Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. de Meisjesschool geenszins ongeschikt te zijn als voorbereiding voor latere examenstudie of het be- kleeden eener betrekking. De school toch heeft sinds haar bestaan tot het einde van den cursus 1905/6 '297 leerlingen afge leverd, van wie 161 het einddiploma hadden behaald en die daarna slaagden in de volgende examens of overgingen in de volgende beroepen 140 in dat van onderwijzeres (waarvan 105 het einddiploma der school hadden). 40 ii 11 ii leerares middelbaar onderwijs. 3 ii r ii muziek. 10 n ii n onderwijzeres muziek, 3 ii V ri concertzangeres. 6 ii ii V onderwijzeres in de handwerken. 2 Tl n n godsdienstonderwijzeres. 4 11 ii ii hoofd eener school. 2 11 n ii teekonen lager onderwijs. 8 V ii ii leerares huishoudschool. 3 n ii n hoofd bewaarschool. 2 ii ii ii onderwijzeres bewaarschool. 1 ii ii ii apotheker. 38 ii ii ii apothekers-assistente. 2 ii ii ii klerk arbeidsinspectie. 1 ii ii ii directrice diaconessenhuis. 8 ii ii ii pleegzuster. 2 V ii ii boekhoudster. 1 ii n ii commies posterijen. 8 ii ii ii telefoniste. 4 ii V ii commies telegrafie. 2 n n ii klerk telegrafie. 4 V n ii stenograaf. 1 ii ii ii bloemist. 2 ii ii ii photograaf. 297 Niettegenstaande hare, met do onze overeenko mende beschouwingen omtrent het karakter dat aan de Meisjesschool moot worden toegekend, welk be toog wij geheel onderschrijven, komt toch de Com missie van toezicht op het Middelbaar Onderwijs tot de slotsom, dat de school in zekeren zin eene reorganisatie moet ondergaan en door splitsing in de 4e, respectievelijk 5e, klas van afdeelingen A en B na doorloopen van de afd. B aansluiting aan de Rijks Iïoogere Burgerschool 4e, respectievelijk 5e, klas moet mogelijk makenin afd. A blijft dan het onderwijs gelijk aan het thans gegevene. Eene andere oplossing wordt aan de hand gedaan door den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs, dr. J. Campert (zie zijn schrijven onder litt. c). Deze wenscht bij de door de Commissie voorge stelde splitsing der 5e klasse alsnog een vervolg cursus 1°. voor die leerlingen die voornemens zijn het onderwijzersexamen af te leggen en 2°. voor haar, die het einddiploma der Rijks Hoogere Burgerschool wenschen te behalen; subsidiair, zooals de Commissie van Toezicht, splitsing reeds bij de vierde klasse der school, om, na die te hebben doorgemaakt, aan haar die dat wenschen, gelegenheid te geven over te gaan op do vierde klasse der Rijks Hoogere Burgerschool. Het rapport der evengenoem.de reorganisatie-com missie eindelijk komt tot geheel dezelfde resultaten als dat der Commissie van toezicht. Na het voorafgaande zal het niet bevreemden, dat wij met geen der voorgestelde wijzigingen mee gaan. Aan de school in haar tegenwoordigen vorm, dit is onze conclusie en wij hebben het reeds boven betoogd, bestaat voldoende behoefte en de gemeente mag het op haar weg achten te liggen daaraan tegemoet te komen. Haar leerplan sluit bovendien voorbereiding voor examens of het bekleeden van betrekkingen of het uitoefenen van bedrijven niet uit. Ouders, die hunne dochters daarvoor willende opleiden, niettemin voor haar een meer rechtstreeks daarop gerichte opleiding begeeren, kunnen naar andere instellingen van onderwijs worden verwezen. Eene door ons opgezette becijfering van de kosten der school, die, na aftrek der schoolgelden, ten laste der gemeente blijven, geeft intusschen een hooger bedrag aan dan eerst werd vermoed, waar door aanvankelijk de meening ontstond of door inkrimping van het leerplan de uitgaven niet tot een lager cijfer zouden zijn terug te brengen. Het is echter onze overtuiging, dat langs dien weg het gewenschte doel niet zal worden bereikt, doch dat daartoe een andere richting zal moeten worden ingeslagen. Zoowel vermindering van vakken als van leerjaren zal immers de school maken tot een geheel andore inrichting dan thans en niet langer beantwoorden aan de behoeften van dat deel der burgerij, waarvoor zij is opgericht. Volgens de begrootingscijfers voor 1907 en met inachtneming van de ten laste der gemeente komende pensioenen aan leeraressen, doch zonder rekening te houden met rente en aflossing van in school gebouwen en -inventaris vastgelegde kapitaal, zijn de ten laste der gemeente blijvende uit gaven per leerling, berekend naar het gemiddeld aantal der laatste jaren, f 246.bij een totaal aan schoolgelden van f 3400.Daartegenover staan evenwel de materieele voordeelen voor de gemeentekas en de ingezetenen, voortvloeiende uit het binnen de gemeente wonen van het onder wijzend personeel en het dagelijks vertoeven van vele leerlingen van buiten. De boven gevoerde beschouwingen leiden ons nu tot de conclusie, dat een gewenschte bezuiniging slechts moet worden ge vonden door eene verhooging der schoolgelden, die wij ons als volgt voorstellen 50.voor aangeslagenen in den hoofdelijken omslag naar een inkomen tot en met 3200. Bij de berekening van de onderwijskosten per leerling der lagere scholen, vermeld in bijlage 15 tot 's Raads handelingen van 1907, was deze post eveneens buiten aanmerking gelaten. 246 Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. Bijl. BO. 20. 75.-— voor aangeslagenen van boven ƒ3200. tot en met 4500. 100.voor aangeslagenen van boven 4500. frot en met 6000. 150.— voor aangeslagenen boven 6000. en voor hen die buiten de gemeente wonen. Berekend naar den toestand van 1 September 1907, komt der gemeente de school dan te staan op een uitgaaf, die ruim 5700.lager is. Het voorstel der Commissie van toezicht op het Middelbaar Onderwijs, luidende om het voor aan geslagenen beneden 2000.inkomen te brengen op 30.in klasse 1, 2 en 3 en 45.in klasse 4 en 5 bij een inkomen van 2000.tot 5000.op 50.in klasse 1, 2 en 3 en 75.in klasse 4 en 5 bij een inkomen boven 5000.en voor buiten Leeuwarden wonenden op 60.in klasse 1, 2 en 3 en 100.in klasse 4 en 5 schijnt ons toe in dezen niet ver genoeg te gaan. Ingevolge de in de motie vervatte uitnoodiging de bovenstaande resultaten van het door ons in gestelde onderzoek aan U voorleggende, hebben wij de eer daaraan als voorstel te verbinden 1. te besluiten de Middelbare School voor Meisjes in haar tegenwoordigen vorm onveranderd te behouden 2. in afwachting van de nadere definitieve voorstellen van Burgemeester en Wethouders in beginsel te besluiten tot heffing van een schoolgeld op die inrichting van onderwijs van 50.voor aangeslagenen in den hoofdelijken omslag naar een inkomen tot en met f 3200. 75.voor aangeslagenen van boven ƒ3200. tot en met 4500. 100.— voor aangeslagenen van boven 4500. tot en met 6000. 150.voor aangeslagenen boven ƒ6000. en voor hen die buiten de gemeente wonen. Leeuwarden, '{UnV1908. 16 September Burgemeester en Wethouders van Leeuiuarden, ZIMMERMAN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. 247

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1908 | | pagina 124