Bijlage tot het vorslag van de handelingen van den gemoenteraad van Leeuwarden, 1907. Uitvloeisel van het nieuwe stelsel zijn de onder dit volgno. genoemde uitgaven, die, waar zij be treffen herstelling of aanvulling van bewaarplaatsen en materieel, als „gewone" kunnen worden beschouwd. Eventueele bouw van een nieuw spuithuisje aan de Spanjaardslaan, de wenschelijkheid waarvan door burgemeester en wethouders, in verband met de definitieve vaststelling der alarmeerings-plannen nog nader zal worden onderzocht en waaromtrent c. q. voorstellen aan den Raad zullen worden ge daan, mag evenwel uit „buitengewoon" worden bestreden, zoodat onder volgno. 73 een post tot het vereischt bedrag, uit geldleening te vinden, is aangebracht. Vermoedelijk heeft de toelichting op dit artikel tot eenige verwarring aanleiding gegeven „waar toe het voorstel wordt aangeboden" had duidelijker geluid „waartoe het voorstel aan burgemeester en icethouders is aangeboden". Volgno. 169. Overwogen kan worden of de commissie voor het ontwerpen van strafverorde ningen moet worden uitgenoodigd, hare gedachten over het hier ter sprake gebrachte onderwerp te laten gaan en c.q. met voorstellen te komen. Men ontveinze zich evenwel de kosten niet, die met de invoering van een volledigen keuringsdienst voor levensmiddelen gepaard zal moeten gaan. Volgno. 179. De Voorzitter van burgemeester en wethouders, het met Rapporteurs toejuichende, dat de zoogenaamde „potjes" gaandeweg zijn afge schaft, kan echter niet toegeven dat het daarom niet gewonscht zoude zijn op het denkbeeld van het lid der le sectie in te gaan, voor zooverre hier beoogd schijnt te worden een gering bedrag ter beschikking van het hoofd der politie te stellen, om politie-beambten in bijzondere gevallen eene bescheiden belooning toe te kennen. Daarvoor is noch wijziging of aanvulling der bestaande verordening, noch het in 't leven roepen van een zoogenaamd „potje" noodzakelijk. Indien toegegeven kan worden dat het wenschelijk zou kunnen zijn om aan politie-beambten, wegens aan den dag gelegde buitengewone waakzaamheid of wegens bizonder beleid, eene kleine gratificatie toe te kennen, zou volstaan kunnen worden met aan volgno. 179 een post toe te voegen, luidende: „Voor belooningen aan politie-personeel in bij zondere gevallen, ter beoordeeling van den bur gemeester 50. en met dat bedrag, hetwelk voldoende schijnt, het volgnummer te verhoogen. Dergelijke belooningen kunnen, wegens de gering heid van haar bedrag, toch bezwaarlijk, gelijk Rapporteurs wenschen, aan den Raad worden voor gedragen van zoodanige voordracht zou het natuurlijk gevolg zijn dat de mérites van het te beloonen feit besproken en beoordeeld zouden moeten worden in eene vergadering, die daartoe niet altijd in staat zal kunnen zijn. Dezerzijds wordt de beslissing der zaak gaarne aan den gemeenteraad overgelaten, terwijl, zoo door den burgemeester gratificatiën voor dienstjubilea noodig geoordeeld worden, deze door burgemeester en wethouders bij den Raad zullen kunnen worden aangevraagd Volgno. 185. Nadat reeds gedurende eenigen tijd met het oog op de toenemende scheepvaart op Vrijdagen een vaste hulp aan de gaarders der bruggelden op de Prins Hendrik- en de beide Kanaalbruggen werd toegevoegd, is sinds dezen zomer aldaar die assistentie uitgebreid tot den Woensdag en den Donderdag. Deze hulpbrug wachters doen 's zomers van 68 en 's winters van 77 dienst. Aan de Noorder-, de Wirdumer- poorts- en de Vrouwenpoortsbrug zijn voor de Vrijdagen personen geplaatst, belast met de be handeling der afsluitkettingen. Deze regeling komt burgemeester en wethouders voor de voorkeur te verdienen boven het stelsel dat door het lid, hier aan het woord, wordt aanbevolen, omdat thans op de drukste dagen het werk alzoo regelmatig is verdeeld. Bij de betreffende verordening is bovendien voor de gaarders op een verlof van ten hoogste zeven dagen per jaar gerekend, terwijl het hun voorts financieel gemakkelijk wordt gemaakt om desgewenscht voor enkele uren tusschentijds hun dienst te verlaten. Do regeling van een en ander blijkt in de praktijk te voldoen. Volgno. 204. Ten aanzien van het zoogenaamd „ambulantisme" der schoolhoofden zij hier verwe zen naar de verwerping van een desbetreffend voorstel-Besuijen in de vergadering van 31 October 1906 (Handelingen pag. 258). Omtrent de aanstelling van schoolartsen kan de uitslag van het hier medegedeelde onderzoek, dat door leden der gezondheids- en der school commissie wordt verricht, worden afgewacht. Be handeling van het vraagstuk der schoolbaden kan gevoegelijk mede tot zoolang worden opgeschort. Voorstellen om de tegemoetkoming in woning- huur ook aan onderwijzers beneden den 28-jarigen leeftijd uit te keeren zijn van burgemeester en wethouders niet te verwachten. 1 olgnos. 208 en 209. Voorstellen om te voorzien in het gebrek aan voldoende schoolruimte zijn in bewerking en zullen den Raad te hunner tijd be reiken. Volgno. 219. Aan hetgeen door Rapporteurs bij het hier behandelde punt is aangeteekend, zij nog toegevoegd dat in de raadsvergadering van 9 No Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1907. Bijl. no. SS. vember 1905 voorstellen van verschillende leden om den post van f 300.voor verstrekking van kleeding en schoeisel aan schoolkinderen te ver hoogen zijn verworpen. Waar het beschikbare geld jaarlijks voor het aangewezen doel wordt besteed, is een mildere uitdeeling, afgezien nog of daardoor niet het doel der wet zou worden voorbijgestreefd, niet wel mogelijk. Volgno. 291a. Met. Rapporteurs zijn burgemees ter en wethouders van oordeel dat het Rijk zich de regeling van de aan bezoldigde leden der voormalige schutterijen toe te kennen schadeloos stelling zal belmoren aan te trekken. In dien geest is door hen op desbetreffende vragen van het pro vinciaal bestuur in 1903 en 1907 dan ook geant woord. In alle geval zal eene dergelijke regeling, hetzij dat het Rijk die dan geheel ten uitvoer brenge, hetzij dat de kosten bij de wet op de schouders der gemeente zullen worden gelegd, toch alleen die personen kunnen omvatten, die tot de schutterij behoorden, vóór de landweerwet, die den 1 April 1903 is ingevoerd, het doodvonnis over die instelling streek. Voorshands is er, naar het bur gemeester en wethouders voorkomt, evenwel geen reden in dezen zelfstandig stappen te doen. Volgno. 244. Bij dit volgno. zal het praeadvies van burgemeester en wethouders op het adres van het bestuur der vereeniging „Kinderbewaarplaats" alhier in behandeling komen. Voorgesteld zal worden het subsidie, ingevolge het gedaan verzoek, op f 300.te brengen. NOTA VAN WIJZIGINGEN. INKOMSTEN. Hoofdstuk V. Aan dit Hoofdstuk onder volgno. 69a en onder artikel 27 toe te voegen een nieuw artikel Door de W oning vereeniging Leeuwardente betalen annuïteiten van aan haar verleende voorschotten f 366.15 met de volgende toelichting In 1907 zal door de Woning vereeniging worden ontvangen een voorschot van 10,000.De te betalen annuïteit hiervan bedraagt 407.30, waarin door het Rijk wordt bijgedragen tot een bedrag van f 20.55 en door de gemeente f 20.60, rest door de vereeniging te betalen f 366.15. Verder aan dat Hoofdstuk onder volgno. 6en onder artikel 28 toe te voegen een nieuw artikel Voorschot uit 's Rijks kas ten behoeve van de „Woningvereeniging Leeuwarden" f 100,000.met de volgende toelichting In 1908 zal een gedeelte der plannen van de Woningvereeniging worden uitgevoerd. Het aan die vereeniging te verleenen voorschot voor dit jaar zal vermoedelijk ongeveer 100,000.bedragen, waarom dit bedrag onder de ontvangsten wordt opgenomen. Na deze wijzigingen het totaal van Hoofdstuk V te brengen op f 560,657.98 en het totaal der Inkomsten op f 1,368,028.50®. UITGAVEN. Hoofdstuk II. Afdeeling VII. Aan deze af- deeling onder volgno. 101a en onder artikel 3 toe te voegen een nieuw artikel Kosten van het bijwerken der wijkkaarten f 75. met de volgende toelichting Bijwerking der wijkkaarten, die in een paar jaar niet heeft plaats gehad, is noodzakelijkde kosten hiervan zullen f 75.bedragen. Hierna het totaal van Afdeeling VII te brengen op 3625.en het totaal van Hoofdstuk II op f 21,746.50. Volgno. 133. Hoofdstuk III, Afdeeling II, Arti kel 2 nader uit te trekken op 1,450. In de toelichting in de plaats van „1 doodgraver f 500.te lezen „1 doodgraver f 400. Hierna het totaal van Afdeeling II te brengen op f 3,810.en het totaal van Hoofdstuk III op f 497,562.05. Volgno. 153. Hoofdstuk III, Afdeeling VI, Arti kel 6. Uitbreiding van de veemarkt te doen ver vallen. Bedoelde post is in verband met het raadsbesluit d.d. 8 October 1907 tot uitbreiding der veemarkt niet meer noodzakelijk. Hoofdstuk VII. Afdeeling IV. Aan deze Afdee ling onder volgnummer 235a en onder artikel 5 toe te voegen een nieuw artikel Aan het Rijk te betalen annuïteit van het voor de Woningvereeniging Leeuwarden" verleende voorschot f 386.75. met de volgende toelichting Van het Rijk zal in 1907 vermoedelijk worden ontvangen een voorschot van f 10,000.De an nuïteit hiervan bedraagt f 407.30, in welke annuï teit het Rijk bijdraagt 20.55, zoodat door de ge meente moet worden betaald 386.75. Vergelijk volgno. 69a der inkomsten. Aan die Afdeeling verder onder volgno. 235ö en onder artikel 6 toe te voegen een nieuw artikel 321

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1907 | | pagina 160