad der Gemeente Leeuwarden; Gelet op het Koninklijk Besluit van 12 Juli 1907, No. 17; alsmede op het advies der Gozondheids-Commissio van 15 Augustus 1907; Gezien het voorstel van Burgemeester en Wet houders Besluit I. in zijn besluit van 12 Februari 1907, No. 18r/16, 1. het bepaalde sub 3 I 2 te lezen als volgt: eene bijdrage te verleenen in de hierna te noemen annuïteit van l,710.oö5 of zoovele malen 4.115 minder als het voorschot malen 1000.kleiner zal zijn, welke bijdrage telkens na verloop van een tijdvak van vier jaren met 374.40 zal worden verminderd en na twintig jaren geheel zal ophouden. 2. aan de sub B bepaalde voorwaarden eene nieuwe voorwaarde toe te voegen, luidende g. aan de Yereeniging wordt de verplichting op gelegd, behoudens bij verhuring der woningen, aan personen, dio tengevolge van maatregelen in het belang der volkshuisvesting te Leeuwarden hunne woning verlaten moeten en niet in staat zijn den vollen huurprijs van eene voor hun gezin bewoon bare woning te betalen, hare woningen te verhuren tot de huurprijzen, die in den regel bij verhuring van dergelijke perceelen daar ter plaatse geacht mogen worden te kunnen worden bedongen. 3. in het derde lid van het sub II B bepaalde te lezen in plaats van „1 Januari 1909", „1 Mei 1910". II. zijn besluit van 12 Februari 1907, No. 18»/17 in te trekken. Leeuwarden, 190 De Raad voornoemd, 282 Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907. Bijl. HO. 2ï) VERPLAATSING VAN HET ASCHLAND. Litt A. Rapport der Raadscommissie. Aan den Raad. Mijne Hoeren Nadat in Uwe zitting van 20 October 1903 de benoeming van ondergeteekenden had plaats gehad, teneinde te onderzoeken óf, en op welke wijze eene verplaatsing van het aschland tot uitvoering zoude kunnen komen en daarover aan U verslag uit te brengen, hebben wij ons, na eene vergeefsche poging om met de Maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen een vervoercontract af te sluiten naar een op do aan de gemeente behoorende plaats te Wijlaarderburen aan te leggen aschbelt, in Februari 1904 in verbinding gesteld met den heer President- Commissaris der Noord Friesche Lokaal-Spoorweg- Maatschappij om na te gaan of vervoer van fae- ealiën langs een aan te leggen spoorweg Leeuwarden Drachten uitvoerbaar en gewenscht zoude zijn, wat ons bleek niet het geval te zijn. Wij hebben daarop in Maart 1904 den Directeur der gomeentereiniging verzocht eene begrooting te maken van de kosten van aanleg en exploitatie van een aschland aan het Deel of Woudmansdiep, hetwelk in verbinding zoude kunnen worden ge bracht met oen eventueel aan te leggen lokaalspoor in die richting, welk denkbeeld echter, na bespreking met het Dagelijksch Bestuur, niet aannemelijk voorkwam. Na nog in Februari 1905 kennis te hebben ge nomen van de wijze van aanbesteding der werk zaamheden, aan den dienst der gemeentereiniging te Hoorn verbonden, welke plaats bijzonder gunstig aan zee is gelegen om met geringe kosten een doorspoel-systeem der riolen toe te passen, en ook daarin geene bevredigende oplossing te hebben gevonden, stelden wij ons in November 1905 op aanraden van nu wijlen den heer D. van Konijnen burg in betrekking met eenige landbouwers en verveners, voornamelijk uit den zuidoosthoek van Friesland, waar, volgens den heer van Konijnenburg, de behoefte aan meststoffen zeer groot is en legden dezen de volgende vragen ter beantwoording voor le. zouden naar Uwe meening de landbouwers in de provincie Friesland geregeld alle mest- en afvalstoffen kunnen gebruiken, die dagelijks in deze gemeente worden opgehaald, en waarvan U aan den voet dezes de hoeveelheid en aard bij benade ring wordt aangegeven 2e. zoude er naar Uwe meening eene combinatie gevormd kunnen worden van gebruikers dezer stoffen, die met de gemeente Leeuwarden overeen kwam om geregeld van haar die stoffen op een nader vast te stellen plaats in ontvang te nemen Na eene met een vijftal dezer personen gehouden vergadering kwam het ons niet geraden voor in te gaan op het denkbeeld, dat de heer van Konijnen burg daarin uiteenzette, om tijdelijk compost voor personen uit dat gedeelte van Friesland kosteloos ter beschikking te stellen, teneinde hun gelegenheid te geven zich van de groote waarde daarvan te overtuigen, en bleek ons dat op eene overeenkomst met eene combinatie van gebruikers geen uitzicht bestond. Hiermede werd van het denkbeeld, om met par ticulieren-afnemers van meststoffen eene overeen komst aan te gaan, voor goed afscheid genomen en verder beproefd alleen de verplaatsing van het aschland op te lossen, waartoe in Februari 1906 een schrijven tot de Directie der Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij werd gericht. Hierin werd hare meening gevraagd over ons denkbeeld om alle vuilnis uit deze gemeente te vervoeren langs eene reeds door deze Maatschappij geëxploiteerde of nog te exploiteeren lijn naar eene plaats, waar wij het geraden zouden achten U voor te stellen de nieuwe aschbelt aan te leggen en het antwoord op dit schrijvan heeft er na herhaalde besprekingen en briefwisseling toe geleid U voor te stellen mot deze Maatschappij eene overeenkomst te sluiten. Bij onze verdere plannen in deze richting hebben wij, ook op raad van den Directeur der ge meentereiniging, steeds als eischen gesteld voor do ligging van het nieuwe aschland, zoowel onmid dellijke nabijheid van een spoorlijn als ligging aan een grootscheeps-vaarwaterof wel dat hot van daaruit gemakkelijk toegankelijk zij en is het ons dan ook gelukt, na onderzoek op de plaatsen en herhaalde besprekingen, U een terrein voor te stellen aan de Boxumervaart in de onmiddellijke nabijheid van den spoorweg LeeuwardenSneek gelegen. Laatstgenoemde vaart zoude over eene lengte van ongeveer 1200 meter tot 10 meter moeten worden verbreed om het aschland te water vol doende toegankelijk te maken, wat wel meer kosten meebrengt, doch het groote voordeel oplevert dat de aschbelt dan zelfs bij aanzienlijke uitbreiding onzer gemeente naar het westen en zuidwesten toch op belangrijken afstand daarvan gelegen is. Uit bijgaand ontwerp van der Directeur der ge meentereiniging blijkt diens ingenomenheid met de voorgestelde verplaatsing naar de Boxumervaart, hetwelk steeds de keus laat om de bewerkte mest stoffen, al naar dit gewenscht voorkomt, per spoor of te water te vervoeren en de gemeente dus aan geene van beide wijzen van vervoer bindt. 283

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1907 | | pagina 141