Bijlage no. 32.
I
-
Bijlage tot het verslag van de handelingen van den g
VERSLAG van de commissie van rappor
teurs uit de sectiën van den Raad
omtrent het verhandelde over de
ontwerp-gemeentebegrooting voor
1908.
De sectievergaderingen werden bijgewoond door
den burgemeester en 20 leden.
In alle sectiën werden algemeene beschouwingen
gehouden.
Een lid der 1ste en een der 3de sectie keurden
het af dat het werklieden-reglement wordt ontwor
pen door de hoofdambtenaren der gemeente, terwijl
daarover naar zijne meening behoorden te worden
gehoord de werkliedenvereenigingen.
Het komt rapporteurs voor dat het niet wel aan
gaat dat raadsleden burgemeester en wethouders
zouden voorschrijven op welke wijze zij hunne
voorstellen moeten voorbereiden.
In de 3de sectie bracht een lid in herinnering,
dat door de timmerlieden-vereeniging een subsidie
is gevraagd voor het fonds tot verzekering tegen
werkloosheid. Hij wilde een gelijk subsidie toe
kennen aan andere werkiieden-vereenigingen.
Onzes inziens terecht, werd hem geantwoord,
dat zijn denkbeeld eerst kan worden besproken
wanneer de Baad op het gedaan verzoek gunstig
zal hebben beschikt.
In de 1ste sectie werd, met het oog op eene
dreigende werkloosheid, door een lid aangedrongen
op dadelijke uitvoering van verschillende groote
werken, als verbouwing van het stadhuis, het stich-
van eene nieuwe gasfabriek enz.
Wij meenen dat van uitvoering dezer werken
geen sprake kan zijn, zoolang zij niet voldoende
voorbereid zijn. Wel zouden wij in overweging
willen geven om zoodanige onderhoudswerken
welke daarvoor vatbaar zijnuit te voeren in het
jaargetijdewaarin de werkloosheid vermoedelijk
het grootst zal zijn. Ook zou de burgerij kunnen
worden uitgenoodigd op gelijke wijze te handelen.
In de 1ste en 8de sectie wilden enkele leden,
dat aan geen werkman in gemeentedienst een lager
weekloon dan 10.zou worden uitgekeerd.
Wij zijn van oordeel dat, waar volgens de ver
ordeningen burgemeester en wethouders de loonen
bepalen binnen de gestelde maxima en minima, de
Raad de bevoegdheid mist op dat voorstel in te
gaan.
Voor verschillende leden was de rekening betref
fende de exploitatie der bouwterreinen aan het
emeenteraad van Leeuwarden, 1907. Bijl. ÏIO. 32.
Niewe Kanaal niet duidelijk. Bij enkelen zat de
vrees voor, dat de opbrengst van verkochten grond
werd besteed voor gewone uitgaven.
Wel toonde de voorzitter der 2de sectie met
cijfers aan dat dit niet het geval is, maar met het
oog op het groote belang dezer zaak noodigen
rapporteurs bij dezen burgemeester en wethouders
uit om bij de memorie van antwoord, welke op dit
rapport mag worden tegemoet gezien, een exposé
der bedoelde rekening te willen geven.
In alle sectiën werd door enkele leden betreurd
het gemis aan een volksbadhuis. Tevens wilde men
een te stichten volksbadhuis benutten voor school-
baden en lavoirs.
Daar volgens de in de sectiën gegeven antwoor
den deze zaak reeds bij burgemeester en wethou
ders in onderzoek is, meenen wij te kunnen volstaan
met de vermelding der opmerkingen.
Terwijl in de 2de sectie een woord van lof word
gesproken over de uitvoerige toelichting der posten
van de begrooting, meende men in de 1ste sectie,
dat het gewenscht zou zijn in het vervolg aan de
begrooting, die door de wet aan bepaalden vorm
is gebonden, een systematisch overzicht van de
gewone ontvangsten en uitgaven toe te voegen.
Zoowel bij het woord van lof als bij den uitge
sproken wensch kunnen rapporteurs zich aansluiten.
De begrootingsposten gaven aanleiding tot de
volgende opmerkingen.
Volgno. 82. In de 1ste sectie werd de opmerking
gemaakt dat de ambtenaren aan het bureau der
gemeentewerken 's avonds zoo laat nog werkzaam
zijn. De wonschelijkheid werd uitgesproken hierin
verandering te brengen.
Het is ons gebleken dat, terwijl de directeur der
gemeentewerken dikwijls 's avonds tot 10 a 11 uur
op het bureau werkt, het overige personeel (Faber,
Evenhuis, Westra, Beekman en ook dikwijls meer
malen Carpay en Garrelds) vrij geregeld tot 's avonds
9 uur aldaar bezig zijn.
Ook ons komt het voor dat hierin verandering
behoort te worden gebracht.
Wellicht zou dit kunnen geschieden door de
benoeming van één tijdelijken hulp voor den direc
teur en Faber en een vaste hulp voor Beekman.
Zonder hiertoe een bepaald voorstel te doen geven
wij het denkbeeld aan burgemeester en wethouders
ter overweging.
Volgno. 87. In de 2de sectie werd de opmerking
gemaakt dat deze post wel wat hoog was geraamd.
Waar in 1903 is uitgegeven 300.in 1904
223.—, in 1905 287.— en in 1906 212.—,
daar meenen wij dat in elk geval 350.wel
voldoende zal zijn, weshalve wij voorstellen dezen
post met 200.te verlagen.